Het teken (1)

Jan van Barneveld • 89 - 2013 • Uitgave: 13
Een van de heiligste en meest ontroerende momenten in de heilsgeschiedenis zal de ontmoeting van Israël met zijn Messias zijn. Zo komen onmiddellijk vragen naar het geestelijk herstel van Israël. Wanneer en hoe zal de Eeuwige, de God van Israël, tot Zijn doel komen met Zijn volk? Het herstel van volk en land van Israël is al meer dan een eeuw aan de gang en gaat door Gods machtige hand nog steeds door.

In deze serie van twee artikelen de volgende onderwerpen: 1. Profetische indicaties van het geestelijk herstel. 2. Een signaal van Zijn komst. 3. Een eeuwig teken. 4. Na de Jeruzalem oorlogen. 5. Bidstonden in Jeruzalem. 6. Reiniging van Israël. 7. De olijfberg.

Geestelijk herstel
Het geestelijk herstel van Israël komt na een natuurlijk herstel. Paulus stelt: ‘Het geestelijke komt niet eerst, maar het natuurlijke en daarna het geestelijke’ (1 Korintiërs 15:46). Profeten leggen uit dat dit ook geldt in verband met het herstel van Israël. ‘Doet het volk uitgaan, dat blind is, al heeft het ook ogen en dat doof is, al heeft het ook oren’ (Jesaja 43:8).
Wat de identiteit van de Messias betreft is Israël als natie inderdaad in blinde en dove toestand teruggekomen. In Ezechiël 37:1-14 staat het visioen van de opstanding uit een massagraf, het ‘dal van dorre doodsbeenderen’. Als alle botten weer op hun plaats zitten en er spieren en huid overheen zijn getrokken, staat er: ‘Maar geest was er nog niet in hen’ (Ezechiël 37:8). Nog geen geestelijk herstel! Ezechiël moet weer profeteren, ‘en de geest kwam in hen en zij herleefden’ (Ezechiël 37:10) .
Om alle misverstand en vervangingsleer uit te sluiten, zegt de HERE: ‘Mensenkind deze beenderen zijn het hele huis van Israël’ (37:11). Het zal een grandioos en totaal geestelijk herstel zijn. Dit benadrukt Paulus als hij het ‘geheimenis van de gedeeltelijke verharding van Israël’ (Romeinen 11:25) aan ons, gelovigen-uit-de-volken uitlegt. Juichend zegt Paulus: ‘…en zo zal gans Israël behouden worden’ (Romeinen 11:26). Even verder benadrukt hij het totale van die verlossing weer: ‘…om Zich over hen allen te ontfermen’ (Romeinen 11:32). Let op het ‘gans Israël’ en het ‘hen allen’. Logisch dat Paulus in de slotverzen van Romeinen 11 een machtige lofprijs uitroept.
Paulus heeft ook wat dit geestelijk herstel betreft een sterke, profetische grond om op te staan en te bouwen. ‘Uw volk zal geheel uit rechtvaardigen bestaan, voor altijd zullen zij het land bezitten’ (Jesaja 60:21). En: ‘Want op Mijn heilige berg, op de hoge berg van Israël, luidt het woord van de Here HERE, daar zal het hele huis van Israël in zijn geheel in het land dienen’ (Ezechiël 20:40). Ook de zonen delen in die geestelijke zegen: ‘Al uw zonen zullen leerlingen van de HERE zijn, en het heil van uw zonen zal groot zijn’ (Jesaja 54:13). Dan wordt het nieuwe verbond voor Israël ten volle van kracht. Dat is ook nodig, want in het messiaanse Vrederijk, het Duizendjarig Rijk, zal Jeruzalem het politieke en geestelijke wereldcentrum zijn. Daar zullen de volken leren wat de wegen van de HERE voor hen zijn. Wanneer en hoe zal dat gebeuren?

Een signaal van Zijn komst
Dit geestelijk herstel, de ontmoeting van Israël met zijn Messias, zal ergens in de eindtijd plaatsvinden. Immers, nu is het al bijna ‘eindtijd’. Dus we zullen naar aanwijzingen moeten zoeken in wat de Here Jezus over de eindtijd zegt. Hierover stellen de apostelen drie vragen aan Jezus toen ze op de Olijfberg zaten.
Vraag 1: ‘Zeg ons, wanneer zal dat geschieden?’ Het ‘dat’ slaat op de verwoesting van de Tempel. Zie de profetie van Jezus (Matteüs 24:1,2). Dat is dan ook in het jaar 70 gebeurd. Vraag 2: ‘Wat is het teken van Uw komst?’ Welk signaal wordt gegeven vlak voor de komst van de Here in heerlijkheid? Het gaat om een teken, een signaal. Niet om de Komst zelf. Daar gaat vraag 3 over: ‘de voleinding van de wereld’. Let op dat hier niet wordt onthuld wat dat teken is. Wel komt de Here er in het slot van Zijn eindtijdprofetie op terug: ‘Terstond na de verdrukking van die dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar glans niet geven… en dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen van de aarde zich op de borst slaan…’ En dan ‘komt de Zoon des mensen op de wolken van de hemel met grote macht en heerlijkheid’ (Matteüs 24:29,30). Dus na de ‘grote verdrukking’. Tegen het einde van de eindtijd, van de tijd van de antichrist. Het zal pikdonker zijn op aarde. Behalve waarschijnlijk in Israël. ‘Want zie, duisternis zal de aarde bedekken en donkerheid de natiën, maar over u zal de HERE opgaan en Zijn heerlijkheid zal over u gezien worden’ (Jesaja 60:1-3). Maar nog steeds onthult de Here Jezus niet wat dat teken is. Of wordt dat nog bekend gemaakt aan Zijn discipelen?

Een eeuwig teken
Wat is het signaal dat de wederkomst van de Here Jezus aankondigt? Hoe zal Israël Hem herkennen? En de wereld? Een lichtend kruis tegen de donkere wolken? Ik denk niet dat Israël het kruisteken blij zal herkennen. Een schallen van bazuinen? Er zullen in die eindtijd heel wat donderslagen en ander vreselijke geluiden zijn. Een lichtende, majestueuze gestalte misschien? Vergeet niet dat Paulus ons waarschuwt dat ‘satan zelf zich voordoet als een engel van het licht’ (2 Korintiërs 12:14). Er zullen in de eindtijd heel wat ‘lichtende gestalten’ verschijnen die de mensen verleiden. Wat is dan dat belangrijke teken dat de komst van de Here Jezus aankondigt?
De Heer onthult het niet, want Hij wist dat de apostelen het wel zouden begrijpen. Dus dan komt de vraag: Hoe herkenden de discipelen de Here Jezus na de opstanding? Opvallend is dat ze Hem niet meteen herkenden. Denk aan Maria die dacht dat Hij de tuinman was. ‘Zij wist niet dat het Jezus was.’ Waarschijnlijk herkende zij Zijn stem (Johannes 20:11-18). Bij de apostel was het nog duidelijker. Toen Jezus aan hen verscheen, dachten zij dat het een geest was. Jezus zei: ‘Ziet Mijn handen en Mijn voeten dat Ik het Zelf ben… Hij toonde hun Zijn handen en voeten’ (Lucas 24:26-40). Dat was Zijn eeuwige herkenningsteken. De wonden aan Zijn handen tonen het verlossingswerk van de Here Jezus en zijn een eeuwig teken van het machtige, heerlijke en grootse werk dat Hij aan het kruis op Golgotha heeft volbracht. ‘Om onze overtredingen werd Hij doorboord’ (Jesaja 53:5). In het zomernummer van ons blad gaan we in op het ‘wanneer en hoe’ van het verschijnen van het teken van de Zoon des mensen.

Jan van Barneveld