Gods schoonheid

Channa Tomassen • 94 - 2018 • Uitgave: 15/16
In de zomer komen we als vrouwen veel in aanraking met artikelen en reclame waar we geconfronteerd worden met ‘ware’ schoonheid; mooi zijn, hoe dunner hoe beter, make-up om nog mooier te lijken, kleding om aantrekkelijker te lijken.

Is dat ware schoonheid? Zou het niet zo kunnen zijn dat schoonheid iets meer overstijgt dan wij kunnen zien met onze ogen? Wat nou als schoonheid meer is dan ons uiterlijk?
Wat is Gods concept op het gebied van schoonheid? Het woord schoonheid vind je onder andere in de vertaalde woorden ‘heerlijke’ en ‘liefelijkheid’. ‘Hadarah’ betekent heerlijke, versierd met schoonheid, eer, majesteit, glorie, luister. ‘No'am’ betekent liefelijkheid, schoonheid, gunst, bekoorlijkheid.

De essentie
‘Geef de Heere de eer van Zijn Naam, buig u voor de Heere neer in Zijn heerlijke heiligdom’ (Psalm 29:2).
‘Geef de Heere de eer van Zijn naam, breng offers en kom voor Zijn aangezicht. Buig u neer voor de Heere in Zijn heerlijke heiligdom’ (1 Kronieken 16:29).
‘De liefelijkheid van de Heere, onze God zij over ons’ (Psalm 90: 17).
‘Majesteit en heerlijkheid zijn voor Zijn aangezicht, macht en luister in Zijn heiligdom’ (Psalm 96: 6).
‘Eén ding heb ik van de Heere verlangd, dat zal ik zoeken: dat ik wonen mag in het huis van de Heere, al de dagen van mijn leven, om de liefelijkheid van de Heere te aanschouwen en te onderzoeken in Zijn tempel’ (Psalm 27:4).
‘Uw ogen zullen de Koning aanschouwen in Zijn schoonheid’ (Jesaja 33:17).

De essentie, de hoofdzaak van schoonheid is de Heere God Zelf. Waarom richt de psalmist zich hier op de schoonheid van de heiligheid van God? De Heere God is heilig. Hij is de volledigheid van heiligheid en heiligheid is mooi, want de Heere God is schoonheid.

Mooi versierd
Het klopt dat er Bijbelteksten zijn die de schoonheid van de mens beschrijven, de oorsprong is uit God, omdat Hij mooi is, wij zijn door Hem geschapen: ‘En God schiep de mens naar Zijn beeld, naar het beeld van God schiep Hij hem, mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen’ (Genesis 1:27). Hij is Zelf prachtig. De reden dat Israël als mooi beschouwd werd was niet omdat ze zo mooi versierd waren, maar omdat de Koning der koningen, de mooie en majestueuze Heere zelf onder hen woonde. Dit zie je heel duidelijk in Ezechiël 16: ‘Van u ging een naam uit onder de heidenvolken vanwege uw schoonheid, want die was volmaakt door Mijn glorie, die ik op u gelegd had, spreekt de Heere HEERE’ (vers 14). Zo verdrietig voor de Heere God als Hij in vers 15 zegt: ‘maar u vertrouwde op uw schoonheid en bedreef hoererij, trots op uw naam’. Israël krijgt hier een vermaning van de Heere God. Ze vertrouwden liever op hun eigen inzicht op het gebied van schoonheid, dan dat ze in Gods schoonheid leefden.

Wereldse normen
Wat nou als het nooit Gods bedoeling was dat schoonheid om ons zou gaan? Petrus’ uitspraak wordt dan voor ons ook een stuk duidelijker: ‘Uw sieraad moet niet bestaan in iets uiterlijks: het vlechten van het haar, het dragen van gouden sieraden of het aantrekken van mooie kleren; Maar uw sieraad moet zijn de verborgen mens van het hart, met het onvergankelijke sieraad van een zachtmoedige en stille geest, die kostbaar is voor God’ (1 Petrus 3:3-4).
Onze schoonheid wordt niet bepaald door wereldse normen. We vinden onze waarde in de Heere Jezus Christus. Wanneer we onze identiteit vinden in Hem en we ons bekleden met Zijn zachtmoedigheid en stille geest, dan zal dat al onze uiterlijkheden overstijgen.

Channa Tomassen