Genesisparadijs

Jef de Vriese • 91 - 2015 • Uitgave: 16
Jezus berispt de gemeente te Efeze om hun gebrek aan liefde, maar Hij geeft uitdrukkelijk Zijn goedkeuring aan hun ijver voor de waarheid en de duidelijke afwijzing van dwaalleer (Openbaring 2:6). Zij haten, net als Jezus, de Nikolaïeten, die in Efeze waarschijnlijk niet actief zijn, maar in Pergamum zelfs volgelingen hebben.
Aan het begin van elke brief staat dat Jezus aan het woord is, aan het einde dat het de Geest is die spreekt. Jezus spreekt door Zijn Heilige Geest. Hij spreekt tot de ‘gemeenten’ in het meervoud, wat wil zeggen dat de inhoud van elke individuele brief ook voor de zes andere (en alle andere) gemeenten bedoeld is. Elke gemeente kan uit elke brief nuttige lessen trekken. Elke gemeente kan leren uit wat in een andere gemeente wordt goed- of afgekeurd door de hoogste autoriteit, Jezus. De gemeenten zijn elkaar tot voorbeeld en tot waarschuwing. Ze lopen allemaal hetzelfde risico, maar zijn ook allen op dezelfde hoop gebouwd.
Elke brief eindigt met een belofte aan wie overwint. Geen situatie is dus hopeloos: overwinning is altijd mogelijk. Voor elke strijd die de gemeente meemaakt, heeft God een oplossing. Dat betekent niet dat de strijd verdwijnt, maar dat de gemeente kan leren om te midden van de strijd staande te blijven en het licht te verspreiden. Bij de overwinnende gemeente blijft het licht zichtbaar en helder schijnen. Christus, de boom van het leven, geeft leven aan wie in Hem gelooft. Wat in het Genesisparadijs niet kon en teloorging, wordt door Hem aangeboden. Ook aan jou!

Jef De Vriese