Gods beloften verwacht

Henk Schouten • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 20
Wanneer je iets of iemand verwacht is er altijd een beetje spanning. Die spanning wordt groter naarmate het verwachte ding of de verwachte persoon belangrijk voor je is. Een klein kind kijkt op zijn verjaardag vol verwachting naar het pakket naast de stoel van moeder, wat zal daar in zitten? De examenkandidaat luistert vol verwachting naar het woord van de rector, zal hij het begeerde diploma in ontvangst mogen nemen? De aanstaande ouders leven vol verwachting en zien uit naar de geboorte van hun kindje.

Het woord 'verwachten' heeft echter ook iets ontmoedigends. Het is een combinatie van twee woorden: het woord 'ver' en het woord 'wachten'. Je wacht op iets dat 'ver' weg is en omdat het nog 'ver weg' is, ga je eerst maar met de gewone dingen aan de slag. Wie over drie maanden een gast verwacht, zal niet in de kamer gaan zitten wachten, maar gewoon de dagelijkse dingen doen. Daar zit een risico aan, die dagelijkse dingen kunnen je zo in beslag nemen, dat je het belangrijke dat je verwacht, vergeet.

Zo zal het ook bij velen in Israël zijn gegaan. De beloften van God waren er. De toezegging dat iemand komen zou die als Messias, als Gezalfde van God, zou optreden. Er waren talloze aanwijzingen gegeven die als heemwijzing zouden fungeren naar de Messias die komen zou en waardoor de herkenning gewaarborgd zou zijn. Maar alles lag onder de nevelen van een verre toekomst. Het was een 'ver'wachten en velen waren met hun dagelijkse dingen bezig en hielden zich niet bezig met de beloften. We kunnen denken aan koning Herodes, geassisteerd door de schriftgeleerden. Deze mensen waren dagelijks zo druk bezig met de regelgeving voor het volk, de wetten en normen Gods, dat men geen tijd en aandacht had voor de beloften van God. Herodus is dan een schrijnend voorbeeld. Hij ziet niet uit naar de Messias, maar vreest voor de Messias. De schriftgeleerden maken een buitengewoon ongeïnteresseerde indruk. Zij worden niet wakker geschud wanneer de wijzen naar de weg vragen. Hoewel zij leefden met de verwachting waren ze zo gevangen in hun denksystemen en bezigheden, dat ze de vervulling niet zagen.

Gelukkig zijn er ook anderen, we denken aan de herders. Het komt me niet voor dat deze mannen dagelijks bezig waren met de beloften Gods en uit die verwachting leefden, maar wanneer de engel gesproken en het engelenkoor gezongen heeft gaan ze op weg. Niet om hun sensationele ervaring wereldkundig te maken, maar om het kind te zoeken, te zien wat gebeurd is. Zij aanbidden de Here.

We komen nog weer anderen tegen. Simeon, hij verwachtte de vertroosting van Israël en door het vriendelijk sturen van Gods Geest mochten zijn ogen het heil aanschouwen, dat God bereid heeft voor alle volken. Ook was er een Hanna, een 84-jarige profetes, zij en velen in Jeruzalem die de verlossing verwachtten, loofden God toen hun ogen het kindje mochten zien. Dat was hun Zaligmaker.

We zien hoe op verschillende wijzen gereageerd wordt op de beloften Gods. Beloften, die op het moment dat ze gegeven werden, soms nog honderden jaren 'ver' van hun vervulling verwijderd waren. Het was een 'ver'wachten. Toen de vervulling kwam, waren er die heel verschillende reacties, we hebben ze kort beschreven.

Hoe zouden onze reacties beschreven moeten worden? Ja, inderdaad, er zijn nog altijd beloften Gods die niet vervuld zijn, honderden profetieën staan in de Bijbel. De vervulling daarvan mogen wij verwachten. Zijn we misschien ook in beslag genomen door de dagelijkse dingen, zodat we geen oog en aandacht meer hebben voor wat de Here God bezig is te doen? Misschien denken we: het is allemaal nog 'ver weg'.

We vieren weer kerstfeest, de geboorte van de Here Jezus, onze Verlosser, maar laten we ervoor oppassen zo in beslag genomen te worden, dat we de vervulling van die andere beloften zullen missen. Want het kind dat ons geboren is, de Verlosser en Messias, zal terugkomen van de hemel waar Hij ons plaats bereidt. De houding van Simeon, van Hanna en de velen in Jeruzalem die de Heiland verwachtten, spreekt me aan. Zo wil ik ook leven, om op Gods tijd mijn Verlosser en Heer te mogen zien.

ds. Henk Schouten