Generatiekloof 8
‘Evenzo moeten de oudere vrouwen in hun gedrag zijn zoals het heiligen past: geen kwaadspreeksters, niet verslaafd aan veel wijn, maar leraressen van het goede opdat zij de jongere vrouwen leren… te zorgen voor hun huishouden…’ (Titus 2:5).
We kennen waarschijnlijk allemaal wel uit een boek of oude film een voorbeeld van een huis wat door de tijd vervallen geraakt is. Een mooi schilderachtig landhuis wat door het vertrek van de bewoners vervallen is geraakt: dikke lagen stof, gescheurde gordijnen, de familie spin heeft zich aardig kunnen uitbreiden en het huis brokkelt door de jaren steeds verder af.
Aan de materie om ons heen kunnen we al zien dat we in een gevallen wereld leven. Vanaf de zondeval vergaan dingen door de tijd heen. Op het moment dat de materie om ons heen niet onderhouden wordt, treedt het verval sneller in; er is onderhoud nodig om een huis leefbaar te houden. Hoe bijzonder is het dat we in Titus 2 kunnen lezen dat zelfs het zorgen voor het huishouden een roeping van de Heere God is, en wat mooi dat de Heere God deze taak en verantwoordelijkheid zo mogelijk bij ons als vrouwen neerlegt.
Zelfs ons huishouden kan een weerspiegeling zijn van Gods karakter. We dienen een God van orde en rust, we mogen hierin zorg dragen voor onze man en kinderen, zodat ze een fijne ordelijke woonomgeving hebben, of als we alleenstaand zijn dat we goed voor onze leefomgeving zorgen.
Praktisch
Herken je bij jezelf ook dat het huishouden vermoeiend kan zijn? Elke week moet weer hetzelfde gebeuren, elke week ligt de stofdoek en stofzuiger op ons te wachten. Het heeft mij geholpen om de vermoeidheid eruit te halen door te beseffen dat we in een zondige gevallen wereld leven, waardoor het een noodzaak is dat we moeten onderhouden. Het hoort als de gezondheid het toelaat bij een leven als godvruchtige vrouw.
We hebben allemaal wel een huishoudelijk klusje waar we niet blij van worden. Bij mij was het strijken. Ik wachtte altijd veel te lang, waardoor de stapel groeide. Ik vond het niet fijn, omdat er altijd wel ergens een kreukel in de stof bleef zitten, totdat ik werd gewezen op het feit dat ik de Heere ook kon danken dat ik kon strijken, dat de gezondheid er is en dat de Heere mij dagelijks kracht geeft om het te doen. Door deze omvorming van mijn gedachten is het mopperen, het klagen uit mijn hart gegaan en is er dankbaarheid gekomen. Ben ik hier elke keer bewust van? Nee, lang niet altijd, maar het is een onderdeel van mijn leven met Christus geworden.
Hobby of noodzaak?
We zijn als vrouwen allemaal verschillend ook qua huishouden. De één vindt het heerlijk om het huishouden te doen en is het een hobby, de ander vindt er niks aan en ziet het alleen als een noodzaak. Wat voor gedachten we ook bij het huishouden krijgen en of we er ooit bij stil hebben gestaan dat het een roeping van de Heere God is om te onderhouden wat we van Hem gekregen hebben; de grootste vraag hierin is, wat is onze hartsgesteldheid, wat zijn onze beweegredenen? Doen we het uit hoogmoed om te pronken met ons huishouden? Of hebben we gemakzucht/ luiheid in ons hart? Door het nieuwe leven dat we hebben gekregen in de Heere Jezus mogen we zelfs hierin onze eigen beweegredenen afleggen bij het kruis en uit Hem leven. Wat zou het mooi zijn als zelfs in het basale van het huishouden ons huis gevuld raakt met liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid en zelfbeheersing: Christus!
Channa Tomassen
We kennen waarschijnlijk allemaal wel uit een boek of oude film een voorbeeld van een huis wat door de tijd vervallen geraakt is. Een mooi schilderachtig landhuis wat door het vertrek van de bewoners vervallen is geraakt: dikke lagen stof, gescheurde gordijnen, de familie spin heeft zich aardig kunnen uitbreiden en het huis brokkelt door de jaren steeds verder af.
Aan de materie om ons heen kunnen we al zien dat we in een gevallen wereld leven. Vanaf de zondeval vergaan dingen door de tijd heen. Op het moment dat de materie om ons heen niet onderhouden wordt, treedt het verval sneller in; er is onderhoud nodig om een huis leefbaar te houden. Hoe bijzonder is het dat we in Titus 2 kunnen lezen dat zelfs het zorgen voor het huishouden een roeping van de Heere God is, en wat mooi dat de Heere God deze taak en verantwoordelijkheid zo mogelijk bij ons als vrouwen neerlegt.
Zelfs ons huishouden kan een weerspiegeling zijn van Gods karakter. We dienen een God van orde en rust, we mogen hierin zorg dragen voor onze man en kinderen, zodat ze een fijne ordelijke woonomgeving hebben, of als we alleenstaand zijn dat we goed voor onze leefomgeving zorgen.
Praktisch
Herken je bij jezelf ook dat het huishouden vermoeiend kan zijn? Elke week moet weer hetzelfde gebeuren, elke week ligt de stofdoek en stofzuiger op ons te wachten. Het heeft mij geholpen om de vermoeidheid eruit te halen door te beseffen dat we in een zondige gevallen wereld leven, waardoor het een noodzaak is dat we moeten onderhouden. Het hoort als de gezondheid het toelaat bij een leven als godvruchtige vrouw.
We hebben allemaal wel een huishoudelijk klusje waar we niet blij van worden. Bij mij was het strijken. Ik wachtte altijd veel te lang, waardoor de stapel groeide. Ik vond het niet fijn, omdat er altijd wel ergens een kreukel in de stof bleef zitten, totdat ik werd gewezen op het feit dat ik de Heere ook kon danken dat ik kon strijken, dat de gezondheid er is en dat de Heere mij dagelijks kracht geeft om het te doen. Door deze omvorming van mijn gedachten is het mopperen, het klagen uit mijn hart gegaan en is er dankbaarheid gekomen. Ben ik hier elke keer bewust van? Nee, lang niet altijd, maar het is een onderdeel van mijn leven met Christus geworden.
Hobby of noodzaak?
We zijn als vrouwen allemaal verschillend ook qua huishouden. De één vindt het heerlijk om het huishouden te doen en is het een hobby, de ander vindt er niks aan en ziet het alleen als een noodzaak. Wat voor gedachten we ook bij het huishouden krijgen en of we er ooit bij stil hebben gestaan dat het een roeping van de Heere God is om te onderhouden wat we van Hem gekregen hebben; de grootste vraag hierin is, wat is onze hartsgesteldheid, wat zijn onze beweegredenen? Doen we het uit hoogmoed om te pronken met ons huishouden? Of hebben we gemakzucht/ luiheid in ons hart? Door het nieuwe leven dat we hebben gekregen in de Heere Jezus mogen we zelfs hierin onze eigen beweegredenen afleggen bij het kruis en uit Hem leven. Wat zou het mooi zijn als zelfs in het basale van het huishouden ons huis gevuld raakt met liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid en zelfbeheersing: Christus!
Channa Tomassen