Arthur Pink: het Kruis centraal

Feike ter Velde • 90 - 2014 • Uitgave: 4
Bijbelleraar als geen ander, met een diep inzicht in de Schriften: Arthur Walkington Pink (1886-1952). Hij heeft heel wat boeken en geschriften nagelaten waarvan wij vandaag de rijke vruchten mogen plukken. De meeste van zijn publicaties zijn na zijn dood uitgegeven.
In een tijd van sterk opkomend liberalisme in zijn geboorteland, Engeland, getuigde Arthur W. Pink vrijmoedig en met groot gezag van de waarheid van heel de Schrift. Welke van zijn studies men ook leest, de meeslepende kracht naar binnen, het Woord van God in, is overal even sterk. Schrift met Schrift vergelijkend ontsluit hij de geheimenissen van de Bijbel.


Hij was 22 jaar toen hij tot geloof in de Here Jezus kwam, vooral door het aanhoudend getuigenis van zijn vader. De jonge Arthur was vooral bezig in de leer van de theosofie, toen erg populair in Engeland. Maar zijn vader probeerde hem van zijn dwaalleer af te brengen, waarbij hij een keer een tekst citeerde die Arthur diep raakte: ‘Soms schijnt een weg iemand recht, maar het einde daarvan voert naar de dood’ (Spreuken 14:12). Onmiddellijk doorvorste hij de Bijbel om zijn eigen geloofsleven te verdiepen, maar vond in Engeland onvoldoende voedsel. Daarom trok hij de oceaan over naar Amerika om in Chicago te gaan studeren aan het Moody Bible Institute.
In Colorado kreeg hij, inmiddels getrouwd met Vera Russell, zijn eerste aanstelling als predikant. Er zou nog een aantal predikantsplaatsen volgen om ten slotte naar Australië te vertrekken, waar hij jaren lang een klein Bijbelstudieblad uitgaf, met maximaal zo’n duizend abonnees, echter verspreid over de hele wereld: Studies in the Scriptures. Later zijn jaargangen in boekvorm uitgegeven. Uiteindelijk keerde Pink in 1935 terug naar zijn geboorteland en begon aan het schrijven van Bijbelstudieboeken.

Eerste kennismaking
Het was een onbeschrijfelijk vreugdevolle middag op de trap van een christelijke boekwinkel in Seoul, Korea, waar ik in juli 1982 – het hoosde die hele middag van de regen – mijn eerste boek van Arthur Pink als bij toeval in handen kreeg en begon te lezen. Mijn besluit stond onmiddellijk vast: dit boek moest ik kopen. Ik betaalde en kon direct voor de kantlijn op bijna elke bladzijde aantekeningen en aandachtsstreepjes aanbrengen, voor latere bestudering. Het was een studie over het Bijbelboek Jozua.
De introductie van het boek raakt meteen doel als hij de wonderbare eenheid van heel de Bijbel in zijn verschillende onderdelen laat zien, zowel in zijn historische betrouwbaarheid als in zijn leerstellige zekerheid. Die tweedeling in de Bijbel ligt al direct vast in het eerste Bijbelboek, Genesis, het boek van het begin: historisch in de schepping van hemel en aarde, de wereld van na de zondvloed en het begin van het volk Israël. Leerstellig in de verkiezende genade van God in allerlei personen met een bijzondere roeping: Noach, Sem, Abraham en Israël, Isaäk en Jakob. We zien die verkiezing in Gods handelen met de mens later bevestigd in het Nieuwe Testament: ‘God heeft u verkozen tot behoudenis’ (2 Tessalonicenzen 2:13). Arthur Pink laat heel de Schrift als een eenheid naar voren komen.

Na een prachtige introductie van de Bijbel gaat hij dan woord-voor-woord en vers-voor-vers door het te behandelen Bijbelboek Jozua heen. In al zijn boeken is Pink Bijbelgetrouw en laat de Schrift zichzelf uitleggen en toepassen. Vooral moet onderstreept worden dat hij Christocentrisch is en juist ook op dat punt zijn z’n studies in het Oude Testament verrassend en van een hoog gehalte. Niet intellectualistisch en technisch theologisch, maar geestelijk en devotioneel. Dit is wat we vandaag ook nodig hebben. Het absolute gezag van de Bijbel in de zekerheid van de Goddelijke inspiratie van heel de Schrift.
Natuurlijk is er ook kritiek op Pink en zijn theologie geweest, maar dat is er altijd en voor iedereen die iets zegt vanuit de Bijbel. Onzuivere motieven als jaloezie zijn meestal de drijfveer tot deze kritiek. Daarom wil ik daar verder aan voorbijgaan en me liever verheugen in de prachtige beschouwingen van Pink over de God van de Bijbel, die Zich openbaart in Zijn zoon, onze Here Jezus Christus. In de hele wereld is die boodschap van deze Godsman vernomen en klinkt nog steeds.

Het Kruis centraal
Wie met Arthur Pink bij het kruis van Christus staat op de dag dat Hij daar Zijn leven gaf en Zijn ziel uitgoot in de dood, komt diep onder de indruk van wat Pink onderwijst over de gekruisigde Heiland. In de eerste plaats bewijst hij uit de Schrift dat de Heiland werkelijk dood was. Dood zoals ieder mens die sterft. Die dood was een natuurlijke dood, maar tegelijkertijd onnatuurlijk. Want de dood is het loon van de zonde. Maar Jezus had nooit gezondigd. Daarom had de dood geen vat op hem. Hij was de mensheid binnengetreden zonder deel te hebben aan de zondige staat van diezelfde mensheid. Hij heeft geen zonde gekend. Daarvan getuigt heel de Schrift. Daarom is Zijn dood een onnatuurlijke dood. Ten derde: er was vooraf vastgesteld dat Hij die dood zou binnentreden als het Lam van God sinds de grondlegging der wereld. Voordat de dood de wereld was binnengetreden, voordat de gevallen mensheid de dood onder ogen moest zien, was in de eeuwigheid al tot het sterven van het Lam Gods op het Kruis besloten in de Raad van de Allerhoogste (Handelingen 2:23). Daarom was Zijn dood ook een buiten-natuurlijke dood. Hij is het Lam, geslacht sinds de grondlegging der wereld.

Een wonderlijke dood
Ten vierde zien we dat de dood van Christus boven-natuurlijk was. Dit sterven was geheel verschillend van het sterven van ieder mens. Hij was de totaal Andere en toch te midden van ons. Zijn geboorte was anders, Zijn leven was anders en Zijn sterven was anders, volstrekt anders. Hij had ook al vooraf aangekondigd, dat Hij zélf Zijn leven zou afleggen, want niemand zou Hem zijn leven kunnen ontnemen (Johannes 10:17). De nauwkeurige beschrijving van Zijn lijden en sterven in de vier Evangeliën onderschrijven dit feit zevenvoudig! Tot op het laatste ogenblik was de Here Jezus Zich bewust van wat er met Hem gebeurde aan het kruis. Hij was geen uitgeputte martelaar, maar legde in zes uur tijd Zijn leven zélf af in de dood. Hij riep de zeven kruiswoorden, niet kreunend als een stervende, maar met luide stem. Hij goot zélf Zijn ziel uit in de dood als offer maar beval Zijn geest in de handen van Zijn hemelse Vader.

Arthur W. Pink heeft de diepe Boodschap van de levende God voor een verloren wereld gebracht als spijze te rechter tijd. Wat geweldig dat de Kerk zulke Godsmannen heeft gekend en nog kent.

Feike ter Velde