Het verlichtingsfundamentalisme van Pechtold

Feike ter Velde • 91 - 2015 • Uitgave: 4
Het woord fundamentalisme wordt vooral gebruikt voor de ultraorthodoxe en politieke islam, vandaag vooral ingevuld door de jihadisten die naar de oorlogsgebieden in Irak, Syrië, Jemen en Mali vertrekken om aan de strijd deel te nemen. Vaak weten ze niet tegen wie of wat ze strijden. Maar wij noemen ze fundamentalisten.
In 2005 kwam André Rouvoet (ChristenUnie) met een nieuw woord dat veel zegt: Verlichtingsfundamentalisme. Daar moeten onze ogen voor worden geopend! Onze geestelijke ogen. Het spookt rond!


De Verlichting was en is een stroming die in de 17e eeuw al op gang kwam, vooral onder intellectuelen. Alle nadruk kwam te liggen op de mogelijkheden van het menselijk verstand – de rede. Daarom wordt de tijd van de Verlichting ook wel de Eeuw van de Rede genoemd. Derhalve moesten geloof, bijgeloof en intolerantie worden bestreden. Het gaat alleen over de feiten. Uitwisseling van wetenschappelijke feiten kunnen ons verder helpen op de weg omhoog, zo was de redenering. Daarmee zijn we verlicht geworden en hebben we de tijd van duistere onwetendheid achter ons gelaten.
Hoewel de ontwikkeling van het verlichtingsdenken in verschillende Europese landen een ander, extremer of gematigder, gezicht kreeg, is er toch die gemeenschappelijke grondgedachte dat de menselijke rede, het verstand, de laatste waarheid is. Alles wat daarbuiten valt is gebakken lucht, valse religie, niet hanteerbare opvattingen. Dat ging in Europa natuurlijk over het christelijk geloof. Alles werd verklaarbaar vanuit de menselijke rede. Het werd een ware revolutie.

De Renaissance
Toch staat dit niet op zichzelf. In de 15e eeuw had Europa al de revolutie van de Renaissance meegemaakt. Een soort van wedergeboorte werd het genoemd. Het was de wedergeboorte van de Griekse geest, waarin de mens middelpunt is van alle dingen. De Middeleeuwen waren voorbij. Van de knellende banden van de oppermachtige, maar corrupte Kerk, die totalitair de dienst uitmaakte in de maatschappij, werd men bevrijd.
Men wierp de ketenen af. Niet de kerk, de priester, de bisschop of de paus had het laatste woord over wetenschap, kunst en cultuur, maar de mens zélf. De mens was niet langer een metafoor, bijvoorbeeld de vrouw geschilderd als Madonna met kind tegen een donkerblauwe of goudkleurige achtergrond, als beeld van vroomheid en ingetogenheid. Nee, de vrouw van de Renaissancekunst was een echte vrouw geworden, naakt met billen en borsten. Een toonbeeld daarvan is ook het beeld David in het museum Galleria dell’Accademia in Florence. De naaktkunst was de werkelijkheid geworden. Weg met alle ontkenning van de natuur en van de werkelijkheid. Niets moest verborgen blijven of onbesproken. De mens trad uit de beknelling van de religie in de vrijheid van de romantiek. Er ging een grote schokgolf vanuit de Italiaanse stad Florence door heel Europa.
De geest van de Renaissance zou bepalend worden voor de komende eeuwen in heel Europa en ver daarbuiten.

Het tegengeluid gesmoord
Er kwam ook wel een krachtige oppositie vanuit de kerk. De Dominicaanse priester en prediker Girolamo Savonarola hield boetepreken op straat tegen de geest die over de mensen vaardig was geworden. Hij was een vroom man en wilde bij de Bijbel blijven. Hij wordt gezien als een voorloper van de Reformatie in de 16e eeuw. Daarmee staat Savonarola voor sommigen in de rij van John Wycliffe in Engeland en Johannes Hus in Tsjechië.
Hoewel hij trouw bleef aan de kerk van Rome, werd hij toch door diezelfde kerk veroordeeld tot de brandstapel, omdat hij het corrupte gedrag van de kerkleiding aan de kaak stelde. Hij predikte als een Johannes de Doper tegen de paus van Rome. De kerk was zeer verzwakt en had op de revolutie van de Renaissance dan ook geen antwoord. Savonarola doorzag de geest achter de Renaissance. Het was de wedergeboorte van die oude Griekse en goddeloze geest, die de mens vergoddelijkt en God vermenselijkt.
Hij werd, samen met twee medewerkers, op 23 mei 1498 terechtgesteld waartoe hij was veroordeeld: ‘tot de dood door ophanging en vuur’ op het stadsplein van Florence. Zijn boete-prediking werd het zwijgen opgelegd. Hij geselde de kerk over het feit van haar ongeïnteresseerdheid in Gods Woord en predikte ook het einde der tijden in vurige apocalyptische preken over Gods oordeel en de wederkomst van Christus. Ook de jonge Michelangelo werd door Savonarola tijdelijk beïnvloed.

De Verlichting
De Verlichting van de 18e eeuw lag in het verlengde van de Renaissance van de 15e eeuw. Was de Renaissance de wedergeboorte van de Griekse geest van tweehonderd jaar vóór Christus, de Verlichting bracht dat Griekse denken opnieuw tot herleving. De Verlichting leidde in Frankrijk tot de Franse revolutie (1789). Daaruit kwamen drie grote geestesstromingen voort: het socialisme, met als linkervleugel het communisme; het fascisme, met nazi-Duitsland als gevolg; en het liberalisme, met nadruk op de vrijheid van het individu in heel het leven en over alles. Alle drie stromingen zijn in hun grondslag anti-christelijk en hebben al miljoenen(!) mensen het leven gekost in de 20e eeuw!

Wolf in schaapskleren
Wij hebben vandaag vooral te maken met het liberalisme, dat zich politiek toespitst in de VVD en D66. Binnen deze werkelijkheid opereren christelijke partijen in ons parlement. Achter het vriendelijke gezicht en de vlotte babbel van aanvoerder Pechtold zit een fundamentalistisch denken, dat teruggaat op die Griekse geest. We vinden bij hem een krachtige strijd vóór de grote verworvenheden van het liberalisme: vrije abortus en euthanasie en tegen alles wat christelijk heet te zijn in politiek en samenleving.
Tijdens de Paarse kabinetten heeft men geprobeerd subsidie op christelijke instellingen te beëindigen. Dat is toen niet gelukt. Maar na nieuwe parlementsverkiezingen met een waarschijnlijk enorme groei van D66 – en mogelijk zelfs Alexander Pechtold als premier – gaan we voor christelijk Nederland een totaal andere tijd binnen. Dan zullen we zichtbaar zien worden wat het Verlichtingsfundamentalisme van D66 in de praktijk inhoudt. Nu stelt de heer Pechtold zich op als de gematigde politicus van het midden – hij wil immers premier worden – maar als hij de macht heeft moeten we vrezen voor een andere man, die trekken van de Verlichting en de Franse Revolutie zal vertonen in een beleid van: geen god en geen meester.
Heel de wetgeving zal daarop worden aangepast als de nieuwe verhoudingen bekend zullen zijn. Wie afgaat op het tv-plaatje van het jeugdige hoofd en de prachtige stem van een goedgeklede en nooit te dikke politicus Alexander Pechtold, zal na de verkiezingen spoedig bedrogen uitkomen. Hij zou wel eens de wolf in schaapskleren kunnen zijn. Hij zal een verlichtingsfundamentalist blijken met alle wapenen in handen die hem strijdbaar en effectief zullen maken.

Feike ter Velde