'Hij kwam bij ons heel gewoon...'

ds. Yme Horjus • 88 - 2012 • Uitgave: 26
'Hij kwam bij ons heel gewoon'

Heeft de Here God de komst van Zijn Zoon in deze wereld wel goed aangepakt? Voor de belangrijkste operatie, die vanuit de hemel voor de redding van de mens op touw werd gezet, moet toch alles uit de kast worden gehaald? Wat zouden de hedendaagse campagnestrategen en marketingmensen vinden van het low profile karakter van de vleeswording van het Woord?

Van een verbijsterende eenvoud
Want het ging er maar heel gewoontjes aan toe. Je zou mogen verwachten dat in de hemel voor de geboorte van de Zoon van God alle registers van de publiciteit zouden zijn open getrokken. Zoiets belangrijks moet groots worden neergezet. Zoals in onze tijd nog te verschijnen boeken met de nodige tromgeroffel worden aangekondigd, zo moest toch eigenlijk ook de geboorte van Jezus gepaard gaan met een enorm publiciteitsoffensief.
Het tegendeel is waar. De komst van de Heiland van de wereld baarde geen geweldig opzien. Herders, die in de samenleving van toen tot het geringste volk behoorden, waren de boodschappers van het grote nieuws. Ook al geen uitgekiende mediastrategie! Niets spektakel of breaking news in nieuwsrubrieken. Het was van een simpelheid en eenvoud die mensen vandaag kan verbijsteren. Zo gewoontjes was de geboorte van de Messias die de mensheid zou verlossen van de zonde. Hij kwam bij ons heel gewoon.

Stal en voedertrog
Nog afgezien van de omstandigheden waaronder die geboorte plaatsvond. De ouders Jozef en Maria moesten een lange weg afleggen van Nazareth naar Bethlehem om, daar aangekomen, te moeten bemerken dat er geen plaats was in de herberg. Veel mensen waren teruggekeerd naar hun erfdeel, om dat te laten registreren vanwege de fiscale belangen van de Romeinse bezetter. Maria was hoogzwanger toen ze in Bethlehem arriveerde. Voor haar en haar kind was geen andere plek dan een stal. Toen ze haar kind ter wereld bracht, werd het in een voedertrog voor de dieren gelegd.
Wat een ambiance voor de Messias van de Joden en de Heiland der wereld! Was dat nou echt nodig? Moest op deze manier de grote Koning zijn opwachting maken in de wereld? Volgens de kerkelijke overlevering waren een os en een ezel de stille getuigen van deze gebeurtenis. Maar waar hebben we het over? Over het kind dat God uit God is en Licht uit Licht. Over het kind dat het beeld is van de onzichtbare God en de eerstgeborene van de ganse schepping (Kolossenzen 1:15). Heel de entourage was er een van eenvoud en simpelheid. Hij kwam bij ons heel gewoon.

Paleis
Wij kunnen niet anders zeggen dan dat dit Gods methode was. Die eenvoud was niet per ongeluk, of een slecht uitgevoerde actie van in gebreke blijvende engelen. Het was Gods bedoeling om incognito op aarde te komen, om het niet aan de grote klok te hangen. Mensen moesten gaandeweg ontdekken wat voor een groot geschenk God aan de wereld had gegeven. Alleen ogen van geloof zouden herkennen wat God gedaan had en niet ogen van hen die alleen maar uit waren op sensatie. Natuurlijk was het paleis in Jeruzalem de geëigende plek waar deze Koning geboren zou moeten worden, maar het werd het geringe Bethlehem, dat in belangrijkheid niet kon tippen aan die andere stad van David: Jeruzalem! Zo gewoontjes moest het voor God zijn. Zo wars van alle ophef en bombarie. Zo ontdaan van opsmuk en versiering. Hij kwam bij ons heel gewoon.

Christushymne
In de bekende Christushymne van Filippenzen 2 is Paulus geweldig onder de indruk van die lage staat waarmee Jezus in de wereld kwam. Hij is er zo van onder de indruk, dat hij begint te zingen van vervoering. Hij barst uit in een loflied op Jezus. Voordat de bundel Opwekking was uitgevonden, had Paulus al zijn eerste aanbiddingslied geschreven. Paulus is er vol van dat de liefde van Jezus zo groot was, dat Hij zijn gelijkheid aan God niet vasthield, maar er afstand van deed. In de vertaling van 1951 stond het nog zo: ‘…die het Gode gelijk zijn niet als een roof heeft geacht, maar zichzelf ontledigd heeft.' Hij klampte zich niet angstvallig en krampachtig vast aan Zijn goddelijke status die Hij in de hemel had. Dat zouden wij allemaal wel doen. Als we eenmaal iets bereikt hebben, geven we dat niet graag uit handen, dan gaan we dat uit alle macht beschermen. Dan leggen we er onze armen omheen, zoals een leeuw zijn poten om een prooi.

Ontledigd
Wij mensen zijn dan ook volgens Genesis 3:5 zo inhalig en egoïstisch, dat we bezwijken voor de verleiding om 'als God' te willen zijn. Dat stelde de slang in het paradijs immers in het vooruitzicht: als God te zijn! Wij zien er geen been in om iets te roven dat ons niet toekomt. Kijk maar naar Adam en Eva! Die wilden als God zijn.
Bij de Here Jezus is het precies andersom: Hij wilde niet iets roven, maar iets uit handen geven. Hij heeft het Gode gelijk zijn niet als een roof geacht, maar Zichzelf ontledigd, er juist afstand van gedaan, zoals het in de vertaling van de NBV staat. Hij was God, maar werd mens! Zijn hemelse status heeft Hij vrijwillig afgelegd. Hij werd een gewoon mens!

Van boven naar beneden
Dat deed Hij uit liefde. Hij was daarin één met Zijn hemelse Vader. God had de wereld zo lief dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat een ieder die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. Gods missie in Jezus naar de wereld heeft als uitgangspunt en drijfveer alleen maar de liefde. Hij wil mensen aan Zijn Vaderhart sluiten, in Zijn Vaderarmen nemen. Het is alleen liefde die Hem drijft en motiveert. Eigenlijk gaat dit gedeelte uit de Filippenzenbrief over deze tijd van advent. De beweging is van boven naar beneden.
'Midden in de winternacht, ging de hemel open.' Dat zijn de woorden van een oud kerstlied. God daalde in Jezus zijn Zoon af naar de aarde. Toen de zonde in deze wereld kwam, dacht God, dan kom Ik ook! Hij deelde in onze misère, in onze narigheid, in ons zondige bestaan. Hij daalde daarin af. Hij werd aan de mensen gelijk. Hij nam het menselijke vlees aan als het vleesgeworden woord. 'Het woord is vleesgeworden en het heeft onder ons gewoond', zegt de evangelist Johannes zo mooi. Zo gewoon als wij mensen zijn, zo gewoon werd Jezus mens. Hij kwam bij ons heel gewoon.

Ds. Yme Horjus