Een toekomst zonder moreel kompas!

Feike ter Velde • 93 - 2017 • Uitgave: 2
We zijn aan een nieuw jaar begonnen en hebben elkaar natuurlijk overladen met de beste wensen. ‘We gaan er iets goeds van maken’ is het voornemen van velen. Maar de algemene beschouwingen over het afgelopen jaar 2016 en het nieuwe jaar 2017 zijn overwegend zeer somber te noemen. In de internationale politiek groeien de spanningen en sommigen spreken al van een nieuwe koude oorlog. De economie groeit, maar er zijn veel ingebouwde onzekerheden.
Maar de grootste vraag is: gaan we door immoraliteit de afgrond in?


In de media wordt veel aandacht gevraagd voor de omgangsvormen in ons land. We zijn af en toe verbijsterd te horen of te lezen hoe grof mensen elkaar bejegenen, vooral via de sociale media. Het is soms stuitend te lezen via Facebook hoe christenen over medechristenen spreken, of en dat vooral, over asielzoekers en vluchtelingen. Niet alleen christenen, maar ook anderen, bijvoorbeeld politici. Het ‘Minder-Marokkanen-proces’ tegen kamerlid Wilders is daar een goed voorbeeld van. We kunnen ons met recht afvragen: “Waar is ons fatsoen gebleven?”

Kort lontje
De toenmalige premier Balkenende vroeg destijds al om herinvoering van normen en waarden. Sindsdien ging het echter steeds extremer bergafwaarts. Onze koning zei in zijn recente Kersttoespraak dat het extreme onfatsoen steeds meer ‘gewoon’ wordt onder ons. Op alle niveaus in de samenleving wordt erover gesproken. We zijn ver afgedwaald van wat voorheen normaal en fatsoenlijk was. Veel mensen hebben een zogenaamd kort lontje en vinden het kennelijk acceptabel een ander de huid vol te schelden.
Onlangs kwam ik een winkel binnen en liep rechtstreeks naar de toonbank, die recht tegenover de ingang was gelegen. Vlak daarbij aangekomen schoot een grote hond – gelukkig aangelijnd – hevig grommend op mij af, zodat ik echt erg schrok. Ik had hem en die mevrouw niet gezien. Ik zei dus zoiets als: “Tjonge, ik schrok me een ongeluk. Die is ook agressief.” Nou, dat had ik beter niet kunnen zeggen. Ik kreeg toch een hoeveelheid verschrikkelijke scheldwoorden(!) over me heen, waarmee ze mij wilde overtuigen dat die hond zo’n vriendelijk en lief beest was. Ze schreeuwde daarbij heftig. Een keurig geklede vrouw, overigens.
Een poging haar te kalmeren door te zeggen dat ik bang ben voor álle grote honden, hielp ook niks. Ik had kennelijk een grote fout gemaakt. Dat bracht me op de gedachte dat mensen vaak een heel kort lontje hebben, in de stress schieten en beginnen te schelden. Vooral ook op sociale media.

Gezag en respect
Het gezag van mensen die leiding geven, althans van wie verwacht wordt dat ze leiding geven, lijkt wel geheel verdwenen. Deftige bankdirecteuren bleken in de jaren die achter ons liggen gewoon ordinaire graaiers te zijn. Met heel ingewikkelde constructies werden mensen bewust misleid en opgezadeld met hypotheken en spaarplannen waarvan alleen de bank rijker werd en de gewone man de dupe. Toen het hele systeem ineenstortte hadden sommige financiële topmensen al huizen in een ver land georganiseerd – zoals Zuid-Amerika – om hun gezin en ook zichzelf onder te brengen mocht er een politieke opstand in Europa, of, erger nog, een revolutie, uitbreken.
Zijn deze topmensen veranderd door de crisis die in 2008 begon (en inmiddels als geëindigd kan worden beschouwd)? Wie de berichten goed volgt zal zien van niet. Nog steeds is er exorbitante zelfverrijking in het bedrijfsleven, bij de omroepen en bij de banken. Directies frauderen nog steeds met cijfers, we hebben het Libor-schandaal gehad (rentefraude door bankdirecties), steeds weer duiken er omkoopschandalen op en grote fraudepraktijken bij woningcorporaties, zorginstellingen en accountantskantoren. Het gevolg van dit alles is dat er geen enkel respect meer is voor mensen die in hoogheid zijn gezeten. Een bankdirecteur houdt liever zijn mond op een verjaardagsfeestje als er gevraagd wordt naar zijn beroep. Want in de afgelopen jaren bleken leidinggevenden en directies, bestuurders en commissarissen de fraudeurs. Veroordelingen zijn er weinig of niet. Vertrek in stilte met een gouden handdruk lijkt nog steeds een goede afsluiting van een criminele bedrijfsvoering.

Moreel kompas
Uitbreiding van de regelgeving heeft – bij gebrek aan een moreel kompas – tot nu toe in veel gevallen niet tot oplossingen geleid. Dit veroorzaakte een verdere afbraak van het morele gezag en een uitbreiding van immoreel gedrag van onderliggende lagen in de samenleving.
Het morele kompas is bij uitstek en in de eerste plaats de wet van God. Maar nu de Bijbel is dichtgegaan en het christelijke geloof, samen met de islam, in de wereld wordt weggezet door onwetende en ondeskundige media opiniemakers, bestaat er geen grond meer voor morele standvastigheid, ethische normen of moreel besef. De mensen aan de knoppen hebben net zo veel afkeer van hen die model zouden moeten staan, zoals ministers en bedrijfsbestuurders, als dat deze mensen elkaar zelf onderling wantrouwen. De laatste jaren, sinds de crisis, is wat er al was versterkt naar voren gekomen: een samenleving zonder moreel kompas, zonder moraal, zonder fundament om op te staan en zonder een koers om op weg te gaan. Niet een innerlijke overtuiging van behoorlijk gedrag, maar de vraag of het binnen de wet blijft, is de richtlijn van het moderne handelen geworden. Dat is ernstig!

Op zoek naar antwoorden
Er zijn mensen die zoeken naar antwoorden op de noodsituatie die nu ontstaat. Er is al een aantal boeken geschreven over het hervinden van moreel besef in de samenleving. Maar zolang Gods Woord en Gods Wet niet in het middelpunt van ons denken en handelen terugkeren zullen alle pogingen tot herstel en genezing falen. Want tot zolang blijft de vraag naar Goed en Kwaad onbeantwoord. Tot zolang zijn de beslissingen alleen maar gebaseerd op het statistische midden van wat de meerderheid Goed of Kwaad vindt.
In de jaren ’30 juichte een grote meerderheid in Nazi-Duitsland toen Hitler zijn moordplannen op de Joden in toespraken uiteenzette. Dat was goed en dat moest gaan gebeuren! Als vandaag ons morele kompas is wat op de televisie wordt uitgedragen als goed en kwaad, zal de maatschappij uiteindelijke verkeerde beslissingen nemen, zoals dat al lang geleden is gebeurd met de legalisatie van abortus: het kind in de moederschoot vermoorden en het er vervolgens aan stukken uit wegtrekken. We zijn dit in meerderheid Goed gaan noemen.

We zijn op de bodem van ons moreel besef terecht gekomen. Inkeer, boetedoening en terugkeer naar Gods geboden is het enige wat uitkomst kan bieden nu er een maatschappij van wetteloosheid aankomt, waarin de Wetteloze – de Antichrist – zal gaan heersen. Toch mogen we elkaar veel heil en zegen wensen, want onze God weet van alle dingen en gaf ons Zijn toekomstbeloftes!

Feike ter Velde