Image

Het dagelijks leven van de ultraorthodoxe Joden

Jacqueline Looman • 99 - 2023 • Uitgave: 1

Wanneer we het hebben over bevolkingsgroepen die nog niet met het Evangelie zijn bereikt, denken we niet direct aan de ultraorthodoxe Joden. Toch behoren ook zij tot die groepen. Men verwacht dat in 2060 de helft van het wereldwijde jodendom ultraorthodox zal zijn! Als je dan bedenkt dat deze grote groep totaal onbekend is met het Evangelie, dan breekt toch je hart.

Nu is het bijna onmogelijk om de ultraorthodoxe Joden, ofwel de charediem te bereiken met het Evangelie. Maar God kan dat wel; Hij kan tot hen spreken door Zijn Woord. Dat heeft Hij gedaan en dat doet Hij nog steeds! Lees maar eens het getuigenis van de orthodoxe Avichai in het boek 10 Joden, 1 Messias. Gods woorden in Zijn Bijbel, de profetieën over de Messias en hun vervulling in de Heere Jezus hebben Avichai overtuigd dat Jesjoea de Messias van Israël is.    

Wat weten we over de charediem?
De ultraorthodoxe beweging is pas ontstaan aan het begin van de 19e eeuw, toen traditionele Joden zich verzetten tegen de opkomst van het liberale jodendom in Europa.

De charediem begonnen het contact met de buitenwereld te vermijden en werden strenger in het naleven van de tradities. De charediem zijn verdeeld in twee hoofdstromingen: chassidisch en jesjivisch. De chassidiem (letterlijk vromen) praktiseren een meer mystieke, spirituele benadering van het jodendom. De chassidische gemeenschap zelf is weer verdeeld in diverse subgroepen – zoals Satmar, Bobov en Chabad-Lubavitch - die elk vasthouden aan de geloofsovertuigingen en toepassingen die hun rebbe (geestelijk leider) voorschrijft.  

De jesjivische Joden daarentegen vinden dat de chassidische Joden onvoldoende aandacht besteden aan de bestudering van de Talmoed. Dát is namelijk kenmerkend voor de jesjivische Joden, ook wel Litouwse Joden of Litvaks genoemd omdat zij oorspronkelijk uit Litouwen komen. Bij hen staat de rationele benadering van de Talmoed centraal, en zij moeten niets hebben van de chassidische mystiek en hun nadruk op emoties.  

Rollen en regels
Binnen de ultraorthodoxe gemeenschap zijn de rollen van man en vrouw strikt gedefinieerd, en is elk aspect van het leven gereguleerd. Vierentwintig uur per dag, vanaf de wieg tot aan het graf. Het meest prestigieuze wat een ultraorthodoxe man kan doen, is de Talmoed en rabbijnse geschriften bestuderen. Jongens, maar ook getrouwde mannen die het zich kunnen veroorloven, studeren fulltime. Vrouwen zijn dus vaak de kostwinners, naast de zorg voor het gezin met gemiddeld zo’n zes tot acht kinderen!  

Om reinheid te bevorderen, is er nauwelijks contact tussen mannen en vrouwen. Zij mogen elkaar niet aanraken, en in de strengste groepen lopen ze zelfs aan verschillende kanten van de straat en zitten ze gescheiden in de bus. Jongens en meisjes gaan naar aparte scholen. Charediem trouwen heel jong. Huwelijken worden meestal gearrangeerd door de families of een sjadchen (koppelaar). De belangrijkste taak van de charedi-vrouwen is om hun echtgenoten te ondersteunen in de Thorastudie, en om ‘vruchtbaar te zijn en zich te vermenigvuldigen’ (Genesis 1:28). De charediem nemen dit gebod uiterst serieus. Diegenen die de Tweede Wereldoorlog hebben overleefd, hopen met de kinderrijke gezinnen de miljoenen verloren gegane levens enigszins te compenseren.  

De ultraorthodoxe vrouwen hebben maar beperkte persoonlijke vrijheid en geen wettelijke status. Omdat zij aan strenge normen moeten voldoen, nauwlettend in de gaten worden gehouden en het druk hebben met het runnen van het huishouden, leven de vrouwen vaak nog meer geïsoleerd van de buitenwereld dan de mannen. Hierdoor zijn zij een onbereikte groep binnen een onbereikte groep!   De vrouwen behoren zich ook zeer bescheiden op te stellen volgens het principe van tsnioes (kuisheid). Op basis van Psalm 45:14: ‘De koningsdochter is innerlijk één en al heerlijkheid’, stellen de rabbijnen dat de schoonheid van een vrouw alleen aan haar man mag worden getoond. Afbeeldingen van vrouwen worden gecensureerd en gewist in boeken, zodat mannen niet afgeleid kunnen worden van hun Thorastudie. Soms, wanneer de gemeenschap door rampspoed wordt getroffen, leggen de rabbijnen de oorzaak bij een gebrek aan bescheidenheid van vrouwen.  
Ultraorthodoxe vrouwen accepteren deze normen als iets dat bij het leven hoort. In ruil daarvoor kunnen zij altijd rekenen op het sterke vangnet van de gemeenschap, die klaarstaat om hen overal mee te helpen, van vieringen en kinderopvang tot crisissituaties.  

Onderwijs en werk
De zin: ‘Je zult het dag en nacht overdenken’ (Jozua 1:8) - verwijzend naar de Thora – nemen de rabbijnen letterlijk. Dus buiten bidden, eten en slapen wordt van mannen verwacht dat zij de Thora en vooral de Talmoed bestuderen. Het onderwijs van de jongens richt zich dan ook vooral daarop. Reguliere vakken zoals bijvoorbeeld wiskunde of taal zijn ondergeschikt. Door het gebrek aan reguliere kennis vinden de meeste ultraorthodoxe Joden, die verplicht moeten werken, maar moeilijk een baan. Door laaggeschooldheid, grote gezinnen en mannen die fulltime Thorastudie volgen, kunnen de charediem tot de armste Joodse mensen ter wereld behoren. In 2020 leefde 6 van de 10 ultraorthodoxe kinderen in Israël beneden de armoedegrens.    

Maar de ultraorthodoxe gemeenschap heeft wel een prachtig zelfvoorzienend netwerk dat hen altijd helpt om te overleven. Ze hebben uitleenorganisaties, technische en medische hulpdiensten, eigen ambulances, verpleeg- en thuiszorg, kinderopvang, enzovoorts.
De charediem geven een prachtig voorbeeld van hoe het leven eruit ziet als iedereen zijn steentje bijdraagt in de zorg voor de meest behoeftigen.
Wat zou het toch fantastisch zijn als zij ook de allergrootste vorm van vrijgevigheid en zelfopofferende liefde zouden leren kennen, die gevonden wordt in het feit dat God Zijn Zoon heeft gegeven!  

Nooit weer?
Hoe ongelooflijk ook, maar wereldwijd wordt de Joodse gemeenschap weer geconfronteerd met toenemend antisemitisme. Of laten we het duidelijker benoemen: met groeiende Jodenhaat.
De ultraorthodoxe Joden zijn net iets vaker het doelwit dan de rest van de Joodse gemeenschap, omdat zij door hun kleding gemakkelijker te herkennen zijn als Joods. Steeds meer zien we ook antisemitisme verpakt in kritiek op Israël of het zionisme. Als de spanningen tussen Israël en de buurlanden oplopen, heeft dit direct gevolgen voor de Joodse gemeenschappen buiten Israël.

De Bijbel leert dat in de eindtijd de Jodenhaat zal toenemen. Jeruzalem zal voor alle volken gemaakt worden tot een ‘steen die moeilijk te tillen is’ (Zacharia 12). Gezien de herkenbaarheid en enorme groei van de charediem, is het niet zo ondenkbaar dat zij nog meer het doelwit gaan worden van de antisemieten. Het is belangrijk dat we ons daarvan bewust zijn.
Want wie weet, komt er ooit een dag dat we als christenen onze huizen moeten openstellen om de charediem op te vangen. Wat doen we dan? Handelen we dan zoals de Heere wil: ‘Voorwaar, Ik zeg u: voor zover u dit voor een van deze geringste broeders van Mij gedaan hebt, hebt u dat voor Mij gedaan’ (Mattheüs 25:40).  

Subtiel antisemitisme
Maar er bestaat nog een andere vorm van antisemitisme, die veel subtieler is, maar qua uitwerking desastreus.
We hebben het dan over de pogingen om Joden buiten het bereik van het Evangelie te houden. De Joodse Michael Brown zegt hierover: “Ik weet dat mensen niet antisemitisch willen zijn en denken aan de gruwelen van de Holocaust. Maar er is niets belangrijkers dan te bidden voor het Joodse volk én met hen het Evangelie te delen. Het meest antisemitische wat je kunt doen, is Joodse mensen het Evangelie onthouden.”  

De charediem bereiken. Hoe dan?
Maar waarom herkennen Joden Jesjoea (Jezus) niet als hun beloofde Messias? Het antwoord is ingewikkeld. Sommige charediem kennen de naam van Jesjoea alleen als een vloek. Weer anderen geloven wel dat Hij heeft bestaan, maar beschouwen Hem als een gekruisigde godslasteraar. Ook heeft 2000 jaar christendom niet bepaald bijgedragen aan de juiste beeldvorming over de Heere Jezus. Er zijn talloze obstakels voor de charediem die hen ervan weerhouden om Hem te zien als Israëls Messias.  

De Bijbel kan die obstakels wegnemen! Een gesprek met een ultraorthodoxe Jood is nauwelijks mogelijk, maar een Bijbel geven lukt vaak wel. De Bijbel is de allerbeste evangelist, en dat is eigenlijk ook niet zo vreemd. Het is immers Gods Woord. De Heere kan het hart van de religieuze Jood aanraken, en een vurige vijand van het Evangelie veranderen in een vurige ambassadeur van de Heere Jezus. Denk maar eens aan Gods ingrijpen bij Paulus.  

Het is voor ons als gelovigen belangrijk om, net als Paulus, bewogenheid te hebben met de charediem en de grote geestelijke nood onder ogen te zien. Laten we onze ogen daarvoor niet sluiten en onze ‘religieuze roze bril’ afzetten! Laten we ook net als Paulus aanhoudend blijven bidden dat de charediem zullen ontdekken Wie Jesjoea werkelijk is. Dat hun verwrongen beeld van Hem en van het Nieuwe Testament zal worden weggenomen.  

Mede daarom heeft Stichting Israël en de Bijbel Hebreeuws-Jiddische materialen ontwikkeld, die er op gericht zijn om de ultraorthodoxe Joden te laten kennismaken met het door-en-door Joodse karakter van het Evangelie, en natuurlijk met Jezus de Messias.   Het heeft geleid tot de volgende uitgaven en publicaties:

  • een Jiddische uitgave van het Mattheüsevangelie met verschillende Messiaanse Psalmen, in klein formaat en kan snel en onopvallend worden weggestopt.

  • De website www.yiddishnewtestament.org waarop de Bijbel beschikbaar is in het Hebreeuws en Jiddisch (in ontwikkeling).

  • een digitale en doorzoekbare versie van de Jiddische tekst van het Nieuwe Testament.  

Het Jiddische Nieuwe Testament is cruciaal voor de charediem om te lezen over de hoop die Jesjoea geeft. Maar onderschat ook niet de kracht van uw gebeden. Ze kunnen een sleutel zijn tot het openen van de deur naar deze gesloten gemeenschap. Want… als wij bidden, werkt God!  

Jacqueline Looman