Genade ontvangen en doorgeven

Gerrit Leuvenink • 91 - 2015 • Uitgave: 13
Ieder die tot geloof in Jezus Christus komt, mag weten dat de genade van God hem of haar tot een nieuw mens maakt. Dat betekent dat we de zonde en schuld achter ons mogen laten, dat is een vast gegeven in het geloofsleven. Het nieuwe leven dat ontvangen is, is een leven uit Gods onbegrensde gunst, ‘genadeleven’ kunnen we dat ook noemen.

Voortkomend uit het Vaderhart van God, volmaakte liefde, is het ‘genadeleven’ de stimulans om door te gaan op de nieuwe levensweg. Genade in het leven van een christen is het middel om in een voortdurende relatie met God te leven. Fantastisch om te ontdekken dat Gods onbegrensde gunst nieuwe wegen opent om te groeien in geloof en in afhankelijkheid aan Hem die volmaakte goedheid schenkt.
Op de weg van het geloof is de genade gegeven om het einddoel te bereiken. Het is dus niet gegeven voor de hemel, want het einddoel ligt vast in God en is verzegeld met de Heilige Geest. Het is aan de gelovige gegeven die zwak is in zichzelf, maar sterker mag worden in het geloof en de diepere afhankelijkheid aan Jezus Christus gaat ervaren (zie 1 Petrus 1).

Leven uit genade, een feest?
Een tijdje geleden stond er in Elsevier een artikel met als titel: ‘Het evangelie van genade’. Daarin stond dat een zekere Joseph Prince de genade van God verkondigde als een gave van God om voor jezelf te gebruiken. Het komt erop neer dat leven uit genade een voortdurend feest mag zijn, je mag je uitstrekken naar een leven in voorspoed. Ik las geen woord over het lijden in het leven van alle dag, geen ruimte voor pijn en tegenslagen. Dat is de verkondiging van het bekende ‘welvaartsevangelie’. Zo de genade verkondigen trekt wel toehoorders, dat is zeker, het sluit immers perfect aan bij onze vleselijke verlangens. Het is een oppervlakkige en valse voorstelling van het volgen van Jezus. Genade is aan de volgelingen van Jezus gegeven om te ontdekken dat het de kracht van God is om in onze eigen zwakheid toch de wil van Hem te kunnen doen en zo Gods kracht te openbaren.

Genade voor alle dagen
Petrus beschrijft in zijn brieven de uitwerking van Gods goedheid in het leven van Gods kinderen. Hij beschrijft het in het licht van het verleden, het heden en wijst naar de toekomst. De brieven van Petrus geven veel stof tot nadenken en dankzegging.
De uitwerking van genade zien in je eigen leven is bemoedigend en maakt je verlangend naar geestelijke groei in geloof en vertrouwen. Dat is ook de reden dat we graag met andere gelovigen nadenken over wat Petrus schrijft over de genade. Samen nadenken over wat het betekent bij een uitverkoren geslacht te behoren en een koninklijk priesterschap te mogen vormen, een heilig volk dat zich het eigendom van God mag noemen.
God is de bron van alle genade voor alle dagen van ons leven. Iedere dag mogen we daaruit leven en ondervinden wat het betekent Gods eigendom te zijn. Zijn genade is elke dag nieuw en we mogen het laten zien om ons heen. Ook mogen we het door onze handel en wandel doorgeven aan anderen.
Petrus wil ons in zijn brieven wijzen op de kracht van de aanwezigheid van God in ons leven. Het is die kracht die ons staande houdt, ja hij schrijft dat we Hem na aan het hart liggen. Door genade hebben we deel gekregen aan de Goddelijke natuur!
De twee brieven van Petrus zijn verrassend bemoedigend voor allen die Jezus willen volgen.

In Christus verbonden,
Gerrit Leuvenink