Afbeelding en schaduw van hemelse dingen (28)

Joh. de Heer / ds. Henk Schouten • 89 - 2013 • Uitgave: 25
Doel en zin van het gouden reukaltaar (1)

Recht tegenover de ingang van het heilige stond het reukaltaar, van sittimhout vervaardigd, met goud overtrokken en versierd met een gouden kroonlijst. Er zaten vier hoornen op de hoeken van het altaar, die ook met goud waren overtrokken, terwijl twee ringen aan beide zijden bevestigd waren voor de handbomen voor het vervoer.

De plaats van het reukaltaar wordt zeer nauwkeurig bepaald: ‘vóór de ark, vóór het verzoendeksel, dáár waar Ik met u samenkomen zal.’ Het stond op een rechte lijn tussen het koperen brandofferaltaar en de Ark. We zijn hiermee gekomen aan de zevende stap op weg naar de troon van God (de Ark).

• De eerste stap is door de poort van de voorhof, Gods uitnodiging aan ons allen, onze reactie daarop, namelijk om in te gaan.
• De tweede stap is tot het brandofferaltaar, dat is de verzoening door Jezus voor ons en onze volkomen overgave aan Hem.
• De derde stap voert naar het wasvat, dat spreekt van de reiniging voor ons en de reiniging door ons.
• Met de vierde stap komen we tot de gouden kandelaar, dat is het licht van de Heilige Geest voor ons en het getuigenis van de Heilige Geest door ons.
• De vijfde stap brengt ons tot de tafel met de toonbroden, overvloed voor ons waarvan wij mogen uitdelen.
• De zesde stap is tot het gouden altaar, dat is gebed voor ons en ook weer gebed door ons.

Velen blijven staan
Zagen we bij het koperen altaar het voorbeeld van de gekruisigde Christus, het gouden altaar vertoont ons de opgestane Heiland. Helaas zijn er nog veel christenen die bij het koperen altaar blijven staan; ze weten zich verzoend door de dood van Christus, maar komen vaak nog niet eens tot het wasvat, de derde stap van reiniging.
Veel meer zijn er echter nog die, onbekend met de deur, nog geen voet gezet hebben in het heiligdom; die niets weten van de overvloedige tafel van de Here, niets kennen van de zaligheid, om hun licht te laten schijnen, noch zich bewust zijn van het heerlijke doel van de hogepriesterlijke bediening aan het reukaltaar.

De Hogepriester bidt voor u
Het is Gods bedoeling een volkomen werk te doen in het verlossen van de zondaar, mits men Hem slechts toelaat dat werk te verrichten. Het is de wil van God dat wij van de voorhof van de beginselen voortgaan (Hebreeën 6:1), tot het Heilige der Heiligen. Er is zoiets als een van God gewilde climax: Christus is gestorven, Halleluja! Wat meer is, Hij is opgewekt! Wat nog meer is, Die ook ter rechterhand Gods is, Die ook voor ons bidt.
Weet u dat uw zonden verzoend zijn aan het kruis van Golgotha? Heerlijk. Maar weet u ook, dat u een Hogepriester hebt Die u volkomen zalig kan maken, omdat Hij leeft om voor u te bidden (Hebreeën 7:24,25). Volkomen zalig door Zijn gebed! Weet u dat van Gods zijde alles is gedaan om dat doel te bereiken en dat Jezus als de Hogepriester, pleitende op Zijn eigen Zoenbloed dat ook kan? Wilt u volkomen zalig worden? Wilt u wandelen in het volkomen licht? Wilt u al uw zwakheden omgezet zien in Goddelijke kracht door de bediening van de Hogepriester? Kom laten we met vrijmoedigheid het heiligdom ingaan (Hebreeën 10:19)
1. met een waarachtig hart;
2. in volle zekerheid van het geloof;
3. gereinigd van het kwade geweten;
4. gewassen met rein water;
5. de belijdenis van de hoop vasthoudende;
6. op elkaar acht geven in liefde;
7. de onderlinge bijeenkomst bezoeken.
Laat ons met vrijmoedigheid aanvaarden, wat God voor ons bereid heeft; die Hij gerechtvaardigd heeft, heeft Hij ook verheerlijkt (Romeinen 8:30). De Here God wil ons van kinderen in het geloof laten groeien tot volwassenen in geloof (Efeziërs 4:13).