Brief van blijdschap (2)

ds. J.H. Velema • 77 - 2001/02 • Uitgave: 15
Leven of sterven in dienst van het Evangelie

Het gaat in deze perikoop heel duidelijk om de voortgang van het Evangelie. Paulus laat duidelijk weten dat zijn gevangenschap de voortgang van het Evangelie ten goede is gekomen. Hoe kan dat? Allereerst omdat het Evangelie doorgebroken is naar de hoogste top. Hij heeft zich voor de hoogste autoriteiten verschillende keren mogen en kunnen verantwoorden. Zijn handen waren geboeid, maar zijn mond kon hij gebruiken en dat heeft hij gedaan. Hij bleek geen crimineel te zijn, maar een bijzondere gevangene, die in feite geestelijk boven zijn rechters stond. En een ander effect: de overige broeders kregen meer vrijmoedigheid om door te gaan met de prediking. Zijn blijdschap en vrijmoedigheid werkten aanstekelijk.

Onder die broeders zijn twee groepen: pro en contra Paulus. Ook toen reeds de zondige werkelijkheid in de gemeente! De verkondiging van beide groepen is goed (15,16,18), maar het gaat tegen de persoon en werkwijze van Paulus. Zijn houding tegenover de christenen uit de heidenen en zijn afstand nemen van de wet van Mozes is christenen uit de Joden een doorn in het oog geweest. Het is waar: dat optreden verzwaart Paulus gevangenschap. Paulus' grootheid komt uit in het feit dat hij niet boos is op die broeders. De motivatie van de predikers mag onzuiver zijn - als Christus maar wordt verkondigd. De kracht van het Evangelie hangt niet af van de boodschapper, maar van de boodschap. Daarom tot twee keer toe: ik verblijd me. Ik laat me die blijdschap niet afnemen. Als Christus maar wordt verkondigd. Waarom kan hij blij zijn? Alles dient tot zijn zaligheid. Het gaat toch goed.

Er is het gebed van de gemeente en de bijstand van de Heilige Geest. Het gaat Paulus om de grootheid van Christus. Als Hij maar de Eerste, de Hoogste blijft - hoe het dan ook met hem zal gaan: ten leven of ten dode. Kort en krachtig is zijn geloofsbelijdenis: het leven is mij Christus - Hij is de grond, de inhoud, de kracht, de toekomst van zijn leven. Niet de wet, niet aards bezit of genot, zelfs de evangelieprediking, de kerk of groep is zijn leven, maar Christus. En omdat Christus de dood heeft overwonnen en zijn leven beheerst, daarom is het sterven voor hem winst. Vandaag zeggen levensmoede mensen: ik ben klaar gekomen met het leven - het is fundamenteel onjuist. Paulus is klaar gekomen met Christus en daarom is hij klaar gekomen met het leven en met de dood.

Hij staat voor een dilemma: Blijven leven of sterven. Ontbonden - het opbreken van de tent - te worden en met Christus te zijn is verreweg het beste. Levensmoeheid? Met Christus zijn - verlost van zonde en strijd. (Een sterk argument tegen de zielenslaap). Al schrijvend groeit bij hem de overtuiging dat hij toch zal blijven leven. Het doel is bevordering en blijdschap van het geloof. Als Paulus blijft leven zal het hem en hun reden tot lof en dank bieden.

In deze perikoop wordt negen keer de naam van Christus gebruikt. Christus is alles, heeft alles, geeft alles. Christus voor alles, in alles, met alles, door alles. Is dat ons aller belijdenis en beleving?

ds. J.H. Velema