Het geloofsvertrouwen in de psalmen - Ps. 114:7

Feike ter Velde • 80 - 2004/05 • Uitgave: 2
Het geloofsvertrouwen in de psalmen

"Gij aarde, beef voor het aangezicht des Heren"


Psalm 114:7



Het gaat in deze psalm om de wondere doortocht van Israël, eerst door de Schelfzee en veertig jaar later door de Jordaan. Water was steeds de scheidslijn tussen wat achter ligt en wat in het vooruitzicht ligt. Het water maakt scheiding tussen verleden en toekomst, tussen oud en nieuw. Hier moeten we ook aan de doop denken. Hoe prachtig wordt dit zichtbaar in Israëls geschiedenis bij de uittocht uit Egypte, de doortocht door de woestijn en de intocht in Kanaän. Deze psalm hoort in het rijtje van Paaspsalmen (113-118). Geestelijk gesproken zijn ze ons tot een les, zo ook deze psalm. We moeten namelijk leren begrijpen wat het Evangelie inhoudt. Dat leert ons de Bijbel, juist ook in de geschiedenissen van Israël.



Er is hier sprake van de machtige daden van God, die de werkelijkheid fundamenteel kan veranderen en dat ook deed, toen het Paaslam werd geslacht, Christus, en doet in het leven van een ieder die het Lam wil volgen. Dat zijn twee zaken, die we moeten onderscheiden. Ten eerste: de historische gebeurtenis van Kruis en Opstanding. Dat is echt gebeurd. Ten tweede: de betekenis en de uitwerking ervan in ons leven. Het eerste is niet los te denken van het tweede. In deze psalm wordt dan ook van die twee dingen melding gemaakt. Eerst de doortocht door de Schelfzee (:3) en dan de doortocht door de Jordaan. Daarop volgt het leven in het Beloofde Land: beeld van het ware christenleven. Er moet eerst een uittocht plaatsvinden in ons leven: dat is de bekering, de wedergeboorte en het geloof in Christus. Daarvan spreekt de doortocht door de zee. Het oude Egypte wordt definitief en fundamenteel verlaten. We laten het oude leven los en we willen het nieuwe leven binnengaan. Maar dat gaat niet onmiddellijk. Er ligt een woestijn tussen! In die woestijn blijkt dat Egypte weliswaar verlaten is, Israël is verlost uit Egypte, maar nog niet van Egypte. Dat Egypteleven blijkt nog in hun hart te zitten.



Is dat ook niet ons leven zo? Zit de wereld, die we verlieten om Christus te volgen, niet in ons hart? Het hele oude leven lieten we weliswaar achter; de rots is wel veranderd, maar die keisteen moet ook nog veranderen (:8). Bent u door genade verlost uit Egypte? Dat is groots en overweldigend. Maar dan moet u ook nog verlost worden van Egypte. Er moeten besliste keuzes worden gemaakt. In de kracht van de Heilige Geest moeten we ook nog de Jordaan doortrekken. Daarin maakt de Here een pad, opdat we het Beloofde Land kunnen binnentrekken. Op dat pad moeten we beslist de zonde afleggen. Dat kan niet als men niet éérst uit Egypte is verlost. Eerst moet een mens wedergeboren worden, zich bekeren tot God en besluiten Hem te gehoorzamen en te dienen. Door de kracht van de Heilige Geest gaat Hij ons bijstaan om elke zonde bewust af te leggen. Die macht geeft Hij ons op het moment dat we ons tot Hem bekeren. Johannes zegt: "hun heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden" (Joh. 1:12). Die macht is hierin gelegen dat wij, door Gods kracht, de macht der zonde in ons overwinnen (Rom. 8:13).

Gods verlossingsplan wordt in deze psalm bezongen. We hoeven niets te vrezen. Hij brengt ons veilig in Kanaän, als wij hierin tenminste ‘medearbeider Gods’ willen zijn. Wij moeten besliste keuzes maken en de Geest staat ons dan bij. Weg uit Egypte – het oude zondeleven – binnentrekken in Kanaän, land van overvloed. Alles is mogelijk door de wondere kracht van de levende God, die Hij in Christus aan ons toont. Hebt u al echt Pasen gevierd?



Feike ter Velde