Ik heb genoeg

Jef de Vriese • 88 - 2012 • Uitgave: 24
Mijn Herder is de grote IK BEN. Hij is de HEERE, Die het verbond sluit met Mozes, de God van Abraham, Isaäk en Jakob (Exodus 3:13-15), de Herder van Israël, Die Jozef als schapen leidt, Die troont tussen de cherubs (Psalm 80:1-2). Hij sluit ook een herdersverbond met mij.
De HEERE is mijn herder. Voor David is dat een intens beleefde ervaring. Hij weet wat het is om verzadigd te worden en bevrijd te worden van vijanden. De HEERE is mijn Herder, niet als een theologische verstandelijke waarheid, maar als een doorleefde werkelijkheid, een God-kennend geestelijk inzicht. ‘Mijn’ duidt niet op een bezit, maar op intimiteit. Hij is niet de Herder op afstand, maar de Herder van nabij, die gekend is door de schapen.
De God Die hemel en aarde geschapen heeft, Die de sterren en planeten in Zijn hand houdt, Die God is van eeuwigheid tot eeuwigheid, zorgt voor mij. Daarom kan niets mij ontbreken. Hij schenkt alles wat tot het leven en de godsvrucht behoort (2 Petrus 1:3). Ik heb geen geestelijk tekort. Ik heb geen gebrek aan enig goed (Psalm 34:9-11). De Vader weet wat ik nodig heb en geeft wat ik nodig heb (Matteüs 6:25-10). Alle goede gaven komen van Hem (Jakobus 1:17). Zijn genade is voor mij genoeg (2 Korintiërs 12:9). Komen vervolging, hongersnood, oorlog, vijandschappen, ziekte, geldgebrek, etc., mij ontbreekt niets en mij zal niets ontbreken.
Ik kan duizend dingen bedenken die mijn ontbreken: tijd, geld, goede vrienden, gezondheid,… En toch zegt mijn Herder: als je Mij kent, heb je genoeg.

Jef De Vriese