En als wij ons nu eens vergissen…

Frits Boekhoff • 95 - 2019 • Uitgave: 2
Het aantal gelovigen in Nederland neemt snel af. Eén van de redenen van de kerkverlating zou kunnen zijn dat ook de Here de kerk/gemeente in Nederland heeft verlaten. Stilletjes, zonder dat we dat merkten?

De Here Jezus stelt nadrukkelijk dat Hij alleen dáár aanwezig is waar Zijn wil wordt gedaan. Is Hij dan nog wel aanwezig in onze samenkomsten? Want is de eredienst nog wel een echte eredienst, waarin God de Vader en de Zoon worden geëerd?

Hartstochten
Als de Here Jezus ziet waar wij ons in de gemeente mee bezighouden, wil Hij dan nog wel aanwezig zijn? Het lijkt of de kerk zich meer kan vinden in vleselijke begeerten dan dat zij zich wil laten leiden door de Geest. De Galatenbrief zegt dat wij ons niet moeten laten leiden door onder andere hoererij, onreinheid, ruzie, egoïsme, afwijkingen in de leer en jaloersheid. Want wie in Christus zijn, hebben het vlees met zijn hartstochten en begeerten gekruisigd (Galaten 5:16-25).

Niet bedoeld
De hele Bijbel geeft instructies over hoe we kunnen wandelen door de Geest en hoe we ons behoren te ‘gedragen’. We lezen dit en bij steeds meer onderwerpen zeggen steeds meer christenen: “Ja, het staat er wel, maar zo is het niet bedoeld”. Maar als wij ons hierin nu eens gruwelijk vergissen? Als Gods Woord dit nu wel zo heeft bedoeld, wat dan? Dan trekt de Here Jezus Zich met verdriet terug uit de kerk/gemeenten. Zoals in het Oude Testament de Geest van God Zich terugtrok uit de tempel of zoals de Here Jezus Zich terugtrok uit Laodicea. En dat zonder dat we het merkten. Op grond waarvan zijn wij er zo zeker van dat de Heer wel in ons midden is?

Oproep
Misschien dat er jongeren en ouderen zijn die de kerk verlaten en de aanwezigheid van Christus missen. Het zal toch niet zo zijn dat de kerkverlating ook te maken heeft met de kerkverlating van de Here?

De kerk voelt zich geroepen na te denken over hedendaagse onderwerpen zoals de positie van de vrouw in de gemeente, echtscheiding en homofilie. Ik wil oproepen dat de kerk daarnaast ook eens nadenkt over de vraag of de samenkomsten wel tot zegen, tot eer van God zijn. Na afloop van de zondagse eredienst zou de eerste vraag moeten zijn: hebben we God geëerd en gediend?

Frits Boekhoff