De Zaligsprekingen Zalig zijn de vredestichters

Martin Penning • 95 - 2019 • Uitgave: 7
Serie over de zaligsprekingen
God heeft vrede gebracht, door Zijn Zoon te vernederen. Wat wij doen is herhalen wat God gedaan heeft. Als God op Zijn recht en waardigheid was gaan staan dan zouden wij nooit vrede met God gevonden hebben. Als we beseffen wat Hij voor ons gedaan heeft, dan beginnen we te verlangen dat andere mensen dat ook zullen ervaren. Laat daarom die gezindheid in u zijn, die ook in Christus Jezus was (Filippenzen 2:5).

De Joden dachten dat, als de Messias kwam, Hij hen zou verlossen van de aardse vijanden. Hij zou Zichzelf tot een groot Koning maken. Maar de Heere Jezus zegt: ‘Mijn koninkrijk is niet van deze wereld’ (Johannes 18:36). Waarom is er zoveel oorlog en ellende in de wereld? Waarom werkt de VN niet? Volgens de Bijbel ligt het probleem in het hart van de mensen (Lukas 6:45) en ligt het niet aan de politiek of de economie. We moeten naar de bron gaan: Ons hart is het probleem.

De juiste wijze
Een vredestichter is niet iemand die van nature problemen wil vermijden, of iemand die dingen gemakkelijk opvat. Vreedzaamheid kan niet iets natuurlijks zijn. Een vredestichter is in actieve en passieve zin vredelievend. Dat betekent dat hij passief is als het gaat om een ruzie aangaan of strijd leveren, maar in actieve zin moet hij ook een vredestichter zijn. Hij verlangt naar vrede en doet er alles aan dat te bewerkstelligen. De voorwaarde is het hebben van een nieuw en rein hart. Een hart vol nijd, jaloersheid, boosheid, kan nooit een vreedzaam hart zijn. Een vredestichter moet verlost zijn van zijn eigen ‘ik’. Om vreedzaam te zijn moet je neutraal in de situatie staan en zolang je voor jezelf vecht, gevoelig bent, lichtgeraakt en jezelf wil verdedigen, dan doe je het werk van een vredestichter niet op de juiste wijze. Een vreedzame is niet iemand die overweegt wat de gevolgen voor zichzelf zullen zijn, want zodra we dat doen is er per definitie oorlog. Er is dan altijd sprake van tegengestelde belangen.

Een vredestichter heeft zichzelf gezien in Gods licht. Hij weet dat hij nietswaardig is. Dat hij het niet waard is om zich druk te maken over zichzelf. Als we de vorige zaligsprekingen hebben doorlopen, zullen we zelf tot die conclusie moeten zijn gekomen. De Heere Jezus zei: “Wie zijn leven wil behouden, zal het verliezen” (Mattheüs 16:25). Paulus zei: “Ik ellendig mens” (Romeinen 7:24). De christen haat de oude mens en heeft een nieuwe visie op het leven. Dit houdt ook in dat hij een nieuwe kijk op anderen heeft. De vredestichter ziet anderen als mensen die geregeerd worden door de wereld. Hij vraagt zich niet af waarom ze op deze manier reageren, hij weet hoe het komt. We moeten mededogen met hen hebben en barmhartig zijn. De vredestichter is iemand die bereid is zichzelf te vernederen, hij is bereid alles te doen om de heerlijkheid en eer van God te vergroten. Hij is bereid onrecht en kwaad te leiden als dat vrede zou voortbrengen en God zou verheerlijken.

In de praktijk
Nu moet dit nog blijken in de praktijk. Ten eerste moeten we leren zwijgen, (Jakobus 3:1-12). We moeten leren onze natuurlijke neiging te beheersen. Als christen zijn we een nieuwe mens, geschapen naar het beeld en de gelijkenis van de Heere Jezus. Ieder mens moet haastig zijn om te horen, maar traag om te spreken en traag tot toorn (Jakobus 1:19).

Tijdens het moment van zwijgen gaan we naar stap 2. We moeten de situatie overzien. We moeten alles bezien vanuit het licht van Gods Woord. Met de wijsheid die van boven is. ’Maar de wijsheid die van boven is, is ten eerste rein, vervolgens vreedzaam, welwillend, voor rede vatbaar, vol barmhartigheid en goede vruchten, onpartijdig en ongeveinsd. En de vrucht van de gerechtigheid wordt in vrede gezaaid voor hen die vrede stichten’ (Jakobus 3:17-18).

Stap 3: we worden in positieve zin actief. Dat betekent dat we onszelf soms moeten vernederen. Dat we zelf naar die persoon toe moeten gaan en het initiatief moeten nemen met hem te spreken, misschien zelfs door je te verontschuldigen en vriendelijk te zijn. Maar we doen alles om de vrede te bewaren.

De laatste stap is dat we kunnen proberen om de vrede te verspreiden. We doen dit door onbaatzuchtig te zijn, door aanspreekbaar te zijn, door niet op onze waardigheid te staan. Als we niet aan onszelf denken zal de ander voelen dat we benaderbaar zijn. Laten we zo zijn dat mensen naar ons toekomen en het licht in ons mogen zien. ’Laat uw licht zo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken zien en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken’ (Mattheüs 5:16).

Gespreksvragen
• Op welke momenten is het moeilijk om te zwijgen en nederig te zijn?
• Vind je het moeilijk om in je huwelijk of de gemeente vredestichter te zijn?
• Ben je alleen passief vredestichter, of kom je ook in actie?
• Welke stappen wil je gaan maken om hierin meer gevormd te worden naar het beeld van de Heere Jezus?

Gebedspunten
• Dank de Heere voor wat Hij voor ons gedaan heeft om vrede te brengen.
• Bid om een verlicht hart, zodat je situaties kunt bezien vanuit Gods Woord en vanuit Gods perspectief.
• Belijd de kansen die je gemist hebt om vredestichters te zijn.
• Belijd het feit dat je nog te vaak vanuit je eigen verlangens reageert.
• Bid om inzicht in het feit dat onze vijanden door satan gegrepen en gebruikt worden en vraag om een barmhartig en meelevend hart.
• Bid om een huwelijk/gemeente waarin je samen vredestichters mag zijn.

Martin Penning

Praktische Bijbelstudies over de Bergrede (Mattheüs 5:3-10)

• Zalig zijn de armen van geest, want van hen is het Koninkrijk der hemelen.
• Zalig zijn zij die treuren, want zij zullen vertroost worden.
• Zalig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven.
• Zalig zijn zij die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden.
• Zalig zijn de barmhartigen, want aan hen zal barmhartigheid bewezen worden.
• Zalig zijn de reinen van hart, want zij zullen God zien.
Zalig zijn de vredestichters, want zij zullen Gods kinderen genoemd worden.