Ga de strijd aan met IS

Dirk van Genderen • 90 - 2014 • Uitgave: 21
In een gezamenlijke noodkreet van alle protestantse gemeenschappen in Syrië en Libanon wordt gesproken over de totale vernietiging van het christendom in de regio. Deze noodsituatie geldt ook voor andere landen in de regio, zoals Irak, Iran, Afghanistan, Jemen en Pakistan, terwijl ook in de Palestijnse gebieden de christenen onder zware druk staan.

De dreiging van IS is ongekend ernstig voor de christenen en andere minderheidsgroepen. Amerika zegt IS keihard te gaan bestrijden in Syrië en Irak. Toch vermoed ik niet dat het zal lukken IS en aanverwante terroristengroepen, zoals Boko Haram in Afrika, Hezbollah, Hamas, Al-Qaida en de Moslim Broederschap, uit te roeien. IS verspreidt zich razendsnel. Ook in ons land werd al gezwaaid met ISIS-vlaggen.
IS-strijders zijn vermoedelijk ook al aanwezig in Israël. Net als Hamas zegt ook IS Palestina – Israël noemen ze niet, dat zou een erkenning inhouden – te zullen vernietigen. Ook in Europa neemt de dreiging toe.

Een brullende leeuw
Het is opmerkelijk dat de haat van deze extremistische moslimgroepen zich met name richt tegen christenen en Joodse mensen. Ik denk aan de woorden uit 1 Johannes 4:3, ‘Elke geest die niet belijdt dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, is niet uit God; maar dat is de geest van de antichrist, waarvan u gehoord hebt dat hij komt, en die nu al in de wereld is.’
In deze terroristengroepen is de geest van de antichrist werkzaam. Het is duivels, hoe ze alles kapot maken, hoe ze christenen, die de Heere Jezus van harte liefhebben, onthoofden en kruisigen. Het is de duivel die rondgaat als een brullende leeuw (1 Petrus 5:8), die ook via IS zijn verwoestingen aanricht.

Engelenmachten
In Daniel 10 wordt gesproken over de vorst van het koninkrijk Perzië. In vers 13 lezen we: ‘De vorst van het koninkrijk Perzië stond 21 dagen tegenover mij, maar zie, Michaël, een van de voornaamste vorsten, kwam om mij te helpen toen ik daar achterbleef bij de koningen van Perzië.’
Met de vorst van het koninkrijk Perzië wordt hier een demonische engelmacht bedoeld, die in staat was de hemelse bode 21 dagen tegen te houden. Dan komt Michaël, een van de voornaamste vorsten, om de hemelse bode te helpen (vers 13). En in vers 21 wordt Michaël de vorst van Israël genoemd. Judas :9 zegt dat Michael met de duivel vocht en Openbaring 12:7 openbaart dat hij en zijn engelen vochten tegen de draak.
Dit is best een moeilijk onderwerp, maar ik meen dat de Bijbel aangeeft dat er hemelwezens, engelenmachten verbonden zijn met de diverse volken. Dat kunnen goede machten zijn, zie Michaël en Israël, maar ook kwade machten, zoals de al genoemde vorst van Perzië en de vorst van Griekenland (Daniël 10:20).
Het is voorstelbaar dat er ook kwade engelenmachten zijn die verbonden zijn met extremistische moslimgroepen als IS, Hamas en Boko Haram. Dat maakt ook hun haat tegen Joodse mensen en christenen goed verklaarbaar. Ze richten zich tegen alles wat met God, het geloof, de Bijbel en de Heere Jezus te maken heeft.

Een geestelijke strijd
Als we dit weten, moeten we beseffen dat de strijd tegen dergelijke groepen een geestelijke strijd is. Daarom is het gebed geen tweederangse activiteit, maar het allerbelangrijkste wat we kunnen doen.
Efeziërs 6 roept ons op ons te bekleden met de hele wapenrusting van God. Vers 12 licht toe: ‘Want wij hebben de strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van de duisternis van dit tijdperk, tegen de geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten.’
Alleen met Gods wapenrusting aan kunnen we staande blijven en weerstand bieden aan het kwaad, zegt vers 13. Laten wij, terwijl de bommen gegooid worden, de geestelijke strijd aangaan met IS en de aanverwante extremistisch-islamitische groeperingen. Bid om de bescherming van onschuldige mensen, bid om bescherming van Joodse mensen, van christenen. Bid ook om de bekering van deze IS-terroristen en aanverwante strijders. En vergeet nooit dat we met de Heere Jezus meer dan overwinnaars zijn (Romeinen 8:37).

Dirk van Genderen