Een nieuwe reformatie

Jan van Barneveld • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 11
De Reformatie bracht heel wat veranderingen ten goede in de kerk van Christus. Oude dogma's werden overboord gegooid en in plaats daarvan kwamen de "drie sola's" van de Reformatie: Alleen door genade; Alleen door geloof en Alleen de Bijbel. Oude, afgodische vormen van eredienst kwamen op de vuilnisbelt terecht en er werd ijverig gezocht naar nieuwe, meer bijbelse vormen. Zondige, Roomse leerstellingen werden afgezworen en men wilde 'terug naar de Bijbel'. Is dat allemaal niet genoeg geweest? Hoe komt de messiaanse rabbijn van Beth Yeshua, Lion Erwteman, er toch bij om te suggereren dat er een 'nieuwe reformatie' nodig is? De ambitieuze slotzin van zijn hoofdartikel in het juninummer van hun maandblad 'Melach HaAretz' (= Zout der Aarde) luidt: 'Samen met u de reformatie voltooiend'. Eind juni werd deze 'laatste reformatie' min of meer ingeluid tijdens een internationale conferentie van messiaanse Joden in de Bron te Dalfsen. Wat is er aan de hand? Weer iets nieuws of een terugkeer naar onze Bijbels-Joodse wortels? Zuchten onze geestelijke leiders terecht: 'Ook dat nog!' Of hoort 'dat ook nog' bij een laatste, bijbelse zuivering van ons, gelovigen-uit-de-volken?

NAAR DE EERSTE GEMEENTE
We zijn het er wel over eens dat er nog heel wat valt te 'reformeren' in onze groepen en kerken. De roep en het gebed om een opwekking klinkt al tientallen jaren! Ook is er vrij algemene overeenstemming over de richting waarin de vernieuwing van de gemeenten zou moeten gaan: De Eerste Gemeente uit Handelingen staat meestal model. Ieder haalt uit de rijkdom van het Evangelie in de eerste eeuw wat hij maar wil. Pinkstermensen wijzen op de Doop in de Heilige Geest. Zendingsmensen wijzen op de centrale plaats van de evangelieverkondiging en op de velen die tot geloof kwamen. Anderen wijzen op de wonderen en tekenen die het stempel van de Here Jezus op de Eerste Gemeente drukten. Maar we zijn vergeten dat het een Joodse gemeente was. Jezus was een Thora-getrouwe Jood en de Gemeente werd gezien als een Joodse 'sekte'. Men hield de sabbat en vierde de bijbelse feesten met de Joodse gelovigen van de synagoge. Als we straks 2000 jaar Christendom vieren, zal het ontnuchterend zijn om te bedenken dat de Here Jezus geen Christen was. Hij is zelfs geen nieuwe religie begonnen. Hij begon een 'reformatie' binnen het Judaïsme van Zijn tijd. Zijn leringen verschilden niet veel van die van de Farizeese school van Hillel. Het enige en grote verschil was de plaats en functie van Zijn Persoon, als Messias en Verlosser, als Zoon van de levende God en als Koning van de Joden.

EEN STUKJE GESCHIEDENIS
Na de Vergadering van de leiders van de eerste gemeente in Jeruzalem, waarvan we in Handelingen 15 het verslag lezen, is de deur van deze Joodse gemeente wijd open gezet voor de gelovigen-uit-de-volken. Nu kon een heiden toegang krijgen tot de God van Israël en Zijn Messias, tot de beloften en de verlossing en ook tot de Schrift van Israël, zonder het zware en ingewikkelde rabbinale proces van bekering. Door de enorme toeloop van de gelovigen-uit-de-volken werd de Joodse invloed steeds minder. Dit proces werd versneld door de ramp die over het Joodse volk kwam in het jaar 70, toen de Romeinen Jeruzalem en de Tempel vernietigden. Het apostolische leiderschap werd snel overgenomen door niet-Joodse leiders. Na het jaar 135, toen de Joodse opstand tegen de Romeinen onder leiding van Bar Kochba, werd neergeslagen, werden zelfs de leiders van de gemeente van Jeruzalem niet-Joden. De jonge kerk begon zich steeds meer af te zetten tegen elke Joodse invloed. In het jaar 150 schreef de kerkvader Justitianus de Martelaar aan Trypho de Jood: U kunt Jood zijn of Christen, maar niet allebei tegelijk'. Vanaf die tijd gingen de Christenen zich steeds meer zien als een nieuwe religie en niet als een voortzetting van het Oudtestamentische Judaïsme. De scheiding tussen kerk en synagoge was voltooid. In de volgende eeuwen hebben de concilies steeds meer Joodse elementen uit de kerk gegooid en daarmee tegelijk duidelijk bijbelse zaken aan de kant gezet. Dit proces is ook nog gepaard gegaan met een schandelijk anti-Judaïsme en zelfs met antisemitisme. De Reformatie is er niet aan toegekomen deze zaken recht te zetten. Zo zijn ook de messiaanse Joden uit de kerk verdwenen.

ECHO'S VAN EEN CONFLICT
De eerste onenigheid in de Gemeente vinden we in Handelingen 15. Het ging om de vraag of de gelovigen-uit-de-volken besneden moesten worden en de wet van Mozes zouden moeten houden, zoals de 'gelovigen-uit-de-Farizeeën' dat deden (15:5). Het was duidelijk een interkerkelijk conflict. Na de beslissing van 'de Vergadering van Jeruzalem' was dit conflict niet echt opgelost. De echo's van de felle discussies tussen Paulus en deze 'orthodox-Joodse' gelovigen in Jezus Messias vinden we op heel wat plaatsen in de brieven van Paulus terug. Deze plaatsen zijn maar al te dikwijls als anti-Joods uitgelegd, maar zijn in feite flitsen van een fel meningsverschil binnen de kring van de Messias-gelovigen uit de eerste eeuw. We zouden tegenwoordig zeggen: Een binnenkerkelijk conflict. Zoals dat in onze tijd helaas zo vaak is voorgekomen en voorkomt tussen gereformeerden onderling en binnen evangeliegemeenten. Zou de messiaanse rabbijn Daniël Juster gelijk hebben als hij zegt dat 'de kerk de vloek van veel splitsingen ondergaat vanwege het feit dat zij de gemeenschap van messiaanse gelovigen in de 2e eeuw afgestoten heeft?'

GODS MACHTIGE DADEN
We leven in het tijdperk van het 'Herstel van Israël'. We zien Gods machtige daden om ons heen gebeuren. De terugkeer van het Joodse volk naar het Beloofde Land is een wonder van vervullingen van het profetische Woord. Het herstel van het land Israël en de strijd die nu gaande is om Gods land moeten geplaatst worden in het bijbelse kader van: 'Dit gebeurt opdat vervuld wordt wat geschreven is door de profeet…'. De verovering van Jeruzalem in 1967 is een profetische mijlpaal in de voortgang naar Gods doel met Israël en met de wereld. Nu gaan we een profetische stap verder: De plotselinge en snelle opkomst van de messiaans-Joodse gemeenten die we de laatste 25 jaar meemaken is een volgende en zeer grote stap in het herstelplan van de Almachtige voor Zijn volk Israël. Rabbijn Erwteman zegt: 'Messiasbelijdend Jodendom is die stroming binnen het Jodendom, naast orthodoxen en liberalen, die Thora-getrouw wil zijn, die Moshe (Mozes) en de profeten erkent en tevens het Beriet Ha-Chadasha (Nieuwe Verbond). Het is een groeiende, wereldwijde beweging, die in Yeshua (Jezus) de beloofde Messias herkent, de Verlosser van Israël en de wereld". De schattingen van het aantal messiaansJoodse gelovigen lopen sterk uiteen. Een tamelijk lage schatting geeft een aantal van 150.000, waarvan 5.000 - 6.000 (ongeveer 60 gemeenten) in Israël. Werden messiaanse Joden in de eerste en de tweede eeuw door de kerk afgestoten, nu worden ze door de rabbijnen afgewezen. Orthodoxe rabbijnen zijn vrij eensgezind in hun oordeel: 'Jullie zijn geen Joden, maar Christenen". De tragiek is dat, ondanks het feit dat ze trouw de sabbat houden, de Joodse feesten volgen, zelfs de besnijdenis toepassen en even Thora-getrouw willen zijn als Yeshua Zelf, ze toch fel en beslist worden afgewezen. Aan de andere kant dreigt de vervreemding van de kerken, omdat ze consequent het Joodse model van de Eerste Gemeente volgen. Ze gaan terug naar het begin. De gemeente van Yeshua zal eindigen zoals ze is begonnen: Als een Joodse 'sekte'.

DE SLIP VAN ERWTEMAN
Wat moeten wij, eenvoudige gelovigen-uit-de-volken, hier nu mee? We hebben de Here Jezus lief, we houden van Gods volk en bidden elke dag voor Israël en… we willen graag de bijbelse weg gaan. We voelen heus wel aan dat er in de loop van de eeuwen heel wat is misgegaan. Niet alleen tegenover het Joodse volk, maar ook ten aanzien van onze bijbels-joodse wortels.
Maar wat nu? Allemaal de sabbat gaan houden? Het is interessant dat er juist in deze tijd weer veel gesprekken over de sabbat worden gehouden. De Joodse feesten vieren, zoals de Reveilgemeente in Lelystad en de Christelijke Ambassade in Jeruzalem het Loofhutten-feest vieren? Wat te doen met de 613 geboden en verboden van de Thora? En dan het pijnlijke punt van de besnijdenis? De discussies uit Handelingen 15 komen weer terug. Ds. J.de Vreugd, de voorzitter van Christenen voor Israël, schrijft, naar aanleiding van Zacharia 8, een artikel over 'Tien mannen uit de volkeren grijpen de slip van een Joodse man'. Hij geeft geen toepassing van deze profetie voor onze situatie. Laten wij daarom eens naar de 'slip van rabbijn Erwteman' grijpen. Erwteman is aan de ene kant radicaal en gaat consequent op de weg van de Thora.

Aan de andere kant is hij uitermate voorzichtig. 'Het is een kwestie van mentaliteit' zegt hij. 'Eerst moeten we inzien en erkennen dat er iets is misgegaan. Dan zijn er twee uitgangspunten mogelijk: In de eerste plaats zijn er veel gelovigen-uit-de-volken, die zeggen: 'Het kan toch niet; laten we maar gewoon doorgaan als altijd; er is teveel wat overhoop moet worden gehaald'. Een andere, meer vruchtbare reactie is deze zaak als gemeente en als individueel gelovige aan de Heer voor te leggen en te vragen: 'Wat wilt U dat ik doen zal?' Met klem wijst hij op 1 Johannes 5:1-5: 'Want dit is de liefde van God, dat wij Zijn geboden bewaren'. Het zou goed zijn, als onze geestelijke leiders eens een studieconferentie over deze zaken zouden beleggen. Wellicht kunnen de slippen van Erwteman en andere messiaans-Joodse leiders ons een weg laten zien uit de heidense smetten die in de looi) der eeuwen aan ons zijn blijven kleven. Want de kerk zal eindigen zoals deze begonnen is: Nauw verbonden met Israëls Messias, Yeshua, de Zoon van de levende God en met Zijn volk Israël.

drs. Jan van Barneveld