De dag des Heren
“Het is niet uitgesloten dat sommigen van ons zullen denken aan de zondag”
Laten we samen eens nadenken over de dag des Heren. Wat moeten we onder de dag des Heren verstaan? Een kleine enquête onder onze lezers zal misschien verrassende resultaten opleveren. Het is niet uitgesloten dat sommigen van ons zullen denken aan de zondag. De dag waarop de gemeente sinds heugenis haar bijeenkomsten heeft. Diensten werden en worden op die dag gehouden tot bemoediging, vertroosting en zonodig ook vermaning. De zondag de eerste dag der week, de dag waarop de opstanding van Jezus gevierd mag worden, dat is de dag des Heren. Een fijne dag is dat, een heel belangrijke ook, maar is dat echt de dag des Heren?
BIJBELSTEKSTEN
Er zijn bij mijn weten 21 verzen in de Bijbel die rechtstreeks spreken over de dag des Heren. Het blijkt uit die verzen zonneklaar dat daar iets heel anders bedoeld wordt dan de 'zondag', zoals boven omschreven. Ik zal niet al die 21 verzen citeren, maar wil u toch een goed beeld geven van het bijbels patroon.
Jesaja 13:6:
Huilt gij lieden, want de dag des Heren is nabij; hij komt als een verwoesting van de Almachtige.
Jesaja 13:9:
Zie, de dag des Heren komt, meedogenloos, met verbolgenheid en brandende toorn, om de aarde tot een woestenij te maken en haar zondaars van haar te verdelgen.
Joël 1:15:
Wee die dag, want nabij is de dag des Heren; als een verwoesting komt hij van de Almachtige.
Joël 2:11:
En de Here verheft zijn stem voor zijn strijdmacht heen, want zijn leger is zeer talrijk; want machtig is het leger dat zijn woord volbrengt; want groot is de dag des Heren en zeer geducht! Wie zal hem verdragen?
Amos 5:18:
Wee dien, die des Heeren dag begeren! Waartoe toch zal ulieden de dag des Heeren zijn? Hij zal duisternis wezen en geen licht.
Amos 5:20:
Duisternis zal immers de dag des Heren zijn en geen licht, ja donker en zonder glans.
Obadja 1:15:
Want nabij is de dag des Heren over alle volken; zoals gij gedaan hebt, zal u gedaan worden, uw daad zal op uw eigen hoofd terugvallen.
Sefanja 1:14:
Nabij is de grote dag des Heren, nabij en hij nadert haastig. Hoort, de dag des Heren; bitter schreeuwt dan de held
1 Thessalonica 5:2:M/b>
Immers, gij weet zelf zeer goed, dat de dag des Heren zo komt, als een dief in de nacht.
Deze teksten schilderen ons een donkere dag vol geweld. Een dag waar je bang voor moet zijn en niet een dag waar je verlangend naar kunt uitzien. Wanneer we zingen: 'Vol verwachting blijf ik uit zien, tot die dag eens dagen zal'. Dan kunnen we moeilijk denken aan de dag des Heren, zoals uit de teksten naar voren komt. Er is niet één tekst die een beetje hoop of licht laat schijnen op die dag. Je kunt eigenlijk maar één hoop hebben, die dag niet te hoeven meemaken.
EEN DIEF
Je zou de vraag kunnen stellen en om meer redenen zou je daarop het antwoord willen weten: wanneer komt die dag? Dan zouden we onze maatregelen treffen. Maar als u weet dat die dag morgen komt, zou u dan nog lekker kunnen slapen? We weten niet wanneer die dag komen zal, maar wel hoe. De apostel Petrus schrijft daarover: 'Maar de dag des Heren zal komen als een dief'. En Petrus is niet de enige die het zo profeteren mag, ook de apostel Paulus weet er van en schrijft in 1 Thessalonicenzen 5:2, 3: 'Immers gij weet zelf zeer goed, dat de dag des Heren zó komt, als een dief in de nacht'.
Die te vrezen en vreselijke dag komt plotseling, onverwacht en met grote schade. Hoe weten die beide mannen dit? Ze hebben geluisterd naar de Here Jezus. In Mattheus 24:43 staat precies opgeschreven wat de Heer erover gezegd heeft:
'Maar weet dit: Als de heer des huizes geweten had, in welke nachtwaak de dief zou komen, hij zou gewaakt hebben en in zijn huis niet hebben laten inbreken. Daarom weest ook gij bereid, want op een uur, dat gij het niet verwacht, komt de Zoon des mensen'.
Heel dit hoofdstuk is gewijd aan de dingen die met de dag des Heren samenhangen. Die dag komt dus als een dief.
Kenmerkend voor een dief is dat hij op een onverwacht moment komt. Hij komt wanneer je argeloos bent. Die argeloosheid wordt ook duidelijk omschreven. De Bijbel sprekend over dat moment, spreekt ook over een tijd van vrede en rust, geen gevaar.
De mensheid zal best tevreden zijn en vooral zelfingenomen zijn. Deze arrogante houding zien we steeds meer, vooral politici bezondigen naar mijn idee zich daar meer en meer aan. Spanningshaarden zullen onder controle zijn, wellicht zal men voor het grootste spanningscentrum van de wereld Jeruzalem' een oplossing gevonden hebben, want we bevinden ons ook midden in de regeerperiode van de antichrist, die in het Midden Oosten op miraculeuze wijze een (schijn) oplossing gebracht zal hebben. Het zal tijdelijk zijn, want dan breekt het geweld los. De dag des Heren.
HOELANG DUURT DIE DAG?
De tijdsrekening van de Here God wijkt wat af van die van ons mensen, maar het is opvallend dat Petrus, juist wanneer hij over de dag des Heren spreekt, ook schrijft dat bij de Here, één dag is als duizend jaar. Het zal met de dag des Heren niet gaan om een kalenderdag maar om een langere periode.
Wanneer we de Bijbel lezen kunnen we toch iets meer nog zeggen over het begin van die dag. Hij komt als een dief, dat schreven we al, maar dat is niet het laatste dat we over zijn begin kunnen zeggen. Wanneer we Openbaring aandachtig lezen valt ons op, dat de Leeuw uit Juda's stam macht ontvangt. Hij krijgt autoriteit om gericht te oefenen, de boekrol te openen. Openbaring 6 beschrijft hoe dat verder gaat.
We moeten echter ook denken aan een uitspraak van Johannes de doper. Johannes wijst op het 'Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt'. Toen onze Heer aan het kruis stierf nam Hij de zonde weg, voor ons gaf Hij Zijn kostbaar bloed. Dat is de taak van het Lam, de zonde weg te nemen. Nu leven we in genadetijd, nu kunnen we vrij tot Jezus gaan. Die genadetijd is beperkt, hij houdt een keer op, misschien wel zeer binnenkort. Jezus, het Lam Gods heeft nog steeds dezelfde taak, de zonde weg te nemen. Na de tijd van genade doet de Heer dat anders. Hij zal de aarde reinigen, dat louteringsproces zien we verder in het boek Openbaring beschreven. De mensen roepen nu in grote angst en paniek: 'Verberg ons voor de toorn van het Lam, want de grote dag (des Heren?!) van hun toorn is gekomen' (Openbaring 6:17). En de apotheose van dit 'zonde wegnemend werk van het Lam' zien we in Openbaring 19, wanneer het Lam Gods zich stelt aan het hoofd van de stoet, die naar de aarde komt en vonnissen zal, dan zal het vrederijk duizend jaar lang op aarde zijn.
Zo zien we hoe die dag des Heren begint, Hij vangt aan met lof, prachtig beschreven in Openbaring 5. Na die huldiging in de hemel zal de bevrijding van de planeet aarde beginnen. Na die bevrijding en reiniging zal de dag des Heren duizend jaar vrede brengen en heil en zegen, voor Gods volk en voor de volkeren die komen zullen om de Heer te aanbidden.
ds. Henk Schouten
Laten we samen eens nadenken over de dag des Heren. Wat moeten we onder de dag des Heren verstaan? Een kleine enquête onder onze lezers zal misschien verrassende resultaten opleveren. Het is niet uitgesloten dat sommigen van ons zullen denken aan de zondag. De dag waarop de gemeente sinds heugenis haar bijeenkomsten heeft. Diensten werden en worden op die dag gehouden tot bemoediging, vertroosting en zonodig ook vermaning. De zondag de eerste dag der week, de dag waarop de opstanding van Jezus gevierd mag worden, dat is de dag des Heren. Een fijne dag is dat, een heel belangrijke ook, maar is dat echt de dag des Heren?
BIJBELSTEKSTEN
Er zijn bij mijn weten 21 verzen in de Bijbel die rechtstreeks spreken over de dag des Heren. Het blijkt uit die verzen zonneklaar dat daar iets heel anders bedoeld wordt dan de 'zondag', zoals boven omschreven. Ik zal niet al die 21 verzen citeren, maar wil u toch een goed beeld geven van het bijbels patroon.
Jesaja 13:6:
Huilt gij lieden, want de dag des Heren is nabij; hij komt als een verwoesting van de Almachtige.
Jesaja 13:9:
Zie, de dag des Heren komt, meedogenloos, met verbolgenheid en brandende toorn, om de aarde tot een woestenij te maken en haar zondaars van haar te verdelgen.
Joël 1:15:
Wee die dag, want nabij is de dag des Heren; als een verwoesting komt hij van de Almachtige.
Joël 2:11:
En de Here verheft zijn stem voor zijn strijdmacht heen, want zijn leger is zeer talrijk; want machtig is het leger dat zijn woord volbrengt; want groot is de dag des Heren en zeer geducht! Wie zal hem verdragen?
Amos 5:18:
Wee dien, die des Heeren dag begeren! Waartoe toch zal ulieden de dag des Heeren zijn? Hij zal duisternis wezen en geen licht.
Amos 5:20:
Duisternis zal immers de dag des Heren zijn en geen licht, ja donker en zonder glans.
Obadja 1:15:
Want nabij is de dag des Heren over alle volken; zoals gij gedaan hebt, zal u gedaan worden, uw daad zal op uw eigen hoofd terugvallen.
Sefanja 1:14:
Nabij is de grote dag des Heren, nabij en hij nadert haastig. Hoort, de dag des Heren; bitter schreeuwt dan de held
1 Thessalonica 5:2:M/b>
Immers, gij weet zelf zeer goed, dat de dag des Heren zo komt, als een dief in de nacht.
Deze teksten schilderen ons een donkere dag vol geweld. Een dag waar je bang voor moet zijn en niet een dag waar je verlangend naar kunt uitzien. Wanneer we zingen: 'Vol verwachting blijf ik uit zien, tot die dag eens dagen zal'. Dan kunnen we moeilijk denken aan de dag des Heren, zoals uit de teksten naar voren komt. Er is niet één tekst die een beetje hoop of licht laat schijnen op die dag. Je kunt eigenlijk maar één hoop hebben, die dag niet te hoeven meemaken.
EEN DIEF
Je zou de vraag kunnen stellen en om meer redenen zou je daarop het antwoord willen weten: wanneer komt die dag? Dan zouden we onze maatregelen treffen. Maar als u weet dat die dag morgen komt, zou u dan nog lekker kunnen slapen? We weten niet wanneer die dag komen zal, maar wel hoe. De apostel Petrus schrijft daarover: 'Maar de dag des Heren zal komen als een dief'. En Petrus is niet de enige die het zo profeteren mag, ook de apostel Paulus weet er van en schrijft in 1 Thessalonicenzen 5:2, 3: 'Immers gij weet zelf zeer goed, dat de dag des Heren zó komt, als een dief in de nacht'.
Die te vrezen en vreselijke dag komt plotseling, onverwacht en met grote schade. Hoe weten die beide mannen dit? Ze hebben geluisterd naar de Here Jezus. In Mattheus 24:43 staat precies opgeschreven wat de Heer erover gezegd heeft:
'Maar weet dit: Als de heer des huizes geweten had, in welke nachtwaak de dief zou komen, hij zou gewaakt hebben en in zijn huis niet hebben laten inbreken. Daarom weest ook gij bereid, want op een uur, dat gij het niet verwacht, komt de Zoon des mensen'.
Heel dit hoofdstuk is gewijd aan de dingen die met de dag des Heren samenhangen. Die dag komt dus als een dief.
Kenmerkend voor een dief is dat hij op een onverwacht moment komt. Hij komt wanneer je argeloos bent. Die argeloosheid wordt ook duidelijk omschreven. De Bijbel sprekend over dat moment, spreekt ook over een tijd van vrede en rust, geen gevaar.
De mensheid zal best tevreden zijn en vooral zelfingenomen zijn. Deze arrogante houding zien we steeds meer, vooral politici bezondigen naar mijn idee zich daar meer en meer aan. Spanningshaarden zullen onder controle zijn, wellicht zal men voor het grootste spanningscentrum van de wereld Jeruzalem' een oplossing gevonden hebben, want we bevinden ons ook midden in de regeerperiode van de antichrist, die in het Midden Oosten op miraculeuze wijze een (schijn) oplossing gebracht zal hebben. Het zal tijdelijk zijn, want dan breekt het geweld los. De dag des Heren.
HOELANG DUURT DIE DAG?
De tijdsrekening van de Here God wijkt wat af van die van ons mensen, maar het is opvallend dat Petrus, juist wanneer hij over de dag des Heren spreekt, ook schrijft dat bij de Here, één dag is als duizend jaar. Het zal met de dag des Heren niet gaan om een kalenderdag maar om een langere periode.
Wanneer we de Bijbel lezen kunnen we toch iets meer nog zeggen over het begin van die dag. Hij komt als een dief, dat schreven we al, maar dat is niet het laatste dat we over zijn begin kunnen zeggen. Wanneer we Openbaring aandachtig lezen valt ons op, dat de Leeuw uit Juda's stam macht ontvangt. Hij krijgt autoriteit om gericht te oefenen, de boekrol te openen. Openbaring 6 beschrijft hoe dat verder gaat.
We moeten echter ook denken aan een uitspraak van Johannes de doper. Johannes wijst op het 'Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt'. Toen onze Heer aan het kruis stierf nam Hij de zonde weg, voor ons gaf Hij Zijn kostbaar bloed. Dat is de taak van het Lam, de zonde weg te nemen. Nu leven we in genadetijd, nu kunnen we vrij tot Jezus gaan. Die genadetijd is beperkt, hij houdt een keer op, misschien wel zeer binnenkort. Jezus, het Lam Gods heeft nog steeds dezelfde taak, de zonde weg te nemen. Na de tijd van genade doet de Heer dat anders. Hij zal de aarde reinigen, dat louteringsproces zien we verder in het boek Openbaring beschreven. De mensen roepen nu in grote angst en paniek: 'Verberg ons voor de toorn van het Lam, want de grote dag (des Heren?!) van hun toorn is gekomen' (Openbaring 6:17). En de apotheose van dit 'zonde wegnemend werk van het Lam' zien we in Openbaring 19, wanneer het Lam Gods zich stelt aan het hoofd van de stoet, die naar de aarde komt en vonnissen zal, dan zal het vrederijk duizend jaar lang op aarde zijn.
Zo zien we hoe die dag des Heren begint, Hij vangt aan met lof, prachtig beschreven in Openbaring 5. Na die huldiging in de hemel zal de bevrijding van de planeet aarde beginnen. Na die bevrijding en reiniging zal de dag des Heren duizend jaar vrede brengen en heil en zegen, voor Gods volk en voor de volkeren die komen zullen om de Heer te aanbidden.
ds. Henk Schouten