De nieuwe wereldorde (4)

Robert de Telder • 77 - 2001/02 • Uitgave: 22
ROS = RUSSEN

In dit hoofdstuk sprak ik mijn verwachting uit dat een toekomstige Russische leider de naam Gog zou dragen. Gog zie ik als een eigennaam en aangezien de profeet Jesaja de naam van de Perzische vorst 'gores' die de Joden uit de Babylonische ballingschap liet terugkeren voorspelde, meen ik dat ook in de eindtijd iets dergelijks te verwachten valt Ik ging ook in op bepaalde bijbelvertalingen omtrent 'Ros in de Hebreeuwse grondtekst en in de NBG 1951 met 'grootvorst' vertaald. Het verband tussen 'Bos'. 'Roes en 'Rus ligt voor de hand. Belangrijkste bron. volgens mij, ter identificatie van Magog en Ros, blijft de Joodse historicus Flavius Josephus uit de eerste eeuw van onze jaartelling. Josephus heeft in zijn geschiedenis van het Joodse volk alle volken van Genesis 10 op de landkaart van zijn tijd gesitueerd. Het is zijn verdienste dat we vandaag Magog kunnen plaatsen. Hierna volgt het bekende citaat:

Joodse oudheden I.122-124
"Zo had Noachs zoon Japheth zeven zoons. Ze vestigden zich eerst in het gebied dat zich uitstrekt vanaf het Taurus- en Amanusgebergte en rukten vervolgens op in Azié•tot aan de rivier de Don en in Europa tot aan Cadiz en namen het land waar ze terechtkwamen in bezit. Aangezien er zich voor die tijd nog niemand gevestigd had. benoemden zij de volkeren met hun eigen namen. Het volk dat nu door de . Grieken de Galaten wordt genoemd. ging Gomaren heten. naar hun stichter GomaG Magog stichtte de naam van de naar hem genoemde Magogen. Zij werden door de Grieken de Scythen genoemd. Van Japheths zoon Javan en Madus werd de laatste de stamvader van de Madeeén, het volk dat bij de Grieken de Meden heet, en stammen Ionié en alle Grieken af van Javan.”

Dat de Scythen hun woonplaats in Rusland en de Oekraine hadden staat historisch vast. Het is Herodotos. de beroemde historicus uit de vijfde eeuw voor Christus. die van de Scythen de zeden en gewoonten beschreef. Eigenlijk is de naam een verzamelnaam voor verscheidene clans. Ten tijde van Ezechiél beheersten zij een gebied van de Donau in Europa tot aan de Gele Rivier in Azië.

Over de landbrug die de Kaukasus is zijn ze zelfs in de zevende eeuw voor Christus in het Midden-Oosten tot aan de grenzen van Egypte doorgedrongen.

Robert de Telder