Het Evangelie van Matteüs (13)
Profetie in het Nieuwe Testament
Matteüs 24:32-35 behoort tot de meest spraakmakende perikopen van de Bijbel. Want velen dachten er een sleutel in te vinden, waardoor ze de Eindtijd van een datum konden voorzien. Echter, de tekst geeft geen exacte tijdsbepaling. Dat mag geen verbazing wekken, want Jezus profeteerde:
‘Doch van die dag en van die ure weet niemand, ook de engelen der hemelen niet, ook de Zoon niet, maar de Vader alleen’ (Matteüs 24:36).
Alle menselijke berekeningen zijn niet meer dan gissingen. God weet het juiste tijdstip, verder niemand! Maar hoewel de aanvang van de Eindtijd niet te voorspellen is, geeft de profetie wel ruwe aanwijzingen. Zo kunnen Gods kinderen zich voorbereiden op de opname van de Gemeente en de boodschap van Jezus’ komst uitdragen.
‘Leert dan van de vijgenboom deze les: Wanneer zijn hout reeds week wordt en de bladeren doet uitspruiten, weet gij daaraan, dat de zomer nabij is. Zo moet ook gij, wanneer gij dit alles ziet, weten, dat het nabij is, voor de deur’ (Matteüs 24:32-33).
Leert dan van de vijgenboom deze les
Deze tekst bevat twee belangrijke elementen. 1) De profetie begint met een opdracht. 2) Er wordt een ruwe tijdsbepaling gegeven van wanneer de Eindtijd begint.
De perikoop begint met een opdracht van Jezus aan Zijn discipelen: ‘leert dan’. Die is niet voor hen alleen bestemd. Dan zou deze profetie over de Eindtijd geen zin hebben. Dit bevel geldt heel Christus’ kerk tot op de huidige dag. Nu zullen er christenen zijn die er geen boodschap aan hebben. Het is maar één tekst, die ook nog niet zo duidelijk is, nietwaar? Wel, het blijft niet bij die ene tekst. 1 Tessalonicenzen 4:15-18 sluit op deze profetie aan. Die opent met Gods handtekening en verkrijgt daarmee de hoogste graad aan gezag: ‘Want dit zeggen wij u met een woord des Heren: wij, levenden, die achterblijven tot de komst des Heren, zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan, want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan; daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zó zullen wij altijd met de Here wezen.’
Klinkt het ‘Maranatha’ wel bij u?
Een belangrijke vraag aan kerkgemeenten is: Worden deze Bijbelgedeelten bij u regelmatig onderwezen? We zouden ook kunnen zeggen: Wordt de Maranatha-boodschap (Jezus komt) bij u regelmatig verkondigd? Het antwoord zal vaak negatief uitvallen en daarmee wordt een Goddelijk bevel genegeerd!
Wanneer zijn hout reeds week wordt en de bladeren doet uitspruiten
Volgens veel Bijbelgeleerden stelt de vijgenboom het volk Israël voor. Anderen ontkennen dat. De Bijbel zelf geeft er maar beperkt grond voor (bijv. in Lucas 13:6-9 en Hosea 9:10). Toch zijn er aanwijzingen die te denken geven. Zo vinden we twee olijftakken in het wapen van Israël en op de eerste postzegel van de nieuwe natie staat een olijfboom. Ook het ontstaan van het moderne Israël, bijna 2000 jaar na de ondergang, geheel volgens het woord van de profeten, komt overeen met het beeld van de vijgenboom (een schijnbaar dode boom komt tot leven).
Hoe dan ook, de Here Jezus geeft een heel herkenbaar voorbeeld, dat iedereen in Israël begreep en geen nadere uitleg behoeft. Hij dringt bij ons aan, dat we de tekenen van de tijd (wat er om ons heen gebeurt) goed in de gaten houden, want daaraan kun je aflezen of de Eindtijd voor de deur staat.
Weet gij daaraan, dat de zomer nabij is
De zomer typeert in deze profetie uiteraard het toekomstige Messiaanse Rijk.
Zo moet ook gij, wanneer gij dit alles ziet, weten, dat het nabij is, voor de deur
We moeten nagaan wat bedoeld wordt met ‘dit alles’. Dat vinden we in de verzen hiervoor. Daarom nog eens een kort overzicht van Jezus’ profetieën:
1. De tempel zal verwoest worden (vers 1).
2. Valse messiassen zullen opstaan en velen misleiden (vers 5).
3. Oorlogen en geruchten van oorlogen (vers 6).
4. Volken en koninkrijken zullen tegen elkaar ten strijde trekken (vers 7a).
5. Er worden hongersnoden voorzegd; grote aardbevingen zullen uitbreken (vers 7b).
6. Dan zullen gelovigen onderdrukt en gedood worden en door alle volken gehaat (vers 9).
7. Overal zal verraad heersen (vers 10).
8. Talrijke valse profeten zullen opstaan (vers 11).
9. Gods wet wordt terzijde gesteld en de liefde wordt een schaars goed (vers 12).
Profetie 1 is vervuld. Profetie 2-3 worden door veel uitleggers betrokken op de tijd na de verwoesting van de tempel tot op heden. Dat is niet waarschijnlijk. De profetie past veel beter in de jaren voor de Joodse oorlog, voor de verwoesting van de tempel. Toen was het Romeinse Rijk in wanorde en ‘waren er inderdaad oorlogen, geruchten van oorlogen en stonden valse messiassen op. Dat is de eerste vervulling.
Vers 6c vormt een scheiding in de tijd: ‘Maar het einde is het nog niet.’ Daarna springt de profetie naar de Eindtijd (Dat is typerend voor Eindtijdprofetie in de Bijbel. De periode van de Gemeente wordt gewoonlijk overgeslagen).
Het einde wordt ingeluid met Matteüs 24:7-8. Daar spreekt Jezus van weeën, die de geboorte van het Messiaanse Rijk inleiden. Met die weeën wordt de Eindtijd bedoeld, dus de Grote Verdrukking en de aanloop daarnaartoe. Die zal zich kenmerken door wereldwijde conflicten (profetie 4), hongersnoden en toenemend natuurgeweld (profetie 5). Daarom zal men dan om een wereldleider roepen, die een einde kan maken aan de chaos en dat is de antichrist. De profetieën 6-9 spreken over de tijd van de antichrist en beschrijven kenmerken van de Grote Verdrukking.
Heden, in het jaar 2011, bevinden we ons kort voor profetie 4. De weeën staan dus voor de deur, want: 1) Het volk Israël is terug in het beloofde land. 2) De tekenen, dat de komst van de antichrist op handen is, nemen toe. 3) Rampen vinden op steeds grotere schaal plaats.
‘Voorwaar, Ik zeg u, dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, voordat dit alles geschiedt’ (Matteüs 24:34).
De voetstappen van de komende Messias
Dit alles ziet weer op de profetische tekenen. Die betreffen twee periodes. De eerste profetieën (Matteüs 24:1-6) zijn vervuld. De tweede reeks ziet op de Eindtijd. In beide gevallen voorzegt Jezus, dat die profetieën binnen één geslacht (generatie) vervuld zullen worden.
De vraag is: hoe lang duurt een generatie. Daarover is helaas zoveel strijd, dat we ons daar niet in mengen. Het zou 40, 50 tot zelfs 100 jaar kunnen zijn. Ook weten we niet wat het startpunt is voor een berekening. Sommigen noemen de stichting van Israël (1948). Anderen de verovering van Jeruzalem (1967). Als we de laatste datum nemen, dan zou de wederkomst nog tot 2067 kunnen uitblijven.
We houden ons aan Matteüs 24:36. Speculeren heeft geen zin. Toch is duidelijk dat de wederkomst van onze Here nabij is. De tekenen, die aan zijn komst voorafgaan, spreken boekdelen. Wie goed luistert, hoort de voetstappen van de komende Messias, Jezus Christus.
‘De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan’ (Matteüs 24:35).
Je kunt ook zeggen: Wat er ook gebeurt, de profetie zal vervuld worden. Het is een herhaling van Matteüs 5:18 ‘Voorwaar, Ik zeg u: Eer de hemel en de aarde vergaat, zal er niet één jota of één tittel vergaan van de wet, eer alles zal zijn geschied.’
Gert van de Weerd
Matteüs 24:32-35 behoort tot de meest spraakmakende perikopen van de Bijbel. Want velen dachten er een sleutel in te vinden, waardoor ze de Eindtijd van een datum konden voorzien. Echter, de tekst geeft geen exacte tijdsbepaling. Dat mag geen verbazing wekken, want Jezus profeteerde:
‘Doch van die dag en van die ure weet niemand, ook de engelen der hemelen niet, ook de Zoon niet, maar de Vader alleen’ (Matteüs 24:36).
Alle menselijke berekeningen zijn niet meer dan gissingen. God weet het juiste tijdstip, verder niemand! Maar hoewel de aanvang van de Eindtijd niet te voorspellen is, geeft de profetie wel ruwe aanwijzingen. Zo kunnen Gods kinderen zich voorbereiden op de opname van de Gemeente en de boodschap van Jezus’ komst uitdragen.
‘Leert dan van de vijgenboom deze les: Wanneer zijn hout reeds week wordt en de bladeren doet uitspruiten, weet gij daaraan, dat de zomer nabij is. Zo moet ook gij, wanneer gij dit alles ziet, weten, dat het nabij is, voor de deur’ (Matteüs 24:32-33).
Leert dan van de vijgenboom deze les
Deze tekst bevat twee belangrijke elementen. 1) De profetie begint met een opdracht. 2) Er wordt een ruwe tijdsbepaling gegeven van wanneer de Eindtijd begint.
De perikoop begint met een opdracht van Jezus aan Zijn discipelen: ‘leert dan’. Die is niet voor hen alleen bestemd. Dan zou deze profetie over de Eindtijd geen zin hebben. Dit bevel geldt heel Christus’ kerk tot op de huidige dag. Nu zullen er christenen zijn die er geen boodschap aan hebben. Het is maar één tekst, die ook nog niet zo duidelijk is, nietwaar? Wel, het blijft niet bij die ene tekst. 1 Tessalonicenzen 4:15-18 sluit op deze profetie aan. Die opent met Gods handtekening en verkrijgt daarmee de hoogste graad aan gezag: ‘Want dit zeggen wij u met een woord des Heren: wij, levenden, die achterblijven tot de komst des Heren, zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan, want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan; daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zó zullen wij altijd met de Here wezen.’
Klinkt het ‘Maranatha’ wel bij u?
Een belangrijke vraag aan kerkgemeenten is: Worden deze Bijbelgedeelten bij u regelmatig onderwezen? We zouden ook kunnen zeggen: Wordt de Maranatha-boodschap (Jezus komt) bij u regelmatig verkondigd? Het antwoord zal vaak negatief uitvallen en daarmee wordt een Goddelijk bevel genegeerd!
Wanneer zijn hout reeds week wordt en de bladeren doet uitspruiten
Volgens veel Bijbelgeleerden stelt de vijgenboom het volk Israël voor. Anderen ontkennen dat. De Bijbel zelf geeft er maar beperkt grond voor (bijv. in Lucas 13:6-9 en Hosea 9:10). Toch zijn er aanwijzingen die te denken geven. Zo vinden we twee olijftakken in het wapen van Israël en op de eerste postzegel van de nieuwe natie staat een olijfboom. Ook het ontstaan van het moderne Israël, bijna 2000 jaar na de ondergang, geheel volgens het woord van de profeten, komt overeen met het beeld van de vijgenboom (een schijnbaar dode boom komt tot leven).
Hoe dan ook, de Here Jezus geeft een heel herkenbaar voorbeeld, dat iedereen in Israël begreep en geen nadere uitleg behoeft. Hij dringt bij ons aan, dat we de tekenen van de tijd (wat er om ons heen gebeurt) goed in de gaten houden, want daaraan kun je aflezen of de Eindtijd voor de deur staat.
Weet gij daaraan, dat de zomer nabij is
De zomer typeert in deze profetie uiteraard het toekomstige Messiaanse Rijk.
Zo moet ook gij, wanneer gij dit alles ziet, weten, dat het nabij is, voor de deur
We moeten nagaan wat bedoeld wordt met ‘dit alles’. Dat vinden we in de verzen hiervoor. Daarom nog eens een kort overzicht van Jezus’ profetieën:
1. De tempel zal verwoest worden (vers 1).
2. Valse messiassen zullen opstaan en velen misleiden (vers 5).
3. Oorlogen en geruchten van oorlogen (vers 6).
4. Volken en koninkrijken zullen tegen elkaar ten strijde trekken (vers 7a).
5. Er worden hongersnoden voorzegd; grote aardbevingen zullen uitbreken (vers 7b).
6. Dan zullen gelovigen onderdrukt en gedood worden en door alle volken gehaat (vers 9).
7. Overal zal verraad heersen (vers 10).
8. Talrijke valse profeten zullen opstaan (vers 11).
9. Gods wet wordt terzijde gesteld en de liefde wordt een schaars goed (vers 12).
Profetie 1 is vervuld. Profetie 2-3 worden door veel uitleggers betrokken op de tijd na de verwoesting van de tempel tot op heden. Dat is niet waarschijnlijk. De profetie past veel beter in de jaren voor de Joodse oorlog, voor de verwoesting van de tempel. Toen was het Romeinse Rijk in wanorde en ‘waren er inderdaad oorlogen, geruchten van oorlogen en stonden valse messiassen op. Dat is de eerste vervulling.
Vers 6c vormt een scheiding in de tijd: ‘Maar het einde is het nog niet.’ Daarna springt de profetie naar de Eindtijd (Dat is typerend voor Eindtijdprofetie in de Bijbel. De periode van de Gemeente wordt gewoonlijk overgeslagen).
Het einde wordt ingeluid met Matteüs 24:7-8. Daar spreekt Jezus van weeën, die de geboorte van het Messiaanse Rijk inleiden. Met die weeën wordt de Eindtijd bedoeld, dus de Grote Verdrukking en de aanloop daarnaartoe. Die zal zich kenmerken door wereldwijde conflicten (profetie 4), hongersnoden en toenemend natuurgeweld (profetie 5). Daarom zal men dan om een wereldleider roepen, die een einde kan maken aan de chaos en dat is de antichrist. De profetieën 6-9 spreken over de tijd van de antichrist en beschrijven kenmerken van de Grote Verdrukking.
Heden, in het jaar 2011, bevinden we ons kort voor profetie 4. De weeën staan dus voor de deur, want: 1) Het volk Israël is terug in het beloofde land. 2) De tekenen, dat de komst van de antichrist op handen is, nemen toe. 3) Rampen vinden op steeds grotere schaal plaats.
‘Voorwaar, Ik zeg u, dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, voordat dit alles geschiedt’ (Matteüs 24:34).
De voetstappen van de komende Messias
Dit alles ziet weer op de profetische tekenen. Die betreffen twee periodes. De eerste profetieën (Matteüs 24:1-6) zijn vervuld. De tweede reeks ziet op de Eindtijd. In beide gevallen voorzegt Jezus, dat die profetieën binnen één geslacht (generatie) vervuld zullen worden.
De vraag is: hoe lang duurt een generatie. Daarover is helaas zoveel strijd, dat we ons daar niet in mengen. Het zou 40, 50 tot zelfs 100 jaar kunnen zijn. Ook weten we niet wat het startpunt is voor een berekening. Sommigen noemen de stichting van Israël (1948). Anderen de verovering van Jeruzalem (1967). Als we de laatste datum nemen, dan zou de wederkomst nog tot 2067 kunnen uitblijven.
We houden ons aan Matteüs 24:36. Speculeren heeft geen zin. Toch is duidelijk dat de wederkomst van onze Here nabij is. De tekenen, die aan zijn komst voorafgaan, spreken boekdelen. Wie goed luistert, hoort de voetstappen van de komende Messias, Jezus Christus.
‘De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan’ (Matteüs 24:35).
Je kunt ook zeggen: Wat er ook gebeurt, de profetie zal vervuld worden. Het is een herhaling van Matteüs 5:18 ‘Voorwaar, Ik zeg u: Eer de hemel en de aarde vergaat, zal er niet één jota of één tittel vergaan van de wet, eer alles zal zijn geschied.’
Gert van de Weerd