‘Gods stem genegeerd door niet aan te bellen'

Oscar Lohuis • 94 - 2018 • Uitgave: 19
Het enige wat wij werkelijk nodig hebben is meer zicht op de Heere Jezus. Dat wij Hem meer en meer gaan zien. Dat komt door te gaan luisteren naar Zijn stem. Hij is Dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid en Hij spreekt nog steeds tot ons. Hij is het Woord van God. Spreken en Zichzelf openbaren is Zijn aard.

Het maakt zo veel verschil wanneer wij leren om te luisteren naar de stem van de Heer. Een voorbeeld is de apostel Johannes. Hij was verbannen naar het eiland Patmos. Dat was een eiland waar gevangenen naar toe afgevoerd werden om daar dwangarbeid te moeten verrichten. Hij was inmiddels een oude man geworden, en juist in die laatste fase van zijn leven werd hij op deze wijze ‘deelgenoot in de verdrukking’.

Getuige geweest
Dit is dezelfde man die ongekende glorietijden had meegemaakt, waarover wij lezen in de Bijbel. Drie jaar lang had hij met de Heere Jezus opgetrokken. Hij was getuige geweest van veel van wat Jezus tijdens Zijn bediening had gedaan, de genezingswonderen, de scheppingswonderen en hoe Hij Zijn macht over de natuur had getoond. Hij had Jezus in levenden lijve van heel dichtbij mogen meemaken en naar Zijn onderwijs geluisterd. Hij hoorde bij de drie meest intieme volgelingen van de Heer en zelfs onder die drie (Petrus, Jakobus en Johannes) had hij een bijzondere plek gehad. Hij wordt genoemd ‘de apostel die Jezus liefhad’. Hij had de kruisiging, begrafenis en de verschijningen van de opgestane Jezus meegemaakt.

Daarna was hij volop onderdeel geweest van de eerste Gemeente. Hij had de grote opwekking waar wij over lezen in het boek Handelingen meegemaakt. Hij was erbij toen de Geest voor het eerst werd uitgestort en van alle machtige gebeurtenissen daarna. Ook had hij vele jarenlang onderdeel uitgemaakt van het zendingswerk dat door de Heilige Geest op gang was gekomen. Hij werd later ook voorganger van de gemeente in Efeze, in Klein-Azië, dat in het huidige Turkije ligt. Maar nu zat hij in de verdrukking. We weten niet precies in wat voor omstandigheden de oude apostel zich bevond, maar het zou goed kunnen dat hij ook dwangarbeid moest verrichten. Wellicht stond zijn leven sterk op het spel en dreigde de dood elke dag.

Je kameraden overleven
Daarbij dacht ik ook nog aan iets anders. Johannes is de enige apostel die een hoge leeftijd heeft bereikt. Toen hij op Patmos zat was Petrus al gekruisigd in Rome, was ook Paulus al een martelaar geworden in diezelfde stad, was Thomas al in India gestorven omwille van het getuigenis van Jezus, en ook de leider van de gemeente in Jeruzalem, Jakobus, was er niet meer. Het is niet makkelijk om veel van je kameraden te overleven. Laatst was ik bij mijn moeder en we hadden het over het overlijden van een vriendin van haar. Toen zij zei: “Bijna al mijn vrienden van vroeger zijn al overleden.” Dat is niet gemakkelijk. Alle apostelen, behalve de apostel Johannes, zijn als martelaar aan hun einde gekomen. Johannes bleef in leven.

Maar juist in die heel moeilijke omstandigheden krijgt Johannes de meest heerlijke en de meest overweldigende openbaring. Terwijl hij Jezus jarenlang zo dichtbij heeft meegemaakt, leert hij Hem nu kennen als nooit tevoren. Hij krijgt openbaring in de donkerste uren. Hij ziet Jezus in Zijn hemelse heerlijkheid als nooit tevoren. Dat begint met het horen van de stem van de Heer: ‘Ik hoorde achter mij een luide stem, als van een bazuin. Zijn stem klonk als het geluid van vele wateren’ (Openbaring 1:10,15). Johannes keek om, om de stem te zien die met hem gesproken had. En toen zag Hij de Heere Jezus, Die ons in de verzen daarna beschreven wordt. Toen Johannes Hem zag viel hij als dood voor Zijn voeten neer.

Zorg om toekomst
Maar de Heere Jezus legde Zijn rechterhand op de oude apostel, die daar als dood voor Hem neerlag. Die oude Johannes, die zo kwetsbaar was, die het moeilijk had, die zich alleen voelde en die misschien wel elke dag met de dood geconfronteerd en bedreigd werd, die apostel die ineens begreep dat hij als mens niet kan leven in de aanwezigheid van God, werd aangeraakt en aangesproken door de Heiland: ‘Wees niet bevreesd, Ik ben de Eerste en de Laatste, en de Levende, en Ik ben dood geweest en zie, Ik ben levend tot in alle eeuwigheid. Amen. En Ik heb de sleutels van het rijk van de dood en van de dood zelf’ (Openbaring 1:17-18). Johannes was bang voor de dood, wat begrijpelijk is. Johannes maakte zich zorgen om zichzelf en om zijn toekomst, wat ook heel begrijpelijk is in dergelijke omstandigheden. Maar Jezus richt hem op door hem te wijzen op Wie Hij, Jezus, is. Heerser over de dood! Boven de dood staat Jezus, die dood geweest is, maar leeft tot in alle eeuwigheid! De Levende Jezus spreekt tot de stervende Johannes, en dat maakt alles anders. Het plaatst de moeilijke situatie van Johannes in een totaal ander perspectief.

Jezus spreekt tot ons door het geschreven Woord, door de Bijbel. Doordoor leren wij Hem kennen en gaan we ook Zijn directe, persoonlijke leiding in ons leven meemaken. Wij mogen ook tot Hem spreken in gebed, Hem aanbidden en Hem vragen en dan zullen we gaan merken dat Hij ook heel persoonlijk spreekt tot ons. We zijn geroepen tot een intieme, persoonlijke relatie met de Heere Jezus. Die persoonlijke omgang met God maakt ons werkelijk vrij, gelukkig en vruchtbaar, onafhankelijk van de omstandigheden in ons leven.

Vrees voor plaatselijke gemeentes
In toenemende mate ervaar ik een zware last in mijn ziel voor de gemeente van de Heere Jezus in ons land. We zijn veel te snel tevreden met de status quo en misschien een beetje groei hier en daar. Veel plaatselijke gemeenten zijn best heel actief, er gebeurt veel wat betreft menselijke activiteit, maar we maken – als u het mij vraagt – erg weinig mee van de machtige daden Gods die Hij door de Heilige Geest in en door Zijn gemeente wil doen. Het probleem is dat wij niet of nauwelijks luisteren naar de Heer. Ook zelf ben ik daar zwaar in tekort geschoten. Zo vaak ben ik bezig en bezig zonder werkelijk te luisteren naar wat God tegen mij wil zeggen en me te laten leiden in waar Hij wil dat ik zal gaan. Wij besteden gewoon bar weinig tijd aan het lezen in de Bijbel en gebed. Daardoor is het Woord van God schaars geworden in ons land en is de kerk op sterven na dood. Ik vrees voor het voortbestaan van vele plaatselijke gemeenten, terwijl er al vele honderden de deuren hebben gesloten de afgelopen decennia. Laten wij terugkeren naar de Heere door koste wat het kost Zijn stem te leren verstaan door ruim de tijd te nemen de Bijbel te lezen en uren in gebed door te brengen.

Aandrang om aan te bellen
In mijn kinderjaren en jonge tienerjaren was ik erg goed bevriend met een jongen uit onze buurt in Aerdenhout. We deden veel samen en hebben heel wat avonturen met elkaar meegemaakt. We bouwden hutten in bomen en op zolders en scheurden op omgebouwde brommers door de straten. Nadat ik tot geloof was gekomen kreeg ik steeds meer christelijke vrienden. Het contact met mijn vriend uit Aerdenhout werd minder. Door hem was ik als jonge tiener ook in aanraking gekomen met verkeerde dingen en ik begreep dat ik mij daarvan af moest keren. Toch bleef ik hem zo nu en dan zien en ik bad voor hem, dat hij ook de Heere Jezus mocht leren kennen. Toen we gingen studeren verloren we het contact met elkaar. Nadat ik eenmaal getrouwd was heb ik hem nog een keer opgezocht, wat hij op prijs stelde. Daarna hebben we elkaar niet meer gezien. Terwijl mijn vrouw en ik op verschillende plekken in ons land zijn gaan wonen, zijn al onze familieleden in dezelfde omgeving blijven wonen. Van mijn zussen hoorde ik wel eens dat het niet goed ging met mijn vroegere vriend vanwege verslavingsproblemen. Ik begreep dat hij gescheiden was en vaak weer thuis bij zijn ouders verbleef, in hetzelfde huis waar ik als kind zo veel over de vloer was gekomen. Toen ging mijn zus weer in precies dezelfde buurt wonen, de buurt waarin wij opgegroeid zijn. Wanneer ik bij haar was maakte ik wel eens een ommetje door de buurt. Meerdere keren ervoer ik een aandrang om aan te bellen bij het huis van zijn ouders om naar hem te vragen. Maar ik deed het niet.
Kort geleden kreeg ik het bericht dat mijn vriend is overleden, precies zo oud als ik nu ben. Terugkijkend besef ik dat ik de stem van de Heer heb genegeerd. Kan het zijn dat ik elke dag zo hard bezig ben mijn plannen uit te voeren volgens mijn eigen tijdsindeling, dat er geen ruimte meer is om mij door de Geest te laten leiden?

Terwijl wij in de eindtijd leven staat er enorm veel op het spel. De gemeente in Nederland dreigt uit te sterven, maar de Heer zegt: ‘Versterk het overige dat dreigt te sterven’ (Openbaring 3:2). Daarvoor is het nodig dat wij leren ons werkelijk te onderwerpen aan de leiding van de Geest, door te luisteren naar de stem Die tot ons wil spreken.

Oscar Lohuis