Het vrederijk is niet de hemel op aarde

Theo Niemeijer • 94 - 2018 • Uitgave: 6
De eerste opstanding vindt plaats vlak voor het 1000-jarig vrederijk en na de grote verdrukking, als ook de martelaren die verdrukt zijn, opstaan. Dan zullen zij met Jezus 1000 jaar regeren. Wanneer staan de mensen op die tijdens het 1000-jarig vrederijk overlijden (want tijdens deze periode overlijden er nog mensen). Staan zij op bij de tweede opstanding? Volgens de Bijbel staan bij de tweede opstanding alleen mensen op die veroordeeld zijn. Het zou fijn zijn, wanneer u mij een antwoord zou kunnen geven op deze vraag, die ik toch al een tijdje heb. (D. v. V. te @)

Antwoord:
In de Nederlandse geloofsbelijdenis wordt gesproken over één algemene opstanding: ‘de opstanding der doden’. In de Bijbel lezen we echter over de ‘eerste opstanding’ (Openbaring 20:6), wat betekent dat er meerdere opstandingen zijn! De Bijbel spreekt over de ‘opstanding ten leven’ voor hen die het goede gedaan hebben en de ‘opstanding ten oordeel’ voor hen die het kwade bedreven hebben (Johannes 5:29). Deze opstandingen vinden niet op hetzelfde moment plaats. De Bijbel leert ons dat hier in ieder geval duizend jaar tussen liggen! Verder lezen we over de ‘opstanding uit de doden’ (letterlijk: ‘van tussen uit de doden’, Handelingen 4:2) en de ‘opstanding van de doden’ (1 Korintiërs 15:12). Deze laatste opstanding wordt in Openbaring 20:11-15 beschreven.
Zo spreekt de Bijbel ook over een ‘eerste opstanding’, maar over een ‘tweede opstanding’ lees je echter niets! We lezen wél over de tweede dood, maar over de tweede opstanding niet! Ja, er zal ongetwijfeld na de eerste opstanding een volgende opstanding zijn en daarna misschien nog wel meer opstandingen.
In 1 Korintiërs 15:23 lees je over de verschillende opstandingen in een bepaalde rangorde, volgorde. Hier lezen we dat Christus als ‘Eersteling’ uit de dood opstond. Het was inderdaad ook heel bijzonder dat juist op de dag van de opstanding van de Here Jezus het feest van de ‘Eerstelingsgarve’ in Jeruzalem gevierd werd. We weten dit omdat vijftig dagen later het ‘Wekenfeest’ (Pinksterfeest) gevierd werd, precies vijftig dagen na de opstanding van de Here Jezus uit de doden. De Here Jezus werd als ‘Eerste’ vanuit de dood geoogst. Daarna lezen we over de opstanding van ‘hen die van Christus zijn’, bij Zijn komst. Hier hebben we te maken met de opstanding van ‘alle in Christus ontslapenen’, zoals deze in 1 Tessalonicenzen 4:15-16 genoemd wordt. Deze opstanding vindt plaats bij de ‘komst’ van de Here Jezus. Er wordt hier niet gesproken over de ‘wederkomst’, maar over de ‘komst’. Bij de ‘wederkomst’ komt de Here Jezus op aarde terug, maar bij Zijn ‘komst’ gaan de gelovigen Hem tegemoet in de lucht. Dit zal bij de ‘opname van de gemeente’ gebeuren. De ‘in Christus ontslapenen’ zullen het eerst opstaan, de nog op aarde levende gelovigen zullen veranderd, verheerlijkt worden, en samen, de opgestane en veranderde gelovigen, zullen zij Hem tegemoet gaan in de lucht om zo voor altijd bij de Here te verblijven (1 Tessalonicenzen 4:17).
Bij de opstanding van de Here Jezus werden niet alle doden tegelijkertijd opgewekt en dat zal zo ook niet gebeuren bij de opstanding van de gelovigen. De ongelovigen blijven dan achter in het graf en zullen pas na het 1000-jarig vrederijk opstaan: ‘De overige doden werden niet weder levend, voordat de duizend jaren voleindigd waren’ (Openbaring 20:5). Wijst Paulus hierop aan het einde van 1 Korintiërs 15:23, wanneer hij het over de volgorde van opstandingen heeft: ‘en daarna het einde’?
De volgorde is dus: eerst de Here Jezus als de Eersteling, daarna de gemeente, bij Zijn komst, de opname, waarbij we Hem tegemoet zullen gaan in de lucht en ten slotte de martelaren die uit de grote verdrukking komen en bij de wederkomst van de Here Jezus op aarde uit de doden op zullen staan. Over deze laatste groep lezen we in Openbaring 20:4 het volgende: ‘en ik zag de zielen van hen die onthoofd waren om het getuigenis van Jezus en om het Woord Gods, en die noch het beest (antichrist) noch zijn beeld hadden aangebeden en die het merkteken (666) niet op hun voorhoofd en op de hand ontvangen hadden; en zij werden weder levend en heersten als koningen met Christus duizend jaren lang.’ ‘Dit is de eerste opstanding’ lezen we direct na deze woorden. Met de opstanding van de martelaren uit de grote verdrukking eindigt dus de ‘eerste opstanding’. De woorden die hierna volgen zijn: ‘Zalig en heilig is hij, die deel heeft aan de eerste opstanding, over hen heeft de tweede dood geen macht’ (Openbaring 20:6). De tweede dood is de eeuwige dood, de eeuwige verlorenheid! Aan de eerste dood hebben alle mensen door de zondeval deel gekregen, daar kun je niets aan doen. De Here Jezus kwam om de zonde en de dood te overwinnen en zo ons te bevrijden van zowel de eerste als de tweede dood.
Laat het duidelijk zijn dat deze grote schare, die als martelaren uit de grote verdrukking komt niet de gemeente is! De gemeente is al opgewekt bij Zijn komst vóór de grote verdrukking. In Openbaring 20:4 staan alleen de martelaren uit de grote verdrukking op, dus moet de gemeente die op de Pinksterdag in Jeruzalem ontstaan is al eerder uit de dood opgestaan zijn!

Wanneer nu het 1000-jarig vrederijk begint zullen de gemeente en de martelaren uit de grote verdrukking samen met Christus over de aarde regeren (1 Korintiërs 6:2). De Here Jezus zal echter met een ijzeren roede regeren en de mensen zullen Hem moeten gehoorzamen. Het ‘vrederijk’ is hemels, maar nog niet ‘de hemel op aarde’. Pas na dit vrederijk komt er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde! Tijdens dit vrederijk is er nog steeds ziekte, hetzij zeer beperkt (Openbaring 22:2)! Er is nog zonde (Jesaja 66:20) en de mensen zullen, hoewel de leeftijden van vóór de zondvloed dan weer heel gewoon zullen zijn, ook nog sterven (Jesaja 66:22)! Na dit vrederijk zal de duivel nog voor een korte tijd losgelaten worden om opnieuw de mensen te verleiden. Dan blijkt, welke mensen Hem alleen dienden omdat ze het moesten en wie dit vrijwillig gedaan heeft.
Wanneer de gelovigen die tijdens het vrederijk gestorven zijn op zullen staan vermeldt de Bijbel niet. Zij zullen in ieder geval bij hun sterven de hemelse heerlijkheid binnengaan en waarschijnlijk bij het nederdalen van het hemelse Jeruzalem (Openbaring 21:2) ook vanuit de hemelse heerlijkheid nederdalen en samen met alle gelovigen deelgenoot worden van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Niet alles is ons geopenbaard, nu zien wij nog door een spiegel in raadselen, schrijft Paulus, maar dan zullen we Hem ten volle kennen!

Theo Niemeijer