Een avondje stappen met de ‘Zuipexpress’

Jaap Spaans • 90 - 2014 • Uitgave: 4
Sinds 1 januari jl. moeten burgers achttien jaar zijn om alcohol te kunnen drinken in bijvoorbeeld horecagelegenheden. De aankondiging van de aangescherpte wetgeving riep uiteenlopende reacties op. Terwijl kinderartsen, jeugdpsychologen, christelijke politici en zelfs een bekende dj hun steun betuigden voor de nieuwe regels, gaven diverse lokale bestuurders aan die te zullen negeren. Alcoholmisbruik: een complex maatschappelijk vraagstuk.

De regels voor alcoholgebruik door jongeren kwamen niet uit de lucht vallen. De basis was een initiatiefvoorstel vanuit de Tweede Kamer dat niet alleen ging over gebruik van alcohol in horecagelegenheden, maar ook over het openbaar bezit van alcohol door jongeren. Tevens bevat de wet regels voor preventie en handhaving. Aanleiding was de problematiek rond alcoholgebruik onder jongeren zoals gezondheidsrisico’s, effecten op schoolprestaties en schade als gevolg van geweld en vernielzucht door beschonken jongeren. Dat die zorgen terecht zijn, kan iedereen vaststellen na het weekeinde of rond voetbalwedstrijden en evenementen.
Het is een langdurig maatschappelijk probleem. In februari 1998 verscheen er al een notitie van het toenmalige ministerie van justitie met ‘Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van geweld op straat’. Een citaat uit de probleemanalyse van 16 jaar geleden: ‘Een specifieke determinant van het uitgaansgeweld is het excessieve alcoholgebruik, al dan niet in combinatie met ‘pillen’(amfetaminen). De ontremmende werking van alcohol kan gemakkelijk agressie oproepen of uitlokken.’ Een conclusie die overigens niet alleen geldt voor jongeren. De notitie was voor mij in 1999 de aanleiding om het boek ‘Een golf van geweld’ te schrijven. Ook Het Zoeklicht besteedde in dat jaar ruimschoots aandacht aan het onderwerp.
In de jaren die volgden is de situatie verslechterd. Onze vocabulaire werd uitgebreid met een nieuw woord: ‘comazuipen’. Op basis van de argumenten ben ik het eens met de indieners van het wetvoorstel, waaronder diverse christelijke politici. Een aantal reacties uit de samenleving maakt mij minder optimistisch over de uitvoering van de wetgeving, vooral de handhaving.

Handhaving
In november en december 2013, tijdens de aanloop naar de invoeringsdatum van de nieuwe regels, gaven diverse lokale bestuurders in de media aan de nieuwe alcoholregels niet te zullen uitvoeren. Een opmerkelijke stap. Er deed zich nog een probleem voor. Twee ondernemers gaven in diverse media aan een busdienst te organiseren om jongeren vanuit de grensstreek te vervoeren naar België, waar jongeren wel alcohol mogen drinken. Een van de ondernemers gaf als argumentatie dat hij zulke goede herinneringen had aan zijn eigen jeugdige drankgebruik, dat hij dit de moderne jeugd niet wil onthouden. De Belgen reageerden furieus en het begrip ‘zuipexpress’ werd geïntroduceerd. Het risico is aanwezig dat de aangescherpte regels leiden tot verplaatsing van problemen naar buurlanden of drankmisbruik op plaatsen waar effectief toezicht ontbreekt, zoals parken en hangplekken.
Mediapeilingen leverden verrassende resultaten op. Uit een peiling bleek dat driekwart van de volwassenen achter de nieuwe wetgeving staat. Toch zegt 81% van de 700 ondervraagde ouders van 16- en 17- jarigen, hun kind het drinken niet te zullen ontzeggen. Juist de invloed van ouders is echter van cruciaal belang, bijvoorbeeld om het preventiebeleid te laten slagen. De nieuwe regels roepen twee belangrijke vragen op. Is het verstandig dat lokale bestuurders openlijk uiten dat zij democratisch tot stand gekomen landelijke wetgeving niet zullen uitvoeren en hoe gaan we om met de uitvoeringsproblemen in grensregio’s?

Ambtelijke ethiek
Dat er grenzen kunnen zijn aan de loyaliteit en gehoorzaamheid van ambtenaren en bestuurders aan hun werkgever de overheid, is voorstelbaar. De uitvoering van anti-Joodse wetgeving tijdens de oorlog bracht veel ambtenaren in gewetensnood. Bijvoorbeeld politieagenten die verplicht werden deel te namen aan razzia’s of ambtenaren die trams en treinen bestuurden naar de doorgangs- en vernietigingskampen. Dan kan een mens in zware tweestrijd komen en de situatie ontstaan dat je God meer gehoorzaam dient te zijn dan mensen (Handelingen 5:29). Vers in het geheugen ligt nog de discussie over weigerambtenaren. Die ethische dilemma’s gaan mijns inziens niet op voor de nieuwe alcoholwetgeving. Die is democratisch tot stand gekomen op grond van goede argumenten en is gunstig voor de ontwikkeling en gezondheid van jongeren. Er worden geen fundamentele grondrechten geschonden. Daarom behoren lokale bestuurders de regels uit te voeren.

De Bijbel
Zowel over (ambtelijke) ethiek als alcoholgebruik geeft de Bijbel wijze lessen. Daniël, zelf een gewaardeerd bestuurder in het Medisch-Perzische rijk, koos voor zijn God toen hij door een nieuwe wet in gewetensnood kwam (Daniël 6:13). Er zijn meer Bijbelse voorbeelden. Alcoholgebruik wordt niet afgewezen in de Bijbel (1 Timoteüs 5:23), maar er wordt wel gewaarschuwd voor misbruik zoals de excessen die kunnen optreden in de vorm van geweld, ontremming en verslaving (Efeziërs 5:18, Spreuken 4:17, 20:1, 23:31,32). Als ik aan deze publicatie werk, hebben de eerste perikelen bij de handhaving zich al aangekondigd. Navraag bij de inspectiedienst belast met het toezicht op grensoverschrijdend beroepspersonenvervoer, wees uit dat er inderdaad een initiatief is gestart om jongeren vanuit diverse opstaplocaties in Nederland te vervoeren naar Belgische discotheken. Aan een eventuele vergunning zullen strenge voorwaarden worden gesteld voor de veiligheid onderweg. Dat die veiligheid vooral tijdens de terugritten in het geding is, zal duidelijk zijn.

Jaap Spaans