Hoe wil God dat ik Hem dien?

Dick Slekker • 91 - 2015 • Uitgave: 2
Heel vaak wordt er gepreekt en geschreven over onderwerpen die veelal om onszelf draaien. Postmodern gezegd vragen we ons af: “Wat heb ik er aan om in God te geloven, wat levert het me op.”
Christenen zouden zich juist moeten afvragen: hoe kan ik bruikbaar zijn voor God, wanneer ben ik een instrument voor God of hoe kan ik Gods zegen doorgeven aan een ander.


God geeft taken, zoals ‘maak discipelen onder alle volken’. Maar God geeft ook principes voor hoe we dat moeten doen. Om een bruikbaar instrument voor God te zijn, moeten we het ‘wat’ en het ‘hoe’ weten om te handelen naar Gods methoden en principes.

Weinig verschillend
Op een bepaald moment in de geschiedenis van Israël waren er twee koningen. Alle twee waren ze door God gekozen en aangesteld en toch zo heel verschillend. Lees eens 1 Samuël 8:1-9. Het volk wilde een koning en had daarvoor een paar redenen. Samuel was oud en zijn zoons deugden niet en Israël wilde niet geheel anders zijn, maar net als de andere volkeren. Hun omstandigheden lijken toch wel veel op onze moderne tijd.
Een probleem tussen leiders en volk. De twee partijen waren niet meer ‘on speaking terms’, dus werd het probleem niet op de knieën opgelost. We kennen ook spanningen betreffende leiders die meer over geld preken, of grote egotrippers zijn. Ik ken al verschillende christenen die niet meer naar een kerk of gemeente gaan, het instituut is afgedaan, het geloof probeert men te behouden.
Ook het volk maakte een grote fout, men wilde zoals Paulus het noemt: ‘gelijkvormig aan de wereld zijn’. De EO en onderzoeksbureau Blauw research, maar ook onderzoeksbureau Barna Group in de VS, hebben onderzoek gedaan of er gedragsverschillen zijn tussen christenen en ongelovigen. In grote lijnen komt het erop neer dat er weinig verschillen zijn.
In een dergelijke situatie kunnen we niet tot zegen zijn, we hebben niets te bieden.

Sauls bediening stopgezet
Ontevredenheid en gelijkvormigheid zijn geen goede leidsmannen. Het volk wilde verandering zonder op de knieën te gaan, het zocht de makkelijkste oplossing. Het vroeg om een koning. Zowel God als Samuel waren hierover heel verdrietig. Als we een gebedsverhoring krijgen, betekent dit niet altijd dat we in Gods wil staan. Soms verhoort God ons om ons ter wille te zijn en ons onze zin te geven. God had deze situatie al voorspeld in Deuteronomium 17:14.
We zien dat God Saul kiest. Hij behaalt veel overwinningen en was een goed leider. Opeens breekt hij Gods principes, hij gaat zelf offeren. Hierdoor raakt hij zijn bediening kwijt. Hij zou het volk leiden en dienen, maar God zei: ‘Ik geef het aan een ander’ (zie 1 Samuël 13:13-14), er komt ‘iemand beter dan gij’, (1 Samuël 15:28). Het zal je maar gezegd worden, dat is een directe linkse. Je doet fijn werk in je gemeente en opeens krijg je te horen: “We geven je taak aan iemand die beter is dan jij.” De verwerping van Saul heeft niets te maken met gered of verloren zijn, maar God vond niet dat Saul naar Gods principes handelde. God kan dus iemands bediening stopzetten. Saul erkende wel dat hij fout was, maar nam de zonde en vooral Gods methodes en principes niet serieus.

Geschikt voor je taak
Wanneer God iemands bediening stopt is niet aan ons, dat is Gods zaak. Wel zijn er mensen die zich afvragen waarom God bepaalde onrechtvaardige praktijken niet stopt. Een vroegere Bijbelleraar zei eens tegen mij: “Als God iemand nog 5% kan gebruiken gaat Hij door.” Het gaat niet om hoeveel procent, maar om het principe dat God iedereen zo graag wil gebruiken, al is het maar gedeeltelijk en gaat het tegen onze logica in. De vraag aan ons is: nemen we er genoegen mee dat God ons maar voor een paar procent kan gebruiken?
Na een zondige Saul kwam er een ‘heilige’ David… Nou ja, hij had heel wat meer fouten gemaakt dan Saul: overspel, moord, wist zijn kinderen niet op te voeden, was keihard, wilde weten hoe groot hij was door het volk te tellen, enzovoort. En toch… God noemde hem een man naar Zijn hart. God koos David, uitverkiezing heeft dus niets te maken met redding, maar met taken.

Gods opleiding volgen
Samuel wordt erop uit gestuurd om een nieuwe koning te zalven. Hij komt bij Isaï en vraagt naar zijn zonen, allemaal aanwezig. Niemand van de broers zegt: “Pa, je bent nog een zoon vergeten.” De hele familie zag het niet zitten dat Samuel voor David kwam. Zijn plek was in de saaiheid en eentonigheid bij de schapen, maar God zag meer en vooral dieper. Zelfs Davids vader zag David niet staan. Hoe zou David zich gevoeld hebben toen hij dit alles achteraf hoorde?
God begon David klaar te maken voor Zijn taak en God wilde graag heel veel bruikbare procenten van David. Ons hele leven is Gods schoolopleiding en Hij heeft alle tijd. Heel vaak hoor ik in de prediking: ‘je mag komen zoals je bent’. Dat is volkomen waar en toch een halve boodschap: ‘je mag niet blijven zoals je bent’. Om voor God bruikbaar te zijn, moet je Zijn opleiding volgen en die is heel anders dan wij op school krijgen.
Het is heel interessant om mannen Gods in de Bijbel te bestuderen en te zien hoe God hen opleidt. Mozes kreeg eerst veertig jaar theorie aan het hof van Egypte om te leren hoe je een leider bent, Mozes werd ‘een iemand’. Daarna leerde Mozes veertig jaar in de praktijk om leider van schapen te zijn en kreeg hij een intensieve cursus ‘hoe overleef ik in de woestijn’, Mozes werd ‘een niemand’. De laatste veertig jaren waren de opleiding om te zien wat God met een ‘niemand’ kan doen. Ons hele leven is een schoolopleiding voor Gods taken in de toekomst. Op het graf van een christen kan niet staan: ‘hier rust’. Daarna beginnen de taken.
Hoeveel van dat soort getrouwe ‘niemanden’ zitten er in je gemeente? Leiders zullen hem of haar niet vragen voor een taak en toch zegt God: “Die persoon ga ik klaarmaken voor een taak.” Natuurlijk moeten we kijken naar kwaliteiten van mensen voor een taak, maar we zullen ook veel dieper moeten kijken. Het is te eenzijdig om alleen naar kwaliteit te kijken, dat is kortetermijndenken. We moeten alert zijn om te zien waarin God investeert. We zullen ons moeten verdiepen in Gods kwaliteiten tot een instrument. Een geestelijk instrument begrijpt wat God belangrijk vindt, waar God verdriet over heeft.

Training en voorbereiding
Ging David na zijn zalving een kroon kopen? Nee, hij ging gewoon weer zijn dagelijkse werk uitvoeren, hij nam zijn verantwoordelijkheid. Training van eenzaamheid, eentonigheid, saaiheid en ook realiteit. Iemand die een instrument wil worden die wordt getraind. Ik las pas een vraag in een kringenboekje: ‘wat doet vernedering met je’? David zegt dit: ‘Uw vernederen heeft mij groot gemaakt’ (2 Samuël 22:36). Wie zegt daar ‘Amen’ op?
David had problemen en strijd, moest vechten met een leeuw en een beer. Klaagde misschien wel, waarom heb ik altijd die moeilijkheden. Toen hij voor Goliath stond, begreep hij het… het was tot training en voorbereiding. Iemand zei het eens zo: ‘Het is een christelijk werk om een heiden te bekeren, maar het is een heidens werk om een christen te bekeren.’
God wil je tot een instrument in Zijn koninkrijk maken. Als je dit wilt dan volgt training, training, training enz. Je hele leven lang. Soms ook heel vaak lastige lessen. We zullen vele ‘waaromvragen’ krijgen. Willen wij een instrument zijn voor God? Dat kan alleen binnen Zijn principes, niet die van de mens. Gehoorzaamheid is de sleutel. God zoekt mensen wier hart volkomen naar Hem uitgaat (2 Kronieken 16:9).

Wandel met God
Ik hoor de laatste tijd regelmatig: wat kun je alleen in Gods koninkrijk betekenen? Ieder mens is uniek. Elk individu kan iets doen wat de ander niet kan. David stond alleen voor Goliath en won. We zien tegenwoordig dat we als christenen steeds meer in de hoek komen te zitten waar de klappen gaan vallen. De vraag is: blijven we daar zitten?
Was er verschil tussen de werkwijze van Saul en David? Ik denk dat David wandelde met God. Hebt u wel eens gehoord van de psalmen van Saul? David besprak alles met God, zijn verdriet, zijn vragen, zijn vreugde, hij gaf God de eer en de dank.
Kwaliteit en onze talenten ontwikkelen is erg belangrijk. De geestelijke impact of vrucht van je taken wordt bepaald door je gehoorzaamheid aan Gods principes.
Hoeveel procent van ons kan God gebruiken? We zijn wel Gods arbeiders (1 Korintiërs 3:9).

Dick Slikker