Bid voor Israël - onze rol als bidder
Dit artikel is het vervolg en de aanvulling op het artikel 'Bid voor Israël' in nr. 8 2024 van Het Zoeklicht. Wil je die ook lezen? Neem dan een abonnement.
Voorbede voor Israël is helaas in veel gemeenten, bidstonden en gezinnen een punt van soms pittige discussie geworden. Meerdere christenen ervaren onderling toenemende afstand door uiteenlopende zienswijze op de situatie rond Israël en de daaruit voortvloeiende diverse gebeden die opgezonden worden. Hoe kan een bidstond in eenheid bidden wanneer de één bid om Gods oordeel over de vijanden van Israël en in een gloedvol betoog-gebed Oud Testamentische taferelen aandraagt voor herhaling, terwijl een ander juist passievol voor de Palestijnse bevolking bid?
Waar we in deel I te lezen in Zoeklicht nr. 8 2024, zoal keken naar een aantal concrete handvaten uit Vaders Boek voor gebed voor Israël, zoomen we in dit artikel meer in op onszelf, de bidders.
Voorbede, ook voor Israël, kan het lastig zijn! Want, hoe kun je bidden voor mensen die ook dingen doen waar je het echt zó niet mee eens bent? Hoe kun je bidden voor mensen die dingen doen waar je hele hart van in opstand komt? Dan kún je toch amper meer voor ze bidden? En wat als je al heel lang bid, intensief en vol geloof, en je ziet bij elk nieuwsbericht dat de situatie alleen maar verslechterd? Hoe houd je dan vol? Heeft het dan wel zin? Beide situaties zullen we herkennen en zeker niet alleen in onze voorbede voor Israël. Voorbede kan heel frustrerend zijn een als een uitputtingslag beleefd worden.
Mag ik je een tweetal beelden voorhouden? Kijk er eens goed naar. In welke type voorbidder herken jij je het meest?
De officier van justitie
Deze voorbidder heeft een sterk gevoel voor rechtvaardigheid. Je verzamelt zoveel mogelijk gegevens (en over Israël heb je daar alleen al een dagtaak aan!), je krijgt een beeld van de situatie en vormt aan de hand daarvan je oordeel. En dat oordeel is (vaak onbewust) heel belangrijk! Het vormt de basis voor jouw pleidooi: je gaat de zaak aan en wilt er in gebed voor véchten. Of het vormt de basis voor je besluit om er niet meer voor te bidden. Als ze zó doen (en vul maar in) dan kún je toch niet meer voor ze bidden?! Je zucht diep en trekt je handen er vanaf. Hier ga jij je niet meer mee vermoeien.
Maar… jouw oordeel, hoe zorgvuldig je die ook gevormd hebt, en jouw zienswijze op een situatie, is, Bijbels gezien, géén grond waarop je besluit om wel of niet voor Israël te blijven bidden.
De advocaat
Je bent er voor de verdachte. Helemaal. Wanneer je vecht voor z’n onschuld ga je er vol voor. En wanneer je weet dat er schuld is, wijs je met grote ijver op verzachtende omstandigheden, anderen die óók een deel van de schuld moeten dragen en je doet je best de consequenties zo miniem mogelijk te houden door gaatjes in de wet te zoeken en uitzonderingen op de regel te bedenken.
Deze voorbidder heeft hart voor de zondaar. Je worstelt voor Israël in je gebeden. Bij elk nieuwsbericht intensiveert jouw gebed. En, naarmate de tijd verstrijkt, word je bloeddruk te hoog en je toonzetting van je gebed gespannen. Je bemerkt namelijk dat steeds meer mensen niet meer voor Israël opkomen en dat dóét je vreselijk veel. En daarbij… de gedeelten in de Bijbel waarin Hij ook spreekt over oordeel en gevolgen van zonde voor hén… je krijgt er steeds meer moeite mee. Steeds meer dringt de vraag zich op: heeft bidden nog wel zin wanneer Gods oordeel al vast staat en Hij toch niet merkbaar lijkt in te grijpen?
Laten we nu naar Vaders Boek gaan en daarin ontdekken hoe we voorbidders kunnen zijn zónder frustraties en te hoge bloeddruk. De Bijbel laat namelijk een ander ‘soort’ voorbidder zien!
De priester
Een christen is een priester (zie o.a.1 Petrus 2 vers 9 en Openbaring 1 vers 6). Onze identiteit ligt in het dienen van God en mensen in het brengen van God naar de mensen en mensen naar God. Die identiteit mogen we ook terugzien in onze houding als voorbidder voor Israël.
We zijn Het Lam, Het Offer, de Here Jezus, dankbaar voor Zijn verzoenend lijden en sterven.
We weten ons in dienst van de Here God en offeren onszelf aan Hem (zie Romeinen 12 vers 1).
Naar voorbeeld van de Oudtestamentische priesters, vervullen we onze dienst trouw. We brengen offers van gebeden voor Israël aan God. Gebed om vergeving, gebed om zegen, gebed van dankzegging, gebed om toewijding. Dit doen wij, of het volk hieraan meewerkt of niet; net zoals de oudtestamentische priesters ook diensten wilden vervullen tijdens groot geestelijk verval van hun volksgenoten.
Naast onze voorbede offers voor Israël naar God toe, dienen we vanuit onze door Gods gegeven positie Zijn volk. Dit doen we door middel van Evangelisatie en Onderwijs. We hebben lief in genade en waarheid.
Voorbede om voorbidders
Laten we bidden om een explosieve groei van zulke biddende broeders en zusters in de Gemeente van Christus. Hier zijn een aantal concrete gebedspunten waarmee je voor jezelf en met anderen mee aan de slag kunt gaan. Zie het als startpunt, liever nog, als springplank!
Bid om toenemende bewustwording dat de Gemeente bestaat uit jood & heiden. Dat door bewustwording een praktisch diepere verbondenheid met onze joodse broeders en zusters zal ontstaan. Zie Johannes 10 vers 16 Efeze 2 vers 11-22.
Bid om wijsheid wát te bidden voor Israël. Zie Jacobus 1 vers 5.
Bid dat de Gemeente in de bres zal springen voor Israël. Zie Ezechiël 13 vers 5 en 22 vers 30.
Bid dat we ons als Gemeente niet zullen verheffen boven Israël; niet zullen denken dat we het beter weten, beter voor elkaar hebben. Dat we nederig onze positie weten en dankbaar zijn voor Gods goed werk aan ons terwijl we Hem smeken om Zijn zegen voor Israël. Zie Romeinen 11 vers 18-24.
Bid dat we als Gemeente, zó zullen leven en spreken dat we de ongelovigen, ook uit de joden, tot jaloersheid kunnen wekken. Romeinen 11 vers 14.
Ik geloof dat de priesterlijke gebedshouding, direct voortvloeit uit de identiteit van ‘Weerhouder’ die we als Gemeente van Christus hebben. We komen op voor, nemen positie in als en blijven staande om Christus Naam hoog te houden, Zijn Waarheid uit te dragen in Liefde en vol van Genade. Wat een bediening! Wat een geweldige, grootse, nederig makende verantwoordelijkheid die we echt alleen maar op de knieën kunnen uitvoeren – volledig afhankelijk van onze Hogepriester Jezus Christus Zelf.
Corine Daane