Het ontroert mij…

Dirk van Genderen • 90 - 2014 • Uitgave: 17
De situatie is veel ernstiger dan we beseffen. De sjofar moet klinken. Alarm. Ontwaak! De tijd om te slapen, is voorbij.
Ik ervaar een last, waardoor ik ontroerd raak. Namelijk als ik de geestelijke staat besef waarin ons land zich bevindt. Een aanzienlijk deel van ons volk bungelt aan het zijden draadje boven de hel en dreigt voor eeuwig verloren te gaan. Daarbij denk ik aan iedereen die de Here Jezus niet kent.


Geestelijk gezien gaat het helemaal niet goed in ons land. Ik meen dat we het geestelijke dieptepunt nog niet hebben bereikt. En dat raakt mij, tot in het diepst van mijn hart.
Al geruime tijd ben ik bezig met het Bijbelboek Jeremia. En wat daar over het volk Israel wordt gezegd, kan bijna één-op-één worden overgezet naar ons land, ons volk. We hebben de Here verlaten, we hebben Hem de rug toegekeerd, we trekken ons niets meer aan van Zijn heilzame woorden en inzettingen.

Grote vraagtekens
U vraagt zich wellicht af waar ik aan denk. Ik denk aan allen die meer gericht zijn op afgoden dan op God. Vul maar in: de afgod geld (de Bijbel spreekt over de Mammon), de afgod seks (porno, overspel, prostitutie etc.), de afgod ‘ik’ en vul uw afgod maar in. En hoewel we ons er nauwelijks druk meer om maken, moet hier de massamoord op ongeboren kinderen en het praktiseren van homoseksualiteit worden genoemd.
We zijn vergeten Israël te zegenen, waardoor we veel zegen zijn kwijtgeraakt. Zelfs vanaf tal van kansels in kerken en gemeenten worden grote vraagtekens bij tal van Bijbelwoorden geplaatst.
De beslissende vraag is: Zijn wij bereid Gods Woord voor 100 procent te accepteren als gezaghebbend of proberen wij de Bijbel aan te passen aan de praktijk? Dan laten we de Bijbel zeggen wat wij willen en dan leggen we God het zwijgen op!

Worstelen om geestelijk heil
Deze ontwikkelingen grijpen mij aan. Hoe moet het verder? Wat moet er gebeuren? Een voorspelbare reactie van iemand zal wel zijn: ‘Dirk zal wel weer wijzen op gebed en verootmoediging.’ Jazeker, dat is het eerste en het belangrijkste. Bij Jeremia zie je dat hij met de Here worstelt om zijn volk. Kenden wij dat maar meer, dat Gods kinderen zouden worstelen om het geestelijk heil van hun volk.
Doet het u pijn, de geestelijke toestand waarin ons land, ons volk zich bevindt? Het is mijn verlangen en ook mijn gebed dat er velen zullen zijn die weten wat het is om met de nood van ons volk tot de Here te gaan, vanuit het vaste geloof dat alleen de Here uitkomst, herleving en opwekking kan schenken.

Tranen in je ogen
Ons land ligt geestelijk grotendeel in puin, de poorten zijn verteerd, het kwaad komt in vloedgolven naar binnen… Is het u wel eens gevraagd: ‘Waarom staat uw gezicht zo verdrietig?’ zoals de koning aan Nehemia vroeg. Het overkwam mij een keer dat ik in een samenkomst over deze dingen sprak. Na afloop zei iemand tegen mij: ‘U sprak goed, maar ik vond het wel jammer dat u er niet vrolijk bij keek.’
Beste mensen, soms kun je niet vrolijk kijken. Als je volk geestelijk zo ziek is, en je de pijn daarover letterlijk ervaart, dan kun je niet lachen en vrolijk zijn, maar kunnen zelfs de tranen in je ogen springen.

Geestelijk herstel
Nehemia weet het zeker: ‘De God van de hemel, Hij zal ons doen slagen en wij, Zijn dienaren, zullen opstaan en gaan bouwen’ (Nehemia 2:20). Na het herstel van de muur en van de stad volgt het geestelijk herstel van het volk. Nehemia begint met gebed, maar komt vervolgens in actie. Hij neemt de leiding voor de herbouw van Jeruzalem op zich en gaat het volk voor in verootmoediging, bekering en toewijding aan de Here.
Dit is ook de weg die wij mogen gaan. Als de Here ons de nood van het volk op ons hart legt, zal dat geestelijk pijn doen. Roep als Nehemia en Jeremia tot de Here Jezus om genade en ontferming. En zoals Nehemia in actie kwam, zo wil Hij ook ons gebruiken om voor ons volk tot zegen te zijn.

Dirk van Genderen