Grenzen en vrijheid in relatie en opvoeding

drs. Almatine J.J. Leene • 88 - 2012 • Uitgave: 19
‘Mam, Erica mag zelf weten hoe laat ze naar huis gaat, waarom moet ik dan altijd voor middernacht al thuis zijn?’ ‘Weet je Peter, het is nu al de derde keer deze week dat je niet meehelpt met de afwas, ik heb het er helemaal mee gehad!’ Beide uitspraken gaan over grenzen en vrijheid. Geef je aan je kinderen de vrijheid om zelf te bepalen hoe laat ze thuiskomen, of stel je een grens? Peters vrouw heeft blijkbaar haar grens bereikt als het gaat om de inzet van haar man wat de afwas betreft.

De woorden ‘vrijheid’ en ‘grens’ lijken lijnrecht tegenover elkaar te staan. Vrijheid is een hoog ideaal in onze samenleving, grenzen daarentegen worden gezien als negatief. Ze beperken je en houden je terug. We moeten er niet aan denken dat er geen vrijheid van meningsuiting of godsdienst meer zou zijn. Of stel je voor dat jouw partner je van alles zou verbieden? Toch hebben vrijheid en grenzen meer met elkaar te maken dan je denkt, sterker nog, zij kunnen niet zonder elkaar. Daarom is het belangrijk om te weten wat we met vrijheid en grenzen bedoelen.

Slaaf of vrij
Galaten 5 is een bekend hoofdstuk over vrijheid. Toch gaat dit gedeelte misschien nog wel meer over grenzen. Paulus schrijft in vers 1 en herhaalt in vers 13, dat we door Christus bevrijd zijn, opdat we in vrijheid zouden leven. Het is onze roeping om vrij te zijn. Direct daarna geeft hij echter ook de grens aan; laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen (5:1) en misbruik die vrijheid niet (5:13). Vrijheid is, ironisch genoeg, dus niet doen wat je maar wilt, want voor je het weet ben je weer (ver)slaaf(d). Als je doet wat je maar wilt, maak je misbruik van je vrijheid.
Stel je voor dat iedereen in jouw gezin doet wat hij of zij wil. Grote kans dat de afwas nooit meer gedaan zal worden. Als er geen grenzen zijn, wordt de vrijheid juist bedreigd. Met stapels afwas wordt het moeilijk om vrij rond te lopen of zomaar een glaasje water te drinken. Als jouw kind elke dag zeurt om nieuw speelgoed en jij nooit een grens stelt, loop je kans dat hij of zij verslaafd raakt aan speelgoed. Een verslaving is het tegenovergestelde van vrijheid. Om dat te voorkomen is het goed dat er grenzen zijn. Maar, als vrijheid niet betekent dat er geen grenzen zijn, wat is vrijheid dan wel?

Kijk eerst naar jezelf
In de Bijbel staat vrijheid gelijk aan dienen. Dienen betekent: heb uw naaste lief als uzelf. Dat houdt allereerst in dat je jezelf lief moet hebben. Welke vrijheid geef je en welke grenzen stel je aan jezelf? Zijn dat gezonde grenzen en gezonde vrijheden? Een gezonde grens is bijvoorbeeld dat je niet meer dan één keer per week snackt. Het is ongezond als je vindt dat je nooit meer iets lekkers mag eten. De belangrijkste vraag is echter, waarom je zekere grenzen stelt, of niet stelt. Omdat je van jezelf houdt? Als dit niet zo is, dan leef je niet in vrijheid.
Het is belangrijk om eerst bij je eigen grenzen en vrijheden stil te staan, want voor je het weet projecteer je die onbewust op de ander. Pas als je jezelf lief hebt, kun je de ander ook liefhebben. Dan lukt het beter om je man, vrouw of kinderen de ruimte te geven om zichzelf te zijn, al hanteer jij misschien andere grenzen. Als jij meer op de centen let dan je vrouw, welke ruimte geef je haar dan? En, belangrijker nog, kunnen jullie samen tot een grens komen waarin de liefde voor de ander en het dienen van elkaar, centraal staat?

Motivatie
Paulus stelt het dienen van elkaar nog radicaler voor. Dat kan hij doen, omdat hij zich bewust is van zijn vrijheid. In 1 Korintiërs 9:19 verwoordt hij dit als volgt: ‘Vrij als ik ben ten opzichte van iedereen, ben ik de slaaf van iedereen geworden om zo veel mogelijk mensen te winnen.’ Is dit niet gek? Ben je eindelijk vrij, wordt je weer slaaf? Je zou juist denken dat iemand die net uit de gevangenis komt, zijn vrijheid ruikt en alles doet wat hij in de gevangenis niet kon doen. Maar het is niet voor niets dat Galaten 5:17 aanspoort om je te laten leiden door de Geest. Alleen de Geest kan er voor zorgen dat je niet enkel met jezelf bezig bent. Dat is in strijd met wat wij zelf willen, maar als je alleen doet wat je zelf wilt, ben je niet vrij. Dat zorgt voor ruzie, jaloezie en ga zo maar door (5:19-21).
Denk nog maar even aan het voorbeeld van die afwas. Om ruzie of jaloezie te voorkomen, is het goed om regels te hebben, zoals voor een zekere tijd thuis komen. Zij kan echter nooit een regel op zichzelf zijn, zij wordt bepaald door het doel: liefde. Leg daarom aan je kind uit waarom het voor jou belangrijk is dat ze niet te laat thuis komt. En als je haar wel alle ruimte geeft, leg dan uit waarom je dat doet. Het belangrijkste is de motivatie. Wil je de vrijheid van je kind inperken omdat je die zelf nooit hebt gehad? Dan heb je jezelf niet lief. Wil je een meningsverschil niet uitpraten omdat er vroeger niemand naar jou luisterde? Wijs je de ander voortdurend op zijn of haar fouten omdat jou ouders dat ook bij jou deden? Vraag de Geest om je te laten zien dat je vrij bent door Christus, zodat de vrucht; liefde, vreugde, vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing, zichtbaar wordt in je leven (5:22,23).

Er is maar één echte grens en motivatie: liefde. Bespreek met je kind, ouders of partner eens welke grenzen voor hen belangrijk zijn en wanneer ze denken vrijheid nodig te hebben. Praat ook door over waar jou grenzen liggen en waarom dat zo is. Grenzen in de Bijbel zijn nooit een doel op zichzelf, zij zijn kaders waardoor je dicht bij God blijft en in echte vrijheid leeft. Zo kunnen grenzen en vrijheden in jou gezin er ook voor zorgen dat jullie relatie groeit en de liefde centraal staat. Lang leve echte vrijheid.

Drs. A.M.J. Leene