God raakt uit beeld

Feike ter Velde • 89 - 2013 • Uitgave: 4
Regelmatig lezen we in de krant, dat grote kerkgebouwen al jaren leeg staan en dat ze binnenkort zullen worden gesloopt. Vooral in de grote steden gaat dat heel hard. In kleinere plaatsen en in plattelandsdorpen vinden we nog historische kerkgebouwen, meestal midden in het dorp en met huizen eromheen. Maar ook dat is een tanend beeld. Kerken worden afgebroken en God raakt uit beeld.

Kerkplein is steeds meer marktplein aan het worden. Niet alleen wereldse zaken worden er – al dan niet te koop – aangeboden, maar ook veel religieuze en christelijke zaken. Hebbedingetjes voor de postmoderne mens. Voor elk wat wils. De een is nog vindingrijker dan de ander. Evangelisatiemethoden zijn er te over, gesprekstechnieken en leiderschapscursussen worden overal aangeboden in kerk en kring. Managementstechnieken worden aangeraden als oplossing voor de problemen van de kerk. Maar de wereld is niet geïnteresseerd in de Boodschap van de kerk. Mensen lopen er volstrekt onverschillig aan voorbij, hoe hard men ook roept van achter de kerkelijke of christelijke kraam. Er is zich een tragiek aan het voltrekken. God lijkt uit Europa te zijn vertrokken.

Pasklaar evangelie
De afwezigheid van God wordt overal gevoeld; in traditionele, maar ook in evangelische kerken. Er zijn vandaag groeiende evangelische kerken, maar ook daar staat de achterdeur wijd open en niet weinigen verlaten via die deur, vaak teleurgesteld, de gemeente waar ze enige jaren tevoren zo enthousiast werden ontvangen. Aantrekkelijke samenkomsten, vol met moderne muziek en geestelijke liederen die het gevoel aanspreken – het leek toch allemaal zo mooi – maar dat alles heeft het niet kunnen redden. Ook jongeren haken massaal af.
Aanhakend bij de hedonistische verlangens van de postmoderne mens wordt een pasklaar evangelie aangeboden, warm opgediend als heerlijke geestelijke maaltijd die het gevoel streelt en de mens bevestigt. De ergernis en de dwaasheid van het Kruis wordt vaak verdoezeld in een acceptabel gemaakt evangelie dat echter geen evangelie is. Maar toch voldoet het gebodene uiteindelijk niet. Er zijn al heel wat academische beschouwingen ten aanzien van de Godsverduistering geschreven, maar het is nergens tot oplossingen gekomen. Het is donker aan het worden in Europa. De zon van Gods gerechtigheid is snel dalende. De nacht valt over het Avondland.

Kerkelijke conferenties en studiedagen moeten bijdragen aan het stellen van de diagnose voor een doodzieke, misschien wel een stervende christenheid. De diagnose is nergens eensluidend, maar zeer divers en uiteenlopend. Dat zorgt voor nog meer verwarring. Men zoekt naar nieuwe wegen van kerk-zijn, anderen zeggen juist dat het te vinden is in een behoudende orthodoxie en weer anderen vinden dat er veel meer moet ‘gebeuren’ in de kerkdienst en zoeken daarom het spektakel. Gevolg: steeds legere kerken. En niemand weet de oplossing. Het lijkt de tijdgeest te zijn, waartegen de christenheid niet is opgewassen.

Auschwitz
Wanneer is het begonnen? Wanneer en waarom trad de dood in. Was dat in de jaren dat ik tijdens de catechisatie geen antwoord kreeg op mijn nooit gestelde vragen als tiener? Of lag het daar al heel lang vóór? Ik zou het niet weten. Maar er valt wel iets te vermoeden! De Joodse schrijver en overlever van Auschwitz, Eli Wiesel, schreef in zijn boek ‘De Nacht’: “Niet het Jodendom, maar het Christendom is in Auschwitz gestorven.” Terwijl uit de as van Auschwitz drie jaar na de beëindiging van de Tweede Oorlog de staat Israël verrees, golfde de vrijzinnigheid en de moderne Bijbelkritiek de kerken in. In bijna alle academische beschouwingen over de nood van de Kerk wordt dit aspect opvallend buiten beschouwing gelaten. Waarom? Uit schaamte, uit verlegenheid met de situatie, vanuit de vervangingstheologie?
Natuurlijk wordt de Gemeente van Christus bewaard en zullen de poorten der hel haar niet overmeesteren. Maar het wereldwijde christendom, vooral het Europese christendom, de landen van Europa worden getroffen door de toorn van God inzake Zijn volk. We hebben hier, in Europa, de Joden uitgeroeid en dat kan niet onopgemerkt blijven in de cultuur, maar ook niet in de kerk. De kerk heeft het onvoorstelbare verderf van het nazidom als zoutend zout niet kunnen tegenhouden. Sterker nog, er zijn er die beweren dat Hitler tegen kerkelijke leiders zei, dat hij niet anders doet dan al in de kerkelijke theologie staat beschreven, namelijk de ontkenning en de afschaffing van de Joden als volk. Als volk van God! Nu de Joden er niet meer zijn, gaat het ook de kerk slecht. Wij hadden de God van Israël voor onszelf geclaimd, zonder met Israël rekening te houden. We zochten een Judenrein koninkrijk. Toen is God ook weggegaan. Hij nam de kandelaar mee. We wonen in het Babel van Europa en we blijven ontkennen dat er een relatie ligt tussen Kerk en Israël. Ook hier weer: de goede uitzonderingen, vooral ook in ons land, daargelaten!

Kerk en politiek
Gelukkig zien we aandacht in de Nederlandse kerk voor Israël. Op de PKN-site staat onder meer te lezen: “Voor de Protestantse Kerk is de relatie met Israël een essentieel element van eigen identiteit en belijden. Met de naam Israël wordt bedoeld: het Israël dat wij ontmoeten in de Bijbel en van daaruit in de geschiedenis tot op vandaag. Hier liggen de wortels van ons geloof. Dat is dus meer dan een historische bepaling.”

In de SGP verwoordt men het op heldere wijze zo:
“Het Joodse volk is Gods oogappel (Deuteronomium 32:10). De Heere Jezus was een Jood. Dat is beslissend voor de bijzondere band die de SGP heeft met het Joodse volk én met de Joodse staat Israël. Daarnaast is de staat Israël de enige democratie in het Midden-Oosten. Als Israël er niet was, zouden er beduidend minder kerken bestaan in het Midden-Oosten. Helaas bepalen moedwil en misverstand maar al te vaak de opinievorming rond Israël. Zolang bijvoorbeeld niet wordt erkend, dat het Arabisch-Israëlische conflict over Palestina in feite een Islamitisch-Joods conflict is, blijven oplossingen steken aan de oppervlakte. Nederland moet waar mogelijk in de EU en in andere internationale verbanden consequent opkomen voor de gerechtvaardigde belangen van Israël. Bovendien moeten alle middelen worden aangewend om de Arabische wereld te bewegen de staat Israël te erkennen als Joodse staat binnen veilige en erkende grenzen.”

We mogen dus hoop putten uit deze goede signalen binnen de Christenheid van ons land. Maar dat is wel een slinkende minderheid. Het profetisch Woord, waarin de Joden(!) een toekomst hebben, moet daarom luider klinken in de kerk en daarbuiten.

Feike ter Velde