Ellende kunnen we niet in Gods schoenen schuiven
‘Als u wijs bent, bent u wijs ten bate van uzelf. Bent u een spotter, dan moet u dat alleen dragen’ (Spreuken 9:12).
Als er een God is, waarom is er dan zoveel kwaad in de wereld? Als Hij almachtig is, waarom grijpt Hij dan niet in? Dat zijn diepe vragen waar geen eenvoudige antwoorden voor zijn.
Toen God man en vrouw naar Zijn beeld had geschapen, heeft Hij het beheer over Zijn schepping in hun handen gelegd. Hij gaf hen daarmee een grote verantwoordelijkheid. Onlosmakelijk daaraan verbonden maakte Hij hen als vrije mensen die kunnen kiezen.
Dat zien we ook steeds in het boek Spreuken. We kunnen kiezen tussen wijsheid en dwaasheid. Kiezen we voor dwaasheid, dan zijn de slechte gevolgen van onze keuzes voor eigen rekening. Dan kunnen we niemand anders daar de schuld voor geven. En zeker God niet!
Dit geldt op het persoonlijke, maar ook op het wereldwijde vlak. De ellende in de wereld kunnen we niet in Gods schoenen schuiven, maar zij is in veel gevallen de schuld van mensen die niet leven volgens het grote gebod: Heb God lief boven alles en je naaste als jezelf.
De vraag komt dan naar boven: waarom schiep God de mensen niet zó dat zij alleen maar goed kunnen leven en doen wat God fijn vindt?
Dat is een heel cruciale vraag. Maar wat is het alternatief? Wij zouden zijn als robots die in alles zijn voorgeprogrammeerd. Dan zouden we geen persoonlijkheid en geen ziel hebben en zonder wil, gevoel en verstand zijn. Datgene wat ons tot een uniek mens maakt, zou totaal afwezig zijn.
Maar heeft God dan niet een groot risico genomen? Jazeker! En als de manier waarop Hij de mens maakte de oorzaak is van al het lijden in de wereld, was het dan wel verstandig van God om zoveel op het spel te zetten?
Dr. G.A. Boyd probeert in zijn boek Brieven van een scepticus hierop als volgt antwoord te geven: ‘Het risico dat vrijheid met zich meebrengt, is omgekeerd evenredig aan het vermogen om het goede te bewerken. Het feit dat wij mensen ongelooflijk veel kwaad kunnen doen, wijst erop dat wij ook ongelooflijk veel goed kunnen doen. Ja, er bestaan Hitlers en Stalins in deze wereld. Maar er zijn ook de Moeder Theresa’s en de Martin Luther Kings. En ik zie geen mogelijkheid om wel de laatsten te hebben zonder op het minst te riskeren dat ook de eerste soort rondloopt.’
Misschien werpt dit stukje voor u wel meer vragen op dan antwoorden. Daarom volgende keer verder.
Els ter Welle
Als er een God is, waarom is er dan zoveel kwaad in de wereld? Als Hij almachtig is, waarom grijpt Hij dan niet in? Dat zijn diepe vragen waar geen eenvoudige antwoorden voor zijn.
Toen God man en vrouw naar Zijn beeld had geschapen, heeft Hij het beheer over Zijn schepping in hun handen gelegd. Hij gaf hen daarmee een grote verantwoordelijkheid. Onlosmakelijk daaraan verbonden maakte Hij hen als vrije mensen die kunnen kiezen.
Dat zien we ook steeds in het boek Spreuken. We kunnen kiezen tussen wijsheid en dwaasheid. Kiezen we voor dwaasheid, dan zijn de slechte gevolgen van onze keuzes voor eigen rekening. Dan kunnen we niemand anders daar de schuld voor geven. En zeker God niet!
Dit geldt op het persoonlijke, maar ook op het wereldwijde vlak. De ellende in de wereld kunnen we niet in Gods schoenen schuiven, maar zij is in veel gevallen de schuld van mensen die niet leven volgens het grote gebod: Heb God lief boven alles en je naaste als jezelf.
De vraag komt dan naar boven: waarom schiep God de mensen niet zó dat zij alleen maar goed kunnen leven en doen wat God fijn vindt?
Dat is een heel cruciale vraag. Maar wat is het alternatief? Wij zouden zijn als robots die in alles zijn voorgeprogrammeerd. Dan zouden we geen persoonlijkheid en geen ziel hebben en zonder wil, gevoel en verstand zijn. Datgene wat ons tot een uniek mens maakt, zou totaal afwezig zijn.
Maar heeft God dan niet een groot risico genomen? Jazeker! En als de manier waarop Hij de mens maakte de oorzaak is van al het lijden in de wereld, was het dan wel verstandig van God om zoveel op het spel te zetten?
Dr. G.A. Boyd probeert in zijn boek Brieven van een scepticus hierop als volgt antwoord te geven: ‘Het risico dat vrijheid met zich meebrengt, is omgekeerd evenredig aan het vermogen om het goede te bewerken. Het feit dat wij mensen ongelooflijk veel kwaad kunnen doen, wijst erop dat wij ook ongelooflijk veel goed kunnen doen. Ja, er bestaan Hitlers en Stalins in deze wereld. Maar er zijn ook de Moeder Theresa’s en de Martin Luther Kings. En ik zie geen mogelijkheid om wel de laatsten te hebben zonder op het minst te riskeren dat ook de eerste soort rondloopt.’
Misschien werpt dit stukje voor u wel meer vragen op dan antwoorden. Daarom volgende keer verder.
Els ter Welle