Hij kwam bij ons, als licht in de duisternis
‘Het waarachtige licht, dat ieder mens verlicht, was komende in de wereld’ (Johannes 1:9).
De allereerste woorden van de Here God in de Bijbel zijn: "Er zij licht." Zijn woord klonk over de aarde die met een dikke vloed van duisternis bedekt was. Dwars door deze duisternis brak Gods licht door. Het was de eerste stap, op weg naar een schitterende schepping.
Het licht van God brak al door voordat de zon, maan en sterren geschapen werden. Gods licht is niet afhankelijk van deze lichtdragers. De Bijbel laat ons zien dat het midden op de dag ineens donker kan worden. Denk maar aan de drie dagen volledige duisternis in het land Egypte of de drie uur duisternis, toen de Here Jezus aan het kruis hing. Hij kan er ook voor zorgen dat het licht wordt, terwijl de zon niet schijnt. Zo werd het ineens licht in de donkere cel van Petrus, waar de zon absoluut niet kon komen.
Het werd donker
We lezen in de Bijbel dat God Zelf ‘Licht’ is (1 Johannes 1:5) en dat in Hem geen spoortje van duisternis aanwezig is. Waar God verdwijnt, daar verdwijnt ook het licht. Waar God verschijnt, verschijnt het licht.
Nadat de eerste mens de rug naar God toekeerde en zelf wilde gaan beslissen wat goed en kwaad was, zien we dat tussen de mens en God een kloof ontstaan is. Hierdoor werd het duister in het hart van de mensen. Zo verborgen ze zich voor God en schaamden zich voor elkaar. Ze werden bevreesd en werden uiteindelijk uit Gods nabijheid verdreven. Licht en duisternis gaan niet samen, net zoals de Here God en de zondige mens ook niet meer samen kunnen gaan. Duisternis spreekt van bedrog, dood en zonde. Licht spreekt van waarheid, leven en reinheid.
Na de zondeval werd het geestelijk donker op aarde. Kaïn vermoordde zijn broer Abel, de mensen werden zo gewelddadig dat een zondvloed onvermijdelijk werd. De mensen na de zondvloed waren echter niet veranderd en al gauw wilde men een stad en toren bouwen die tot in de hemel reikte, de toren van Babel. De mens wilde zich verheffen en net zo als God worden.
Zo zien we het steeds donkerder op aarde worden, tot het moment, waarop de Here God weer opnieuw Zijn Woord naar de, met duisternis bedekte aarde zond. Nu niet als een gesproken woord, maar het woord in de persoon van de Here Jezus: ‘het vleesgeworden Woord’ (Johannes 1:14).
In het volle licht
Zo lezen we over de herders in de velden van Efrata, waar midden in de nacht de duisternis verdreven werd en de herders midden in het hemelse licht geplaatst werden. En in het volle licht werd hen verteld dat de Heiland geboren was en dat deze te vinden was in de stad Bethlehem. Daarna werd het nog mooier toen een hemelse legermacht het prachtige lied ‘Ere zij God’ ten gehore bracht. Ze konden niet wachten om naar Bethlehem te gaan en het kind te zoeken. Ze gingen haastig heen en vonden Maria en Jozef en het kind liggende in de kribbe (Lucas 2:16). Voor de herders brak het licht door, ze loofden en prijsden God om alles wat zij gezien en gehoord hadden.
De vorst der duisternis, satan, regeert echter vanaf de zondeval op aarde en zet alles op alles om de gevallen, zondige mens in de duisternis gevangen te houden. Met de Here Jezus op aarde brak de strijd tussen licht en duisternis los!
Licht in ons hart
In Johannes 8:12 lezen we dat de Here Jezus zegt: ‘Ik ben het licht der wereld, wie Mij volgt, zal nimmer in de duisternis wandelen, maar hij zal het licht des levens hebben.’ Door het geloof roept Hij ons uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht (1 Petrus 2:9). Dit licht is niet het fysieke zonlicht, maar het licht in ons hart, dat zich vertaalt met Gods aanwezigheid in ons leven. Zij die in de Here Jezus geloven, maken de eerste scheppingsdag weer mee: ‘Want de God die gesproken heeft: Licht schijne uit het duister, heeft het doen schijnen in onze harten om ons te verlichten met de kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Christus.’ Door het geloof krijgen we deel aan Gods heerlijkheid en worden we een nieuwe schepping.
Uiteindelijk zullen we bij Hem mogen zijn, waar het nooit meer donker is en we eeuwig van Zijn heerlijkheid mogen genieten. Adam en Eva zullen in de hof van Eden genoten hebben van de prachtige schepping, wij mogen dat nog veel meer, wanneer Hij alle dingen nieuw gemaakt heeft.
Als het op zijn donkerst is…
Velen bleven in de duisternis wandelen en verwierpen het licht. De Bijbel leert ons dat het aan het einde van deze schepping heel erg donker zal worden. We zien de duisternis in onze tijd vreselijk toenemen. De tekenen die de Here Jezus noemt: geweld, verleiding, politieke onrust, onrust onder de volkeren, het zuchten van de schepping, veroorzaakt door de mens zelf, de toename van occulte machten, het wereldwijde antisemitisme en de wereldwijde christenvervolgingen, dompelen onze wereld onder in een complete duisternis.
De Bijbel vertelt ons dat juist op het moment van de diepste duisternis de Here Jezus terug zal komen. Het feit dat Hij nog niet gekomen is, houdt in dat het nog niet donker genoeg is. Als het op z’n donkerst is, zal Hij komen. Eerst als de blinkende Morgenster, waarbij Hij Zijn gemeente tot Zich zal nemen en wij voor altijd bij Hem mogen zijn. Daarna als de opkomst van de zon, waarbij Hij als Koning der Joden terug zal komen om vanuit Jeruzalem over de gehele aarde te heersen. Dan zal Hij vanuit deze kapotgemaakte, verwoeste aarde weer een prachtige schepping maken, die te vergelijken is met de hof van Eden!
Dan zal de aarde vanuit de hemel beschenen worden door het hemelse Jeruzalem, dat dan vanuit de hemel zal neerdalen en waarvan uit de Here God Zijn heerlijkheid op aarde zal openbaren.
Licht in ons hart
De heerlijkheid Gods die de herders in de velden van Efrata zagen, zal dan wereldwijd gezien worden. Dan zullen niet alleen de herders, maar alle mensen op aarde de Here loven en prijzen. Dan zal de aarde vol zijn van de kennis des Heren. Bij de wederkomst van de Here Jezus zal het kerstfeest voor eeuwig vervuld worden.
Wat heeft u met het licht gedaan? Verbergt u zich met al uw bezigheden nog steeds voor God? Een leven zonder de Here Jezus is één grote leugen, een leven dat eindigt in de eeuwige duisternis! Hij kwam als het licht in de wereld, ook voor u. Laat Hem toe in uw leven en Hij zal Zijn licht in uw hart ontsteken.
Theo Niemeijer
De allereerste woorden van de Here God in de Bijbel zijn: "Er zij licht." Zijn woord klonk over de aarde die met een dikke vloed van duisternis bedekt was. Dwars door deze duisternis brak Gods licht door. Het was de eerste stap, op weg naar een schitterende schepping.
Het licht van God brak al door voordat de zon, maan en sterren geschapen werden. Gods licht is niet afhankelijk van deze lichtdragers. De Bijbel laat ons zien dat het midden op de dag ineens donker kan worden. Denk maar aan de drie dagen volledige duisternis in het land Egypte of de drie uur duisternis, toen de Here Jezus aan het kruis hing. Hij kan er ook voor zorgen dat het licht wordt, terwijl de zon niet schijnt. Zo werd het ineens licht in de donkere cel van Petrus, waar de zon absoluut niet kon komen.
Het werd donker
We lezen in de Bijbel dat God Zelf ‘Licht’ is (1 Johannes 1:5) en dat in Hem geen spoortje van duisternis aanwezig is. Waar God verdwijnt, daar verdwijnt ook het licht. Waar God verschijnt, verschijnt het licht.
Nadat de eerste mens de rug naar God toekeerde en zelf wilde gaan beslissen wat goed en kwaad was, zien we dat tussen de mens en God een kloof ontstaan is. Hierdoor werd het duister in het hart van de mensen. Zo verborgen ze zich voor God en schaamden zich voor elkaar. Ze werden bevreesd en werden uiteindelijk uit Gods nabijheid verdreven. Licht en duisternis gaan niet samen, net zoals de Here God en de zondige mens ook niet meer samen kunnen gaan. Duisternis spreekt van bedrog, dood en zonde. Licht spreekt van waarheid, leven en reinheid.
Na de zondeval werd het geestelijk donker op aarde. Kaïn vermoordde zijn broer Abel, de mensen werden zo gewelddadig dat een zondvloed onvermijdelijk werd. De mensen na de zondvloed waren echter niet veranderd en al gauw wilde men een stad en toren bouwen die tot in de hemel reikte, de toren van Babel. De mens wilde zich verheffen en net zo als God worden.
Zo zien we het steeds donkerder op aarde worden, tot het moment, waarop de Here God weer opnieuw Zijn Woord naar de, met duisternis bedekte aarde zond. Nu niet als een gesproken woord, maar het woord in de persoon van de Here Jezus: ‘het vleesgeworden Woord’ (Johannes 1:14).
In het volle licht
Zo lezen we over de herders in de velden van Efrata, waar midden in de nacht de duisternis verdreven werd en de herders midden in het hemelse licht geplaatst werden. En in het volle licht werd hen verteld dat de Heiland geboren was en dat deze te vinden was in de stad Bethlehem. Daarna werd het nog mooier toen een hemelse legermacht het prachtige lied ‘Ere zij God’ ten gehore bracht. Ze konden niet wachten om naar Bethlehem te gaan en het kind te zoeken. Ze gingen haastig heen en vonden Maria en Jozef en het kind liggende in de kribbe (Lucas 2:16). Voor de herders brak het licht door, ze loofden en prijsden God om alles wat zij gezien en gehoord hadden.
De vorst der duisternis, satan, regeert echter vanaf de zondeval op aarde en zet alles op alles om de gevallen, zondige mens in de duisternis gevangen te houden. Met de Here Jezus op aarde brak de strijd tussen licht en duisternis los!
Licht in ons hart
In Johannes 8:12 lezen we dat de Here Jezus zegt: ‘Ik ben het licht der wereld, wie Mij volgt, zal nimmer in de duisternis wandelen, maar hij zal het licht des levens hebben.’ Door het geloof roept Hij ons uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht (1 Petrus 2:9). Dit licht is niet het fysieke zonlicht, maar het licht in ons hart, dat zich vertaalt met Gods aanwezigheid in ons leven. Zij die in de Here Jezus geloven, maken de eerste scheppingsdag weer mee: ‘Want de God die gesproken heeft: Licht schijne uit het duister, heeft het doen schijnen in onze harten om ons te verlichten met de kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Christus.’ Door het geloof krijgen we deel aan Gods heerlijkheid en worden we een nieuwe schepping.
Uiteindelijk zullen we bij Hem mogen zijn, waar het nooit meer donker is en we eeuwig van Zijn heerlijkheid mogen genieten. Adam en Eva zullen in de hof van Eden genoten hebben van de prachtige schepping, wij mogen dat nog veel meer, wanneer Hij alle dingen nieuw gemaakt heeft.
Als het op zijn donkerst is…
Velen bleven in de duisternis wandelen en verwierpen het licht. De Bijbel leert ons dat het aan het einde van deze schepping heel erg donker zal worden. We zien de duisternis in onze tijd vreselijk toenemen. De tekenen die de Here Jezus noemt: geweld, verleiding, politieke onrust, onrust onder de volkeren, het zuchten van de schepping, veroorzaakt door de mens zelf, de toename van occulte machten, het wereldwijde antisemitisme en de wereldwijde christenvervolgingen, dompelen onze wereld onder in een complete duisternis.
De Bijbel vertelt ons dat juist op het moment van de diepste duisternis de Here Jezus terug zal komen. Het feit dat Hij nog niet gekomen is, houdt in dat het nog niet donker genoeg is. Als het op z’n donkerst is, zal Hij komen. Eerst als de blinkende Morgenster, waarbij Hij Zijn gemeente tot Zich zal nemen en wij voor altijd bij Hem mogen zijn. Daarna als de opkomst van de zon, waarbij Hij als Koning der Joden terug zal komen om vanuit Jeruzalem over de gehele aarde te heersen. Dan zal Hij vanuit deze kapotgemaakte, verwoeste aarde weer een prachtige schepping maken, die te vergelijken is met de hof van Eden!
Dan zal de aarde vanuit de hemel beschenen worden door het hemelse Jeruzalem, dat dan vanuit de hemel zal neerdalen en waarvan uit de Here God Zijn heerlijkheid op aarde zal openbaren.
Licht in ons hart
De heerlijkheid Gods die de herders in de velden van Efrata zagen, zal dan wereldwijd gezien worden. Dan zullen niet alleen de herders, maar alle mensen op aarde de Here loven en prijzen. Dan zal de aarde vol zijn van de kennis des Heren. Bij de wederkomst van de Here Jezus zal het kerstfeest voor eeuwig vervuld worden.
Wat heeft u met het licht gedaan? Verbergt u zich met al uw bezigheden nog steeds voor God? Een leven zonder de Here Jezus is één grote leugen, een leven dat eindigt in de eeuwige duisternis! Hij kwam als het licht in de wereld, ook voor u. Laat Hem toe in uw leven en Hij zal Zijn licht in uw hart ontsteken.
Theo Niemeijer