Gehoorzaamheid
‘En Noach deed naar alles wat God hem had geboden…’ (Gen. 6:22).
Ditmaal richten we ons niet op één bepaald Hebreeuws woord, maar op een belangrijk Bijbels thema: gehoorzaamheid. ‘Gehoorzaamheid’ komt als Bijbels gegeven vooral naar voren in de vele voorbeelden van mensen van wie gesteld kan worden dat hun leven gekenmerkt werd door gehoorzaamheid aan de Here God. Het gaat hierbij altijd om gelovige gehoorzaamheid die gebaseerd is op het geloof in God als Bron van leven, hulp en leiding. Deze Bijbelse voorbeelden van gehoorzaamheid leren ons dat het gaat om een gewillig, toegewijd antwoord op Gods Woord.
Gehoorzaamheid en de relatie met God
De Schrift toont ons herhaaldelijk dat gehoorzaamheid een belangrijke rol speelt in de relatie van de gelovige met de Here God. We lezen hierover al in de geschiedenis van Noach, die ons een indrukwekkend voorbeeld biedt van geloofsgehoorzaamheid die fundamenteel is in zijn relatie met de Here. Op sobere wijze vermeldt de tekst dat God aankondigt dat Hij als straf voor de menselijke zonde de zondvloed zal zenden. Hierbij gebiedt Hij Noach een ark te bouwen als reddingsmiddel. Noachs antwoord is bondig beschreven, waarbij alle nadruk valt op het enige belangrijke aspect: ‘Noach deed naar alles wat God hem gebood, zo deed hij het’ (Gen. 6:22). Het belang en de gevolgen van Noachs gehoorzaamheid worden onderstreept in de volgende hoofdstukken, waarin wordt beschreven hoe God Noach en de zijnen redt, hen zegent en een verbond sluit waarbij Hij belooft nooit meer een zondvloed te laten komen over de aarde (Gen. 9:1,12). ‘…dit is het verbondsteken dat Ik geef… mijn boog…’
Na Noach komt Abraham naar voren als voorbeeld van geloofsgehoorzaamheid. Wanneer God hem roept om naar Kanaän te gaan, dan is het door Abrahams gehoorzame reactie en antwoord dat God Zijn beloften gaat vervullen om hem te zegenen en zijn nageslacht tot een groot volk te maken. ‘En Abraham ging zoals de HERE tot hem had gesproken…’ (Gen. 12:1-4). Opvallend bij genoemde voorbeelden Noach en Abraham is hun relatie met God. Binnen deze geloofsrelatie met de Here vraagt Hij onderwerping aan dat wat Hij spreekt en gebiedt.
Liefdevolle, toegewijde gehoorzaamheid
Wanneer God van Abraham vraagt Hem het meest geliefde te offeren (Gen. 22), dan is deze oude vader bereid dat te doen in vertrouwen dat God hem tóch een groot volk zou maken. Met zijn onvoorwaardelijke geloofsgehoorzaamheid heeft Abraham getoond waartoe hij in zijn liefde en toewijding aan God in staat was. Dít is wat de Here van de Zijnen vraagt: liefdevolle, gelovige gehoorzaamheid.
Zo heel anders was het in het leven van Saul. Toen deze koning een overwinning over de Amalekieten behaalde, stond hij zijn soldaten toe om - ondanks Gods opdracht alles te doden - het beste van de levende have te sparen, met de bedoeling dit aan God te offeren (1Sam. 15:3,15). De Here laat Saul dan deze boodschap verkondigen die ook tot ons komt: ‘…zie, gehoorzamen is beter dan slachtoffer…’ (1Sam. 15:22). Dat is gehoorzaamheid die uitgaat van volledige overgave aan Gods wil en toewijding aan Zijn Woord. Dit geldt onverminderd voor de gelovige nu!
De Here zegt: ‘Hoor dan… dat u het doet…’ en ‘Hoor Israël… U zult de Here uw God liefhebben met heel uw hart…’ (Deut. 6:3-5). Het hier tweemaal voorkomende werkwoord ‘horen’ - in Hebreeuws ‘shama’ - heeft tevens de betekenis van ‘gehoorzamen’. Zó moeten we dit Godswoord lezen: Hoor én gehoorzaam!
Gehoorzaamheid en Gods Zegen
God vraagt gehoorzaamheid met een heerlijk doel. Gehoorzaamheid is een middel dat de Here God gebruikt om de gelovige te zegenen. Dit zegt God op de Sinaï al tegen Mozes en de Israëlieten: ‘Als u aan Mijn stem zult gehoorzamen… dan zult u voor Mij een koninklijk priesterdom, een heilig volk zijn…’ (Ex. 19:5,6). Binnen de relatie met de Here God is er een duidelijke relatie tussen gehoorzaamheid aan Hem en Zijn zegeningen. Maar hierbij moet gehoorzaamheid wel voortkomen uit liefde en niet louter om Gods zegen te kunnen ontvangen.
Jezus’ voorbeeld
Het allergrootste en meest indrukwekkende voorbeeld van toegewijde gehoorzaamheid vinden we in onze Heiland. Uit liefde voor God en de verloren zondaren heeft Hij Zichzelf volkomen overgegeven aan Gods wil en de gruwelijke kruisdood voor ons geleden: ‘…zoals U wilt…’ (Matt. 26:39). Daarom wordt Hij bezongen: ‘Jezus Christus… Die Zichzelf heeft vernederd, gehoorzaam tot de dood…’ (Fil. 2:5-8).
Zijn gehoorzaamheid spoort ons aan trouw te zijn aan onze roeping en Zijn voorbeeld gewillig te volgen. Dat houdt in: horen én gehoorzamen aan Gods Woord.
“Alles wat de HERE heeft gesproken zullen wij doen en gehoorzamen” (Ex. 19:7).
Dr. Gieneke van Veen-Vrolijk
Ditmaal richten we ons niet op één bepaald Hebreeuws woord, maar op een belangrijk Bijbels thema: gehoorzaamheid. ‘Gehoorzaamheid’ komt als Bijbels gegeven vooral naar voren in de vele voorbeelden van mensen van wie gesteld kan worden dat hun leven gekenmerkt werd door gehoorzaamheid aan de Here God. Het gaat hierbij altijd om gelovige gehoorzaamheid die gebaseerd is op het geloof in God als Bron van leven, hulp en leiding. Deze Bijbelse voorbeelden van gehoorzaamheid leren ons dat het gaat om een gewillig, toegewijd antwoord op Gods Woord.
Gehoorzaamheid en de relatie met God
De Schrift toont ons herhaaldelijk dat gehoorzaamheid een belangrijke rol speelt in de relatie van de gelovige met de Here God. We lezen hierover al in de geschiedenis van Noach, die ons een indrukwekkend voorbeeld biedt van geloofsgehoorzaamheid die fundamenteel is in zijn relatie met de Here. Op sobere wijze vermeldt de tekst dat God aankondigt dat Hij als straf voor de menselijke zonde de zondvloed zal zenden. Hierbij gebiedt Hij Noach een ark te bouwen als reddingsmiddel. Noachs antwoord is bondig beschreven, waarbij alle nadruk valt op het enige belangrijke aspect: ‘Noach deed naar alles wat God hem gebood, zo deed hij het’ (Gen. 6:22). Het belang en de gevolgen van Noachs gehoorzaamheid worden onderstreept in de volgende hoofdstukken, waarin wordt beschreven hoe God Noach en de zijnen redt, hen zegent en een verbond sluit waarbij Hij belooft nooit meer een zondvloed te laten komen over de aarde (Gen. 9:1,12). ‘…dit is het verbondsteken dat Ik geef… mijn boog…’
Na Noach komt Abraham naar voren als voorbeeld van geloofsgehoorzaamheid. Wanneer God hem roept om naar Kanaän te gaan, dan is het door Abrahams gehoorzame reactie en antwoord dat God Zijn beloften gaat vervullen om hem te zegenen en zijn nageslacht tot een groot volk te maken. ‘En Abraham ging zoals de HERE tot hem had gesproken…’ (Gen. 12:1-4). Opvallend bij genoemde voorbeelden Noach en Abraham is hun relatie met God. Binnen deze geloofsrelatie met de Here vraagt Hij onderwerping aan dat wat Hij spreekt en gebiedt.
Liefdevolle, toegewijde gehoorzaamheid
Wanneer God van Abraham vraagt Hem het meest geliefde te offeren (Gen. 22), dan is deze oude vader bereid dat te doen in vertrouwen dat God hem tóch een groot volk zou maken. Met zijn onvoorwaardelijke geloofsgehoorzaamheid heeft Abraham getoond waartoe hij in zijn liefde en toewijding aan God in staat was. Dít is wat de Here van de Zijnen vraagt: liefdevolle, gelovige gehoorzaamheid.
Zo heel anders was het in het leven van Saul. Toen deze koning een overwinning over de Amalekieten behaalde, stond hij zijn soldaten toe om - ondanks Gods opdracht alles te doden - het beste van de levende have te sparen, met de bedoeling dit aan God te offeren (1Sam. 15:3,15). De Here laat Saul dan deze boodschap verkondigen die ook tot ons komt: ‘…zie, gehoorzamen is beter dan slachtoffer…’ (1Sam. 15:22). Dat is gehoorzaamheid die uitgaat van volledige overgave aan Gods wil en toewijding aan Zijn Woord. Dit geldt onverminderd voor de gelovige nu!
De Here zegt: ‘Hoor dan… dat u het doet…’ en ‘Hoor Israël… U zult de Here uw God liefhebben met heel uw hart…’ (Deut. 6:3-5). Het hier tweemaal voorkomende werkwoord ‘horen’ - in Hebreeuws ‘shama’ - heeft tevens de betekenis van ‘gehoorzamen’. Zó moeten we dit Godswoord lezen: Hoor én gehoorzaam!
Gehoorzaamheid en Gods Zegen
God vraagt gehoorzaamheid met een heerlijk doel. Gehoorzaamheid is een middel dat de Here God gebruikt om de gelovige te zegenen. Dit zegt God op de Sinaï al tegen Mozes en de Israëlieten: ‘Als u aan Mijn stem zult gehoorzamen… dan zult u voor Mij een koninklijk priesterdom, een heilig volk zijn…’ (Ex. 19:5,6). Binnen de relatie met de Here God is er een duidelijke relatie tussen gehoorzaamheid aan Hem en Zijn zegeningen. Maar hierbij moet gehoorzaamheid wel voortkomen uit liefde en niet louter om Gods zegen te kunnen ontvangen.
Jezus’ voorbeeld
Het allergrootste en meest indrukwekkende voorbeeld van toegewijde gehoorzaamheid vinden we in onze Heiland. Uit liefde voor God en de verloren zondaren heeft Hij Zichzelf volkomen overgegeven aan Gods wil en de gruwelijke kruisdood voor ons geleden: ‘…zoals U wilt…’ (Matt. 26:39). Daarom wordt Hij bezongen: ‘Jezus Christus… Die Zichzelf heeft vernederd, gehoorzaam tot de dood…’ (Fil. 2:5-8).
Zijn gehoorzaamheid spoort ons aan trouw te zijn aan onze roeping en Zijn voorbeeld gewillig te volgen. Dat houdt in: horen én gehoorzamen aan Gods Woord.
“Alles wat de HERE heeft gesproken zullen wij doen en gehoorzamen” (Ex. 19:7).
Dr. Gieneke van Veen-Vrolijk