Christus in de Tabernakel 4
Het belang van dagelijkse reiniging!
Op het moment dat je de ‘kop’ van dit artikel leest, denk je misschien: ‘Dagelijkse reiniging; is dat wel nodig? Ik ben toch tot geloof gekomen?’. In dit artikel zullen we onder andere het belang van dagelijkse reiniging ontdekken, juist voor priesters levend onder het nieuwe verbond.
Achter het brandofferaltaar en vóór de ingang van het eigenlijke heiligdom treffen we het wasvat aan (Exodus 30:17-21). Het wasvat bestond uit een wasbak met een voet. Het geheel was gemaakt van koper (beeld van kracht) en gevuld met water. Water wordt in de Bijbel gebruikt als een beeld van de Heilige Geest, maar ook als beeld van het Woord van God. De Heere Jezus is het vleesgeworden Woord (Johannes 1:14). Treffend is dat de dienstdoende vrouwen vrijwillig hun spiegels inleverden, zodat het wasvat gemaakt kon worden (Exodus 38:8). Over toewijding gesproken… Deze vrouwen gaven als het ware hun uiterlijke schoonheid op zodat de priesters hun werk konden doen met een rein en zuiver geweten. Wel opmerkelijk, vind je niet? Wat mag de eredienst aan de Heere ons kosten? Wat weegt voor ons meer; uiterlijke of innerlijke schoonheid? Nu werden de hogepriester en de priesters bij hun inwijding éénmalig gewassen (Exodus 29:4). Maar terwijl zij hun dienstwerk verrichtten, werden zij bezoedeld door het woestijnzand, het stof en ze raakten bezweet. Dit alles vroeg om dagelijkse reiniging (Exodus 30:20-21). Hierbij is het belangrijk op te merken dat het wasvat specifiek bestemd was voor Aäron en zijn zonen (de priesters) en dus niet voor de ‘gewone’ Israëliet. Deze laatstgenoemde groep mocht de voorhof niet verder betreden dan tot aan het brandofferaltaar.
Waterbad van het Woord
De Bijbel leert dat wij door geloof en wedergeboorte een koninkrijk van priesters zijn geworden (1 Petrus 2:5). Toen dat wonder zich in ons leven voltrok, zijn we gewassen en gereinigd (1 Korinthe 6:11). Waarom dan toch een dagelijkse reiniging? We leven in een wereld die in het boze ligt (1 Johannes 5:19). Het gevolg daarvan is dat we ongewild worden verontreinigd door onder andere hetgeen we horen en zien. Het gaat dus niet om een bewust leven in de zonden, integendeel. Al ‘dienstdoende’ in deze wereld worden we bezoedeld. We ervaren de noodzaak van dagelijkse reiniging door het waterbad van het Woord (Efeze 5:26) en de voortdurende vernieuwing van ons denken. Het koperen wasvat functioneerde destijds als een spiegel, net als het Woord van God vandaag (Jakobus 1:23). Het bracht enerzijds de vuilheid aan het licht en anderzijds was het frisse, heldere water in het wasvat hét middel waarmee het priestervolk zichzelf reinigde. Het Woord van God is ontdekkend en tegelijk reinigend voor een ieder die gelooft. Laat daarom het Woord van Christus in rijke mate in u wonen, zodat die dagelijkse reiniging plaatsvindt en we met een vrij geweten de Heer kunnen dienen.
Zoals elk huis had ook het aardse huis van God een dak dat bestond uit vier (dek)kleden. In deze kleden ontdekken we de Heere Jezus. Hij het hoofd, wij Zijn lichaam. Hij is met eerbied gesproken ‘het dak’ en wij de wanden. Vanuit Christus krijgt het gebouw z’n samenhang en bescherming (Efeze 4:16). Maar dat niet alleen; ons leven is met Christus verborgen in God (Kolossenzen 3:3). Indrukwekkend en zeer bemoedigend!
Wat is nu de betekenis van de vier (dek)kleden?
1 Het buitenste kleed wijst op Jezus in Zijn vernedering en was gemaakt van zeekoeienhuiden. Het Arabische woord voor zeekoe is ‘tuchasch’ waarvan het woord ‘tachas’ is afgeleid. Vandaar dat ook wel de naam ‘tachasvellen’ wordt gebruikt. Dit materiaal was bestand tegen alle weersomstandigheden. Niet bepaald mooi, maar wel nuttig en noodzakelijk. Als wij Hem aanzagen, was er geen gedaante (gestalte) dat wij Hem begeerd zouden hebben (Jesaja 53:2b).
2 Het tweede kleed van bovenaf gezien spreekt over Jezus in Zijn lijden en sterven en was samengesteld uit roodgeverfde ramsvellen. Een ram is een mannelijk lam. Rood is de kleur van het bloed. We denken aan het moment dat Abraham zijn zoon Izak wilde offeren. Uiteindelijk heeft God zelf voorzien in een ram; Jaweh Jireh (Genesis 22:13). In de Heere Jezus heeft de Vader voorzien in een smetteloos en zondeloos Lam. Jezus is tot zonde gemaakt en kleurde rood door Zijn gestorte middelaarsbloed.
3 Het derde kleed bepaalt ons bij de verzoening door Jezus en was vervaardigd van geitenhaar (wit of zwart). We denken aan de twee geitenbokken op Jom Kippoer (Grote Verzoendag). De ene bok betaalde de schuld van het volk door te sterven. Op de andere bok werden de zonden van het volk overgedragen om hem vervolgens de woestijn in te sturen (Leviticus 16). De dichter van Psalm 103:12 bezingt dit indrukwekkende gebeuren; ‘Zo ver het oosten verwijderd is van het westen zover heeft Hij onze overtredingen van ons gedaan’. Treffend is dat juist dit dekkleed aan de voorzijde iets uitstak en functioneerde als een soort luifel. Het verkondigde het volk verzoening door voldoening (Hebreeën 9:22).
4 Het laatste dekkleed, van bovenaf bezien het onderste kleed, spreekt van Jezus’ majesteit en heerlijkheid. Deze betekenis zien we terug in de fraaie kleurstelling en de afgebeelde cherubs. Hierbij nogmaals de betekenis van de vier kleuren:
1. Wit; de reinheid, heiligheid, zuiverheid gerechtigheid van de Messias.
2. Blauw (Hemelsblauw SV); de hemelse afkomst van de Here Jezus.
3. Rood (purper); Jezus’ koninklijke heerschappij.
4. Rood (scharlaken); het vergoten bloed van de Messias dat reinigt van alle zonde.
God en God alleen
De afgebeelde Cherubs bepalen ons bij Jesaja 6:3 ‘Heilig, heilig, heilig is de HEERE van de legermachten; heel de aarde is vol van Zijn heerlijkheid’. In de tegenwoordigheid van Heere verrichtten de hogepriester en de priesters hun dienstwerk en daarin ging het om ‘God en God alleen’. Belangrijk om op te merken is dat dit laatstgenoemde dekkleed alleen zichtbaar was voor de hogepriester en de priesters. Het kennen van Gods Vaderhart en het leven in Zijn nabijheid is vandaag in bijzonder weggelegd voor de priesters onder het nieuwe verbond. En naar de mate hoe we als gelovigen dieper het hemels heiligdom binnengaan, naar die mate kan de Heere ons veranderen van ‘heerlijkheid tot heerlijkheid’ (2 Korinthe 3:18). De Vader Zelf heeft de weg gebaand door Zijn geliefde Zoon (Hebreeën 10:19-22).
Vragen:
• Nadenkend over het wasvat; hoe functioneert de dagelijkse reiniging in jouw leven?
• De dekkleden spreken van de Heere Jezus. Wat hebben de vier betekenissen jou te zeggen?
Bid-/ Dankpunten:
• Dank U Vader dat U mij door Uw Woord een spiegel voorhoudt en tegelijk reinigt en verandert naar het beeld van Uw Zoon.
• Leer mij Vader om genoeg te hebben aan, maar nooit genoeg te hebben van de Heere Jezus.
Jacques Brunt
Op het moment dat je de ‘kop’ van dit artikel leest, denk je misschien: ‘Dagelijkse reiniging; is dat wel nodig? Ik ben toch tot geloof gekomen?’. In dit artikel zullen we onder andere het belang van dagelijkse reiniging ontdekken, juist voor priesters levend onder het nieuwe verbond.
Achter het brandofferaltaar en vóór de ingang van het eigenlijke heiligdom treffen we het wasvat aan (Exodus 30:17-21). Het wasvat bestond uit een wasbak met een voet. Het geheel was gemaakt van koper (beeld van kracht) en gevuld met water. Water wordt in de Bijbel gebruikt als een beeld van de Heilige Geest, maar ook als beeld van het Woord van God. De Heere Jezus is het vleesgeworden Woord (Johannes 1:14). Treffend is dat de dienstdoende vrouwen vrijwillig hun spiegels inleverden, zodat het wasvat gemaakt kon worden (Exodus 38:8). Over toewijding gesproken… Deze vrouwen gaven als het ware hun uiterlijke schoonheid op zodat de priesters hun werk konden doen met een rein en zuiver geweten. Wel opmerkelijk, vind je niet? Wat mag de eredienst aan de Heere ons kosten? Wat weegt voor ons meer; uiterlijke of innerlijke schoonheid? Nu werden de hogepriester en de priesters bij hun inwijding éénmalig gewassen (Exodus 29:4). Maar terwijl zij hun dienstwerk verrichtten, werden zij bezoedeld door het woestijnzand, het stof en ze raakten bezweet. Dit alles vroeg om dagelijkse reiniging (Exodus 30:20-21). Hierbij is het belangrijk op te merken dat het wasvat specifiek bestemd was voor Aäron en zijn zonen (de priesters) en dus niet voor de ‘gewone’ Israëliet. Deze laatstgenoemde groep mocht de voorhof niet verder betreden dan tot aan het brandofferaltaar.
Waterbad van het Woord
De Bijbel leert dat wij door geloof en wedergeboorte een koninkrijk van priesters zijn geworden (1 Petrus 2:5). Toen dat wonder zich in ons leven voltrok, zijn we gewassen en gereinigd (1 Korinthe 6:11). Waarom dan toch een dagelijkse reiniging? We leven in een wereld die in het boze ligt (1 Johannes 5:19). Het gevolg daarvan is dat we ongewild worden verontreinigd door onder andere hetgeen we horen en zien. Het gaat dus niet om een bewust leven in de zonden, integendeel. Al ‘dienstdoende’ in deze wereld worden we bezoedeld. We ervaren de noodzaak van dagelijkse reiniging door het waterbad van het Woord (Efeze 5:26) en de voortdurende vernieuwing van ons denken. Het koperen wasvat functioneerde destijds als een spiegel, net als het Woord van God vandaag (Jakobus 1:23). Het bracht enerzijds de vuilheid aan het licht en anderzijds was het frisse, heldere water in het wasvat hét middel waarmee het priestervolk zichzelf reinigde. Het Woord van God is ontdekkend en tegelijk reinigend voor een ieder die gelooft. Laat daarom het Woord van Christus in rijke mate in u wonen, zodat die dagelijkse reiniging plaatsvindt en we met een vrij geweten de Heer kunnen dienen.
Zoals elk huis had ook het aardse huis van God een dak dat bestond uit vier (dek)kleden. In deze kleden ontdekken we de Heere Jezus. Hij het hoofd, wij Zijn lichaam. Hij is met eerbied gesproken ‘het dak’ en wij de wanden. Vanuit Christus krijgt het gebouw z’n samenhang en bescherming (Efeze 4:16). Maar dat niet alleen; ons leven is met Christus verborgen in God (Kolossenzen 3:3). Indrukwekkend en zeer bemoedigend!
Wat is nu de betekenis van de vier (dek)kleden?
1 Het buitenste kleed wijst op Jezus in Zijn vernedering en was gemaakt van zeekoeienhuiden. Het Arabische woord voor zeekoe is ‘tuchasch’ waarvan het woord ‘tachas’ is afgeleid. Vandaar dat ook wel de naam ‘tachasvellen’ wordt gebruikt. Dit materiaal was bestand tegen alle weersomstandigheden. Niet bepaald mooi, maar wel nuttig en noodzakelijk. Als wij Hem aanzagen, was er geen gedaante (gestalte) dat wij Hem begeerd zouden hebben (Jesaja 53:2b).
2 Het tweede kleed van bovenaf gezien spreekt over Jezus in Zijn lijden en sterven en was samengesteld uit roodgeverfde ramsvellen. Een ram is een mannelijk lam. Rood is de kleur van het bloed. We denken aan het moment dat Abraham zijn zoon Izak wilde offeren. Uiteindelijk heeft God zelf voorzien in een ram; Jaweh Jireh (Genesis 22:13). In de Heere Jezus heeft de Vader voorzien in een smetteloos en zondeloos Lam. Jezus is tot zonde gemaakt en kleurde rood door Zijn gestorte middelaarsbloed.
3 Het derde kleed bepaalt ons bij de verzoening door Jezus en was vervaardigd van geitenhaar (wit of zwart). We denken aan de twee geitenbokken op Jom Kippoer (Grote Verzoendag). De ene bok betaalde de schuld van het volk door te sterven. Op de andere bok werden de zonden van het volk overgedragen om hem vervolgens de woestijn in te sturen (Leviticus 16). De dichter van Psalm 103:12 bezingt dit indrukwekkende gebeuren; ‘Zo ver het oosten verwijderd is van het westen zover heeft Hij onze overtredingen van ons gedaan’. Treffend is dat juist dit dekkleed aan de voorzijde iets uitstak en functioneerde als een soort luifel. Het verkondigde het volk verzoening door voldoening (Hebreeën 9:22).
4 Het laatste dekkleed, van bovenaf bezien het onderste kleed, spreekt van Jezus’ majesteit en heerlijkheid. Deze betekenis zien we terug in de fraaie kleurstelling en de afgebeelde cherubs. Hierbij nogmaals de betekenis van de vier kleuren:
1. Wit; de reinheid, heiligheid, zuiverheid gerechtigheid van de Messias.
2. Blauw (Hemelsblauw SV); de hemelse afkomst van de Here Jezus.
3. Rood (purper); Jezus’ koninklijke heerschappij.
4. Rood (scharlaken); het vergoten bloed van de Messias dat reinigt van alle zonde.
God en God alleen
De afgebeelde Cherubs bepalen ons bij Jesaja 6:3 ‘Heilig, heilig, heilig is de HEERE van de legermachten; heel de aarde is vol van Zijn heerlijkheid’. In de tegenwoordigheid van Heere verrichtten de hogepriester en de priesters hun dienstwerk en daarin ging het om ‘God en God alleen’. Belangrijk om op te merken is dat dit laatstgenoemde dekkleed alleen zichtbaar was voor de hogepriester en de priesters. Het kennen van Gods Vaderhart en het leven in Zijn nabijheid is vandaag in bijzonder weggelegd voor de priesters onder het nieuwe verbond. En naar de mate hoe we als gelovigen dieper het hemels heiligdom binnengaan, naar die mate kan de Heere ons veranderen van ‘heerlijkheid tot heerlijkheid’ (2 Korinthe 3:18). De Vader Zelf heeft de weg gebaand door Zijn geliefde Zoon (Hebreeën 10:19-22).
Vragen:
• Nadenkend over het wasvat; hoe functioneert de dagelijkse reiniging in jouw leven?
• De dekkleden spreken van de Heere Jezus. Wat hebben de vier betekenissen jou te zeggen?
Bid-/ Dankpunten:
• Dank U Vader dat U mij door Uw Woord een spiegel voorhoudt en tegelijk reinigt en verandert naar het beeld van Uw Zoon.
• Leer mij Vader om genoeg te hebben aan, maar nooit genoeg te hebben van de Heere Jezus.
Jacques Brunt