De lofzang van Hanna
Dit is de laatste lofzang waarvan we lezen rond de geboorte van de Here Jezus. Deze lofzangen zijn gericht op de nederige staat waarin de Here Jezus is verschenen, Mens geworden zoals wij. Eén van ons. Maar in deze lofzangen horen we ook van Zijn verheerlijking. En vooral wordt er in deze lofzangen gewezen naar de toekomst. Want in Zijn eerste komst heeft de Here Jezus het geweldige verlossingswerk verricht, maar in Zijn wederkomst brengt Hij de volle verlossing, welke zal doorwerken in heel de schepping. Het is daarnaar dat heel de schepping reikhalzend uitziet (Romeinen 8 vs. 19).
Het zijn de lofzangen, gezongen door engelen, herders en anderen, die spreken van de volle verlossing.
Dat doet ook Hanna
We weten niet zo veel van haar. Maar toch genoeg om ons een beeld van haar te kunnen vormen. Lucas noemt haar een profetes.
En daarmee komt zij te staan op de lijn van de Oud-Testamentische profetessen, zoals Debora en Hulda. De naam van Hanna is veel betekenend: Kind van genade of erbarming! Na een huwelijk van zeven jaar werd zij weduwe en is nooit meer getrouwd. De Here God had een andere taak voor haar. Wij leren haar kennen als zij vierentachtig jaar oud is. Haar hele leven stond in dienst van de Here. Wij krijgen de indruk dat zij min of meer woonde in de tempelgebouwen, waar zij dag en nacht te vinden was in gebed en vasten. Een weduwe voor Gods aangezicht met een bijzondere taak. Later zal Paulus schrijven over weduwen, die een taak krijgen in de dienst van God. We lezen dat in 1 Timotheüs 5. Zo had Hanna een grote taak in de dienst van God. Niet alleen het gebed was haar dienst, maar zij had ook een groep van mensen om zich heen verzameld. Dat waren allen mensen die voor Jeruzalem verlossing verwachtten.
Het was niet zo dat de Messias toen massaal werd verwacht. We zien bij hen, die geacht werden de Bijbel te kennen, geen spoor van verwachting. Integendeel, er was grote ontsteltenis bij de overpriesters, alsmede bij koning Herodes, toen het bericht van de geboren Koning der Joden verscheen, binnen gebracht door de wijzen uit het oosten. Waarschijnlijk was Herodes de enige die geloof hechtte aan het verhaal, want hij zocht de ware Koning te doden. Bij het volk van God was het ongeloof ruimschoots aanwezig. Het lijkt een beetje op onze tijd. Wij leven in de dagen van de Messias, zo hebben jaren geleden al Joodse rabbijnen gezegd. En er zijn vele christenen die hen daarin volgen. Maar aan de massa gaat het voorbij, de massa van Israël, maar ook de massa van de kerk. Behalve in vele derde wereld kerken. Daar ziet men uit naar de komende Heiland. Daar heeft men ook meer kennis van de profetieën.
In de tempel kwamen zij tezamen die voor Jeruzalem verlossing verwachtten, ja, die de Verlosser verwachtten! We denken aan onze tijd en onze omgeving. Geloof genoeg, vroomheid in overvloed en kerkelijk leven volop aanwezig. Maar het geloof om uit te zien naar de komende wederkomst van de Here Jezus Christus wordt maar weinig gevonden. O, ze zijn er wel, evenals in de dagen van de geboorte van de Here Jezus. Daarom moeten we met Kerstfeest niet alleen terugzien naar het verleden, maar vooral uitzien naar de toekomst, want de tijd is nabij.
Zij loofden God
Daar ergens in de tempel, waar de plaats was waar de eerstgeborenen aan de Here werden voorgesteld, werd ook de Here Jezus voor Gods aangezicht gebracht. Het moet een wondere gebeurtenis geweest zijn. Daar hebben ze gestaan: Jozef en Maria, Simeon en Hanna, samen met allen die de verlossing voor Jeruzalem verwachtten. En temidden van dit alles de Here Jezus, als pasgeboren Kind. En in die gewijde ruimte werd de lofprijzing aangeheven. Want al deze mensen die met verwachting uit zagen, hebben meer gezien dan dit kleine Kind. Met hun geestelijke ogen hebben zij de verlossing aanschouwd. Maar dat niet alleen! Zij zagen de komende Verlosser, niet in de nederigheid waarin Hij toen bij hen was, maar in Zijn grote en machtige Majesteit. En dat was voor hen de reden om de lofzang aan te heffen. Een lofzang die de eeuwen doorklinkt en die straks in alle volmaaktheid zal klinken als de eeuwige verlossing in de ganse schepping zichtbaar zal zijn.
En allen die vandaag verlossing verwachten, mogen dit lied, straks met het Kerstfeest, van ganser harte meezingen. Want: Ere zij God in de hoge, en vrede op aarde bij mensen van Gods welbehagen.
ds. Jac. Schouten
Het zijn de lofzangen, gezongen door engelen, herders en anderen, die spreken van de volle verlossing.
Dat doet ook Hanna
We weten niet zo veel van haar. Maar toch genoeg om ons een beeld van haar te kunnen vormen. Lucas noemt haar een profetes.
En daarmee komt zij te staan op de lijn van de Oud-Testamentische profetessen, zoals Debora en Hulda. De naam van Hanna is veel betekenend: Kind van genade of erbarming! Na een huwelijk van zeven jaar werd zij weduwe en is nooit meer getrouwd. De Here God had een andere taak voor haar. Wij leren haar kennen als zij vierentachtig jaar oud is. Haar hele leven stond in dienst van de Here. Wij krijgen de indruk dat zij min of meer woonde in de tempelgebouwen, waar zij dag en nacht te vinden was in gebed en vasten. Een weduwe voor Gods aangezicht met een bijzondere taak. Later zal Paulus schrijven over weduwen, die een taak krijgen in de dienst van God. We lezen dat in 1 Timotheüs 5. Zo had Hanna een grote taak in de dienst van God. Niet alleen het gebed was haar dienst, maar zij had ook een groep van mensen om zich heen verzameld. Dat waren allen mensen die voor Jeruzalem verlossing verwachtten.
Het was niet zo dat de Messias toen massaal werd verwacht. We zien bij hen, die geacht werden de Bijbel te kennen, geen spoor van verwachting. Integendeel, er was grote ontsteltenis bij de overpriesters, alsmede bij koning Herodes, toen het bericht van de geboren Koning der Joden verscheen, binnen gebracht door de wijzen uit het oosten. Waarschijnlijk was Herodes de enige die geloof hechtte aan het verhaal, want hij zocht de ware Koning te doden. Bij het volk van God was het ongeloof ruimschoots aanwezig. Het lijkt een beetje op onze tijd. Wij leven in de dagen van de Messias, zo hebben jaren geleden al Joodse rabbijnen gezegd. En er zijn vele christenen die hen daarin volgen. Maar aan de massa gaat het voorbij, de massa van Israël, maar ook de massa van de kerk. Behalve in vele derde wereld kerken. Daar ziet men uit naar de komende Heiland. Daar heeft men ook meer kennis van de profetieën.
In de tempel kwamen zij tezamen die voor Jeruzalem verlossing verwachtten, ja, die de Verlosser verwachtten! We denken aan onze tijd en onze omgeving. Geloof genoeg, vroomheid in overvloed en kerkelijk leven volop aanwezig. Maar het geloof om uit te zien naar de komende wederkomst van de Here Jezus Christus wordt maar weinig gevonden. O, ze zijn er wel, evenals in de dagen van de geboorte van de Here Jezus. Daarom moeten we met Kerstfeest niet alleen terugzien naar het verleden, maar vooral uitzien naar de toekomst, want de tijd is nabij.
Zij loofden God
Daar ergens in de tempel, waar de plaats was waar de eerstgeborenen aan de Here werden voorgesteld, werd ook de Here Jezus voor Gods aangezicht gebracht. Het moet een wondere gebeurtenis geweest zijn. Daar hebben ze gestaan: Jozef en Maria, Simeon en Hanna, samen met allen die de verlossing voor Jeruzalem verwachtten. En temidden van dit alles de Here Jezus, als pasgeboren Kind. En in die gewijde ruimte werd de lofprijzing aangeheven. Want al deze mensen die met verwachting uit zagen, hebben meer gezien dan dit kleine Kind. Met hun geestelijke ogen hebben zij de verlossing aanschouwd. Maar dat niet alleen! Zij zagen de komende Verlosser, niet in de nederigheid waarin Hij toen bij hen was, maar in Zijn grote en machtige Majesteit. En dat was voor hen de reden om de lofzang aan te heffen. Een lofzang die de eeuwen doorklinkt en die straks in alle volmaaktheid zal klinken als de eeuwige verlossing in de ganse schepping zichtbaar zal zijn.
En allen die vandaag verlossing verwachten, mogen dit lied, straks met het Kerstfeest, van ganser harte meezingen. Want: Ere zij God in de hoge, en vrede op aarde bij mensen van Gods welbehagen.
ds. Jac. Schouten